De lokale binding versterken
Koen Volckaerts,
Paul Verbeeck, Koen T’Sijen
Regio - Boechout - Hove -
Lier - Lint - Nijlen

De lokale binding versterken

Regio - Boechout - Hove - Lier - Lint - Nijlen

Sinds het uitbreken van het coronavirus beleven de burgemeesters van Hove, Boechout en Nijlen hectische tijden. Samen met lokale handelaars en ondernemers zoeken ze naar creatieve oplossingen om de crisis op de best mogelijke manier door te komen. Op lange termijn biedt de coronacrisis een kans om de lokale economie een positieve impuls te geven. Dit interview werd midden april afgenomen.

STERCK. De coronacrisis heeft een zware impact op het economisch weefsel. Hoe hebben jullie de afgelopen weken ervaren op economisch vlak? 

Koen Volckaerts (burgemeester Hove): “Algemeen is het een catastrofe voor de ganse economie van België. De Nationale Bank schat een daling van 8% voor het BNP met meer dan 1 miljoen technisch werklozen. Wie betaalt dat allemaal? De volgende jaren zullen we dat via stijgende belastingen gewaarworden. Op gemeentelijk vlak hebben we geen technische werkloosheid toegepast. Wel is de algemene rendabiliteit merkelijk gedaald en dat vooral administratief. Thuiswerk was nog geen item in Hove.”

Paul Verbeeck (burgemeester Nijlen): “De eerste weken van deze crisis waren echt hectisch. Bij onze handelaars en ondernemers was er onzekerheid, nood aan duidelijkheid omtrent de te respecteren richtlijnen. Het waren lange dagen met heel wat onlinevergaderingen en héél veel telefoons. Samen met onze handelaars alternatieven zoeken, bepaalde denkpistes overlopen, creatieve oplossingen zoeken voor de dienstverlening aan hun klanten. Het gaat dan over zaken zoals een onlineshop ontwerpen, take-away met social distance organiseren, leveringen aan huis enzovoorts. Ik vermoed dat een deel van deze creatieve oplossingen ook na de crisis zullen blijven en dat onze ondernemers die positieve wendingen nog gaan versterken.”

Koen T’Sijen (burgemeester Boechout): “Onmiskenbaar lijden horeca, ondernemers en zelfstandigen zwaar onder de coronacrisis. We zien hier en daar wel creatieve oplossingen, via onlineverkoop of afhaalmogelijkheden maar er zal een belangrijke tijd overgaan vooraleer deze economische schade zal hersteld zijn.”

STERCK. Welke rol spelen gemeenten en ondernemersverenigingen in deze crisis naar de bedrijven en zelfstandigen toe? 

Koen T’Sijen: “Boechout probeert vooral op communicatief vlak onze zelfstandigen te ondersteunen. Dat gaat over het informeren over alle steunmaatregelen tot de bevolking sensibiliseren om online te kopen of producten af te halen bij de plaatselijke horeca.”

Koen Volckaerts: “Deze verenigingen kunnen de zelfstandigen ondersteunen met raad en daad. Bijvoorbeeld door hen aan te zetten om andere verkoopkanalen in te zetten. Allemaal heel nobel maar uiteindelijk blijft het de ondernemer die het gelag moet betalen.” 

Paul Verbeeck: “De crisis creëerde een enorme solidariteit bij de bevolking, een gevoel van ‘we moeten hier samen doorheen’, datzelfde gevoel zag je ook bij de ondernemers en de handelaars. Hun verenigingen waren een belangrijk aanspreekpunt voor mij. Enerzijds om hun vragen mee te nemen naar de intergemeentelijke crisiscel en anderzijds om hen duidelijk te informeren over de interpretatie van de richtlijnen, de bijsturingen door het beleid enzovoorts. Deze crisis wordt ook als een kans bekeken om onze lokale economie, onze lokale producten, de lokale binding te promoten via een extra pagina op onze gemeentelijke website waar de bewoners per handelszaak de informatie kunnen vinden over de aangepaste dienstverlening.” 

