Een nieuwe wind bij het OCTH
Jos Dessers & Natalie Vanderschaeghe

Een nieuwe wind bij het OCTH

Regio Tessenderlo - Ham

Na 20 jaar voorzitterschap geeft Jos Dessers (Chevron Phillips Chemicals Int. N.V.), als boegbeeld van de ondernemersclub Tessenderlo-Ham (OCTH), de fakkel door aan zijn opvolgster Natalie Vanderschaeghe (studiebureau Macobo). Met veel enthousiasme zet ze haar schouders onder een verjonging én verbreding van één van de bekendste ondernemersclubs van de provincie. 

Typerend voor de goede samenwerking binnen de gemeenten Tessenderlo en Ham is het feit dat de OCTH in 1991 eigenlijk op initiatief van het gemeentebestuur van Tessenderlo werd opgericht als Club Industriëlen Tessenderlo (CIT). In de loop der jaren vervoegden ook bedrijven uit buurgemeente Ham de vereniging zodat in 2007 de naam veranderde in Ondernemersclub Tessenderlo-Ham (OCTH). De club telt vandaag een 80-tal leden en levert onder meer ook afgevaardigden voor gemeentelijke adviesraden zoals deze voor ruimtelijke ordening, voor natuur&milieu, en voor de Contactgroep Limburgse Industrieregio’s (CLI) bij VKW Limburg.

“Zoals andere ondernemersclubs stellen we ons tot kerntaak om de belangen van de ondernemers in Ham en Tessenderlo te behartigen en te verdedigen,” zegt uittredend voorzitter Jos Dessers. “Daarnaast willen we een ontmoetings- & kennisplatform bieden voor onze leden met vijf à zes vergaderingen en activiteiten die we jaarlijks organiseren. Naast directie- en kaderleden van de bedrijven zitten dan ook steeds vertegenwoordigers van beide gemeentebesturen, gemeentelijke diensten, scholen, politie en hulpdiensten mee aan tafel. 

Netwerking is belangrijk om als ondernemers mee te wegen op politieke beslissingen.

Dat gebeurt bij ons uitgebreider dan in veel andere ondernemersclubs. Het maakt het interessant voor de bedrijven om op een informele manier al eens te polsen hoever een bepaald dossier staat, of hoe een vraag het best aangepakt moet worden. Onder de verschillende burgemeesters die we gekend hebben, is die goede dialoog altijd in stand gehouden. Ook toen we op eigen benen gingen staan bleef het gemeentebestuur ons secretariaat verzorgen. Zij regelen nu nog steeds de uitnodigingen, doen de praktische organisatie van activiteiten, …” 

STERCK. Tessenderlo en Ham hebben een industrieel erfgoed dat ver terug gaat in de tijd?

Natalie Vanderschaeghe: “Ravenshout is het oudste industrieterrein van Limburg en in oppervlakte nog steeds één van de grote van het land. Het loopt over drie gemeenten: Tessenderlo, Ham en Beringen, al is de geografische grens niet altijd zo gemakkelijk te trekken. We zitten ook niet in elkaars vaarwater. In het kader van het Economisch Netwerk Albertkanaal zijn er daarna nog verschillende industriegebieden en KMO-zones bijgekomen.” 

Jos Dessers: “En er is natuurlijk het industrieterrein Schoonhees, het grote gebied waar Tessenderlo Chemie destijds begonnen is en ooit meer dan 1.200 mensen tewerkgesteld heeft. De roots van het huidige Vynova en daarvoor INEOS gaan terug tot 1892 toen pastoor Keesen op zoek was naar werkgelegenheid voor zijn arme parochianen. Hij overtuigde de Franse broers François en Emile Raynaud om hier een scheikundig fabriekje op te richten. Exploitation des Procédés Raynaud was de eerste benaming van het bedrijf. Maar dat is geschiedenis. Tegenwoordig is Tessenderlo-Ham goed bedeeld op vlak van industriegrond en dat is in grote mate te danken aan het gemeentebestuur dat proactief denkt en naar samenwerkingen zoekt met bijvoorbeeld LRM.” 

Verbreding

STERCK. Op welk soort bedrijven richt OCTH zich?

