Zone Kanaal Noord in volle expansie
Liesbeth Van der Auwera

Zone Kanaal Noord in volle expansie

Regio Bree

Met 235 ha industrieterrein is Bree een belangrijke tewerkstellingspool in het Noord-Oosten van Limburg. De ontwikkeling van 56 bijkomende hectare in de industriezone Kanaal Noord moet nieuwe ondernemingen naar de gemeente lokken. Burgemeester Liesbeth Van der Auwera, die ook federaal volksvertegenwoordiger en commissievoorzitter is, wil daarvoor een actief beleid voeren. De verdere opwaardering van het stadscentrum moet dan weer de kleinhandel stimuleren.

“De afgelopen jaren hebben we geïnvesteerd om te kunnen uitbreiden op het industrieterrein Kanaal Noord,” zegt burgemeester Liesbeth Van der Auwera. “Het is een industrieterrein op regionaal niveau, we willen dus ook bedrijven aantrekken die een uitstraling hebben binnen een bredere regio. Op dit ogenblik hebben we 56,5 hectare bij aangekocht. Rekening houdend met de aan te leggen groenbuffer van 6,5 hectare, een gemeenschappelijke overslagkade en de aanleg van weginfrastructuur blijft er een netto te verkopen oppervlakte van 42,5 hectare over. 12,5 hectare daarvan is al verkocht en voor nog eens zoveel grond lopen er aanvragen. Er is dus nog wat ruimte over. In vergelijking met Nederland, dat niet zo ver ligt, zijn de gronden overigens spotgoedkoop. Daar betaal je al vlug tot 350 euro per vierkante meter. Hier zitten we aan één tiende van die prijs.”

Liesbeth Van der Auwera

STERCK. Welke troeven kan Bree uitspelen? 

Liesbeth Van der Auwera: “Als stad hebben we een uitstekende positionering naar de euregio toe. Ook onze ligging aan het kanaal is van groot belang. Dat zie je aan het soort bedrijven dat naar hier komt. We hebben op economische vlak heel wat te bieden. Al besef ik dat er nog moet gelobbyd worden voor een betere ontsluiting naar de autosnelweg toe.” 

STERCK. Jullie willen een actief beleid voeren om bedrijven aan te trekken? 

Van der Auwera: “Daar gaan we nu mee starten. Ondernemers kopen natuurlijk geen grond als er nog geen weginfrastructuur is. In maart zijn we gestart we met de eerste fase van de aanleg. Deze moet al in de tweede helft van dit jaar klaar zijn. In 2015 moeten we het geheel kunnen opleveren. Parallel met die werken willen we via het autonoom gemeentebedrijf op verschillende manieren communiceren over de opportuniteiten die hier zijn.” 

STERCK. Wat zijn andere economische speerpunten in jullie beleidsplan?

Van der Auwera: “We hebben voorzien om de komende maanden te starten met een dienst economie die geïntegreerd wordt in het autonoom gemeentebedrijf en voor ons een vinger aan de pols houdt. Zowel de KMO’s als middenstanders en horeca-uitbaters moeten hier voor ondersteuning terecht kunnen. De dienst zal zich ook bezighouden met de verkoop van de industrieterreinen, en het verder uitvoeren van onze visie naar de kleinhandel toe. Die wordt momenteel besproken met de verschillende betrokken actoren.” 

STERCK. Wat zijn hoofdpunten in die visie?

Van der Auwera: “De grote ketens zitten in Bree eerder in de periferie, wat toch wel de nodige spanning oplevert met het handelscentrum in de stad. Op het vlak van routing en parkeren kunnen we nog heel wat verbeteringen aanbrengen. We willen onze ondergrondse parking en winkelen in de stad aantrekkelijker maken. Er is ook de start van een grond- en pandenbank voorzien, waardoor we op dat vlak een meer actieve rol kunnen spelen en ondernemers gemakkelijker naar Bree kunnen brengen. De nieuwe theaterzaal is bijvoorbeeld heel bewust in het handelscentrum voorzien. Winkels, cultuur en horeca kunnen elkaar versterken.” 

Op het vlak van routing en parkeren kunnen we nog heel wat verbeteren.

“We moeten ook echt aandacht besteden om onze KMO’s hier te kunnen houden en als het kan op het industrieterrein een zone voor hen vrijhouden met aangepaste voorwaarden. De vraag naar KMO-grond is erg groot. Dat moeten we bij de provincie bepleiten.”

STERCK. Daarnaast is er nog een luik sociale en zorgeconomie? 

Van de Auwera: “We laten onder meer het groenonderhoud doen door Labor, dat verbonden is aan dienstencentrum Ter Engelen. We starten ook met een sociaal restaurant. Maar ook verschillende van onze bedrijven zoals Noliko zetten sterk in op sociale tewerkstelling. Met de toenemende vergrijzing wordt de zorgeconomie steeds belangrijker. Het zorgstrategisch plan voorziet op de welzijnscampus een uitbreiding met 65 bedden voor senioren en bejaarden. Ook het fusieziekenhuis Maas en Kempen is een niet te onderschatten economische factor.”.

 

 

Top5 meest gelezen
    Top5 gedeelde artikels