Paul Verbeeck

STERCK. Het is nog vroeg: maar is er zicht op specifieke lokale ondersteunende maatregelen voor de komende tijd? 

Koen T'Sijen: “Wij verzamelen alle ondersteunende maatregelen van alle overheidsniveaus en gaan samen bekijken met de middenstandsraad waar de gemeente nog kan ondersteunen. Specifiek is dit op dit moment nog niet uitgewerkt.”

Paul Verbeeck: “Ik denk dat we met alle bestuursniveaus tot een geïntegreerde aanpak moeten komen om ervoor te zorgen dat onze economie terug aangezwengeld wordt. Blijven investeren als gemeente is dus enorm belangrijk. Daarom hebben wij tijdens de crisis veel tijd en energie besteed aan het actief houden van de wegenbouwwerven (aanleg fietspad, aanleg parkings, weg- en rioleringswerken). Ook willen we de aankopen bij de lokale bedrijven een impuls geven via de promotie van onze gemeentelijke cadeaubon.” 

Koen Volckaerts: “Zowel op federaal als Vlaams niveau worden veel maatregelen genomen om het leed te verzachten. De gemeente kan via kleine ingrepen de koopkracht mee ondersteunen en tijdens de verplichte sluitingsmaanden bepaalde belastingen kwijt te schelden.”

Economisch landschap

STERCK. Hoe ziet het economisch landschap eruit in de gemeente? Welke sectoren zijn goed vertegenwoordigd? Welke zorgen voor veel werkgelegenheid? 

Paul Verbeeck: “De groot- en kleinhandel zijn goed vertegenwoordigd, net als het aanbod van allerlei zakelijke diensten. Ook de bouwsector telt heel wat kleine- en middelgrote ondernemingen in onze gemeente. Opmerkelijk is toch wel dat onze gemeente een groot aanbod heeft aan onderwijs en dat resulteert in heel wat rechtstreekse en onrechtstreekse tewerkstelling.” 

We moeten met alle bestuursniveaus tot een geïntegreerde aanpak komen.

Koen Volckaerts: “Hove is een zeer residentiële gemeente zonder verwerkende bedrijven. Voornamelijk handel en vrije beroepen hebben hun stek in Hove. Vooral de handel en groothandel zorgen voor de meeste tewerkstelling en dan vaak in de voeding en farmacie. Verder zijn er heel wat plaatselijke winkels.” 

Koen T'Sijen: “Boechout telt weinig kmo’s, maar wél een aantal ondernemingen met een sprekende naam. Denken we maar aan Lauwers reizen, Vandeputte Safety of Reynders Etiketten. Onze kmo situeert zich echter ook en vooral in een sterk netwerk van grote land- en tuinbouwbedrijven in zowel de fruit-, groenten-, als bloementeelt. Boechout kent daarnaast een sterk lokaal handelscentrum, zonder leegstand. Dat betekent dat het aanbod aan tewerkstelling zeer divers is en er ruimte is voor laaggeschoolden en hoogopgeleide profielen. Voeg daarbij ook nog een ruim aanbod van horeca en je weet meteen waarom de activiteitsgraad (72%) en werkzaamheidgraad (68%) sinds 2014 onophoudelijk stijgt en de werkloosheid daalt (5%).” 

Koen T’Sijen

STERCK. Is er nog voldoende ruimte beschikbaar voor industrieterreinen? 

Koen Volckaerts: “In Hove is er quasi geen ruimte meer, ook niet voor residentiële woningen. Industrieterreinen bezit Hove helemaal niet. We behouden de open ruimte voor natuur.”