Vanderschaeghe: “Oorspronkelijk was OCTH voorbehouden voor de grote industriële bedrijven.  Sinds dit jaar hebben we met het voltallige bestuur besloten om ook het weefsel van kleinere bedrijven en KMO’s die in B2B actief zijn, mee te betrekken in de werking van de vereniging. Zo gaan we naar een verbreding en verhoging van het aantal leden. Het laatste jaar zijn er al flink wat leden bijgekomen. Netwerking is belangrijk en als ondernemers willen we mee wegen op politieke beslissingen. Jos zat in het verleden mee aan tafel bij alle grote industriële dossiers in de regio. Het OCTH was daarin steeds actief betrokken en het is de bedoeling om dat verder te zetten en het draagvlak nog te vergroten.”

STERCK. Welke dossiers zijn belangrijk voor jullie?

Dessers: “We helpen vooral vaak achter de schermen om tot realisaties te komen zoals bij het ontwikkelen van het nieuwe industrieterrein ENA-Genebos. In deze regio met veel chemische nijverheid, promoten we ook al jaren het technisch onderwijs bij ouders en kinderen omdat het een grote kans op tewerkstelling biedt. Samen met ons bestuurslid Yvan Lemmens, algemeen directeur van het Technisch Heilig-Hartinstituut,  zijn we geslaagd in de organisatie van een zevende jaar Chemische proces­technieken. Dat is een opleiding ‘secundair na secundair’. Gezien de regio is het van groot belang dat we hier voldoende proces-operatoren hebben. We zijn daarvoor niet alleen bij de minister gaan pleiten maar hebben met onze bedrijven ook financieel ondersteuning geboden. Een zevental bedrijven hebben 5.000 euro gestort als startkapitaal en verschillende leden hebben materiaal geleverd om labo’s en dergelijke in te richten. Dat was een mooi initiatief.”

STERCK. Jammer genoeg kan niet alles een succes zijn?

Dessers: “Waar we niet in geslaagd zijn, is om het N73-dossier er mee helpen door te drukken. Voor zij die hier niet mee vertrouwd zijn: het gaat om een aansluitingsweg tussen de Industrieweg en het op- en afrittencomplex 25A langs de E313. Daar hebben we toch veel tijd en energie in gestoken. We blijven niettemin de hoop koesteren dat deze weg er vroeg of laat zal komen, net zoals we op een ruimer infrastructureel vlak, samen met de Limburgse werkgevers- en werknemersorganisaties, achter de snelle realisatie van de Noord-Zuidverbinding staan.” 

Onze regio is goed bedeeld qua industriegrond en dat is in grote mate te danken aan het gemeentebestuur.

20 jaar

STERCK. U moet intussen één van de langst zetelende voorzitters van een Limburgse ondernemersclub zijn?

Dessers: (lacht) "Dat klopt, maar Jackie Jackmaert in Maasmechelen heeft het nog langer volgehouden. Ik doe nu een duobaan met Natalie tot het einde van het jaar. Dat is vooral ingegeven door het feit dat ik eind dit jaar op mijn werk bij Chevron Phillips Chemicals Int. N.V. met vervroegd pensioen ga. Dan is het tijd om hier de fakkel ook door te geven.” 

Vanderschaeghe: “Het is goed om een jaar te kunnen dubbellopen. Ik denk dat ik op een gegeven moment het verjongingsproces van de ondernemersclub in gang gezet heb en het leek me ook logisch om dan verder mee aan de kar te trekken als voorzitter.” 

Dessers: “Eén van de initiatieven van Natalie is het feit dat we iemand van buiten de vereniging aangetrokken hebben om onze activiteiten door te lichten en te kijken hoe we meer leden en visibiliteit kunnen genereren. We willen onze vereniging graag een nieuw elan geven. Als we ons draagvlak kunnen vergroten naar de KMO’s, kan onze stem ook weer zwaarder wegen in dossiers die met Tessenderlo en Ham te maken hebben." 

Vanderschaeghe: “De grote industrie heeft op vlak van tewerkstelling klappen gekregen in België maar ook in onze regio met bijvoorbeeld de sluiting van Dow Chemical. De KMO’s worden steeds belangrijker en daar willen we verder mee onze schouders onder zetten. Onze ligging, infrastructuur en beschikbare ruimte zijn enorme troeven.”.

Top5 meest gelezen
    Top5 gedeelde artikels