Koen T'Sijen: “Nee, en dat is een bewuste keuze. In Boechout wensen we een mooi evenwicht te bewaren tussen kmo-terreinen, land- en glastuinbouw, wonen en recreatie. Net dat evenwicht maakt dat Boechout, gelegen in een stedelijk netwerk, aangenaam groen en landelijk blijft, aantrekkelijk is om te wonen en in de zuidrand van Antwerpen de minst dichtbevolkte gemeente per vierkante kilometer. We gaan dus geen nieuwe kmo- of industrieterreinen voorzien. Zelfs integendeel, van een groot industrieterrein van BMT in het hart van de gemeente hebben we nu een mooie woonhub gemaakt, met een heel divers aanbod aan woonvormen.”

Paul Verbeeck: “In de jaren 60 en 70 floreerde de diamantnijverheid nog sterk in onze gemeente met heel veel kleine slijperijen her en der verspreid. Hierdoor werden er in Nijlen weinig of geen lokale bedrijventerreinen aangelegd. Aan de hand van ons Open Ruimteperspectief en het Beeldkwaliteitsplan - in 2018 bekroond met de tweejaarlijkse Planningsprijs van de Vlaamse Vereniging voor Ruimte en Planning - zetten we in op verweving en herwaardering van bestaande bedrijventerreinen. We kiezen er bewust voor om geen bijkomende industrieterreinen te ontwikkelen.”

Horeca en kleinhandel

STERCK. Welk beleid voert de gemeente op vlak van horeca en kleinhandel? 

Paul Verbeeck: “Het lokaal bestuur versterkt de detailhandel (vooral het aanbod van winkels en horeca) in de kernen van Nijlen, Kessel en Bevel voor wie in de gemeente woont of ze bezoekt. Dat verhoogt de klantenbinding en de koopattractie. De gemeente heeft oog voor het feit dat de bestaande detailhandel de jongste jaren het gezelschap kreeg van pop-ups, een nieuw dienstenaanbod, kantoren, co-working-plekken, ondernemers in de creatieve economie, ateliers voor nieuwe ambachtelijke makers enzovoorts. We maken werk van een kernversterkend beleid, werken aan een gemeente met een aantrekkelijke handelskern in haar centrum en met een flexibel aanbod op maat in de kleinere kernen. Dat betekent dat we investeren in een kwalitatief openbaar domein en dat we op basis van de conclusies van de gemaakte detailhandelsstudie bijkomende grootschalige handel buiten de kernen niet toelaten omdat die de leefbaarheid van de kernen uitholt.”

Koen Volckaerts: “De gemeente ondersteunt op logistiek vlak de bloeiende middenstandsvereniging waarin kleinhandel en horeca sterk vertegenwoordigd zijn. We steunen ook de grote evenementen die verkoopbevorderend zijn voor onze plaatselijke kleinhandel en horeca.” 

Koen T'Sijen: “Wij trekken voor de volle 100 procent de kaart van onze horeca en kleinhandel. Wij treden voortdurend met hen in dialoog via de middenstandsraad. Ons middenstandscentrum is de laatste jaren vernieuwd met vele nieuwe zaken en nog steeds ruime, gratis parking. Belangrijke infrastructuurwerken zoals de fietsostrade en woonontwikkelingen komen ten goede aan onze middenstand. Het grote aanbod aan evenementen en cultuur in onze gemeente ondersteunt dan weer onrechtstreeks onze horeca.”

Er zal heel wat tijd overgaan vooraleer deze economische schade zal hersteld zijn. Koen T’Sijen

STERCK. Welke economische uitdagingen en welke dossiers willen jullie graag realiseren deze legislatuur? 

Koen Volckaerts: “Hove heeft op zich geen specifiek economisch beleidsplan. Wat wij wel economisch al vele jaren doen is een aangenaam fiscaal en menselijk klimaat scheppen. Menselijk om het de burger in Hove aangenaam te maken zodat die in eigen dorp koopt. Fiscaal zorgen wij voor aanvaardbare belastingen. Wij heffen geen belasting op drijfkracht en ook geen belasting op bedrijfsoppervlakte. Beiden kunnen zwaar wegen op de bedrijfsresultaten van een firma. Alleen het relatief hoge KI op gebouwen speelt ons parten en daar willen we voor de tweede legislatuur op een rij een vermindering in brengen.” 

Koen Volckaerts

Koen T’Sijen: “Een gemeente die werkt aan een sterk ontwikkeld economisch weefsel draagt bij aan de tewerkstellingskansen in de gemeente en de ruime regio. Een werkende bevolking verhoogt de financiële beleidsruimte van de gemeente. Enkele kernelementen: investeren in aantrekkelijke handelskernen, een ondersteunende rol voor middenstand en middenstandsraad als belangrijke partner, actief betrekken van middenstanders bij onthaal nieuwe inwoners, ondernemingen beter afstemmen met de omgeving, in balans met milieu-impact, invloed op de mobiliteit en de ruimtelijke kwaliteit, ondernemingen sterker stimuleren om rekening te houden met maatschappelijk verantwoord ondernemen, horeca-imago versterken, gezellige en goede restaurants, promotie streekproducten, handelaren, ondernemers, bedrijven, vrije beroepen in één oogopslag digitaal, co-workingplaces voorzien enzovoorts.”

Paul Verbeeck: “We willen waken over een goed ondernemersklimaat. Dat houdt in dat we de meedenkende zelfstandige ondernemer horen en ze op een vlotte en efficiënte manier helpen. Een ondernemersvriendelijk beleid betekent dat de handelskernen, in lijn met ons mobiliteitsbeleid, vlot bereikbaar zijn. We creëren een dynamisch klimaat dat duurzaam ondernemen gemakkelijker maakt. Waar mogelijk treedt het lokaal bestuur op als regisseur en indien nodig werkt het samen met andere overheden. Soms spelen we de rol van actor of investeerder voor projecten waarbij meerdere belanghebbenden betrokken zijn.”

STERCK. Is er een goede samenwerking met de ondernemers en zelfstandigen in de gemeente. Hoe is die georganiseerd? 

Koen T'Sijen: “Ja, absoluut. Er is elke maand formeel overleg met de middenstandsraad en informeel voeren we een sterke aanwezigheidspolitiek. Grote bedrijven of de tuinders kunnen steeds terecht bij het bestuur voor alle vragen en we gaan graag ter plaatse als het nodig is. Ze vormen het economische hart van onze gemeente en in die zin zijn er heel goede informele contacten.”

Paul Verbeeck: “De gemeente ziet haar ondernemers vanuit het perspectief van een partner, een partner om mee het beleid vorm te geven. Het overleg over de lokale economie heeft een structureel karakter in de adviesraad Ondernemend Nijlen. In dat overlegorgaan komen evoluties, beleidsvragen, initiatieven en mogelijke beslissingen aan bod. Daarnaast hechten we ook belang aan informele netwerkmomenten zodat onze ondernemers, handelaars en zelfstandigen elkaar ontmoeten en mekaar beter leren kennen. Zo reiken we jaarlijks ‘Het gemeentelijk compliment’ uit. Iedere inwoner kan iemand of een zaak nomineren voor de award ‘Starter van het jaar’, ‘De ondernemer van het jaar’ of ‘De publieksprijs’. Deze awards worden dan uitgereikt op de ‘Dag van de Ondernemer’. Steeds opnieuw een avond om naar uit te kijken.”

Koen Volckaerts: “Zoals ik reeds aankaartte, heeft Hove een zeer levendige en actieve middenstandsvereniging. De dynamiek die ze uitstraalt, zorgt voor en welgekomen steun voor de handelaars. Het bestuur werkt zeer nauw met deze vereniging samen door voornamelijk de logistieke steun en een jaarlijks bedrag ten voordele van een fantastisch Zomerendfeest.”

We scheppen op economisch vlak een aangenaam fiscaal en menselijk klimaat.

 

 

Top5 meest gelezen
    Top5 gedeelde artikels