Knap staaltje vakmanschap
Veronique Van Bockstal Firma Staelens

Knap staaltje vakmanschap

Dossier Familiebedrijven - Firma Staelens

Soms geeft een familienaam al veel prijs over de uiteindelijke beroepsactiviteit van mensen. Neem nu de familie Staelens: gestart met een ijzerwarenhandel, later overgeschakeld naar metaalconstructie. Met Veronique Van Bockstal wordt het bedrijf uit Verrebroek momenteel geleid door de derde generatie. “Ik had na mijn rechtenstudies graag een eigen notariaat opgestart, maar uiteindelijk heb ik die achtergrond ook in het familiebedrijf uitstekend kunnen gebruiken”, zegt Veronique, die nu samen met echtgenoot Nico Depondt de zaak leidt.

Het ondernemersbloed stroomde altijd al rijkelijk door de aderen van de familie Staelens. Dat werd voor het eerst duidelijk in 1912, toen de grootvader en –moeder van Veronique Van Bockstal in Wachtebeke begonnen met een ijzerwarenhandel. “De zaak draaide goed en kreeg begin de jaren zestig een verlengstuk in een metaalconstructiebedrijf”, legt Veronique Van Bockstal uit. “Het was een periode waarin de economie floreerde en grote spelers zoals Electrabel en Sidmar enorm sterk groeiden. Door het vroege overlijden van mijn grootvader, sprongen mijn ouders (Maurits Van Bockstal en Mimi Staelens) mijn grootmoeder (Magdalena Vervaet) bij in de zaak. Op vandaag doet mijn intussen 85-jarige moeder trouwens nog altijd haar ding in de ijzerenwarenhandel.  Die zaak is haar passie en haar leven.”

STERCK. In 2000 moest jij het metaalconstructiebedrijf halsoverkop overnemen toen ook je vader veel te vroeg stierf. Welke impact had dat op jouw leven?

Veronique Van Bockstal: “Het was aanvankelijk niet de bedoeling dat ik in zijn voetsporen zou treden. Ik had rechten en notariaat gestudeerd, werkte na mijn studies al negen jaar op zelfstandige basis voor een notaris en koesterde de droom om zelf een notariaat over te nemen. Daarmee zat ik helemaal op dezelfde lijn van mijn vader, die zo’n toekomst voor mij ook helemaal zag zitten. Zijn plotse overlijden zorgde ervoor dat ik een heuse carrièreswitch moest maken. Daar was ook weinig discussie over, want er waren geen andere mogelijkheden: de inkomens van de gezinnen van onze tachtig medewerkers stonden op het spel en een externe overnemer was niet aan de orde. Ik had er ook vrede mee, want ik kende de zaak op mijn duimpje.”

Veronique Van Bockstal & Nico Depondt

Revalidatiecentrum

STERCK. Is je zus Petra ook in de zaak gestapt?

Van Bockstal: “Neen, zij hielp een andere droom van onze familie waarmaken. Onze mama had destijds van haar vader het kasteel van Saffelaere, gelegen in Lochristi, geërfd. Het was de ambitie van mijn vader om daar een revalidatiecentrum voor hartpatiënten van te maken, maar toen dat door een gebrek aan subsidies niet mogelijk bleek, is die locatie gerenoveerd tot een prachtige locatie voor evenementen en feesten. Er is ook een restaurant, Aurum, in ondergebracht. Mijn zus baat die zaak uit, samen met haar man.”

STERCK. Hoe uitdagend was het om je in het familiebedrijf in te werken?

Van Bockstal: “Zeker in de beginperiode was het niet evident. Je komt als vrouw terecht in een echte mannenwereld, moet onderhandelingen voeren met directies van grote bedrijven … Dan moet je bewijzen dat je je mannetje kan staan. Mijn rechtenstudies zijn op dat moment echt een grote meerwaarde gebleken, waardoor ik toch vrij snel het vertrouwen van belangrijke klanten kon winnen en de gesprekken al snel een stuk gemoedelijker verliepen. Binnen de muren van ons eigen bedrijf kon ik op veel sympathie en steun van onze medewerkers en hun familie rekenen. Zij waren blij dat de continuïteit verzekerd was en ze zich geen zorgen over hun job moesten maken.”

STERCK. Merk je aan de bedrijfscultuur bij Staelens dat het om een familiale onderneming gaat?

Van Bockstal: “Toen ik als zelfstandige voor een notaris werkte, vond ik het altijd al fijn dat er geen strikte hiërarchie was en iedereen met iedereen kon communiceren. Die vlakke structuur vind je ook bij ons. Akkoord, ik neem als bedrijfsleider de belangrijkste beslissingen, maar mijn deur staat letterlijk open voor iedereen. Mijn bureau bevindt zich tussen die van andere verantwoordelijken, een ivoren toren-mentaliteit is nooit aan mij besteed geweest. Daardoor weet ik ook goed wat er op de werkvloer leeft. We doen er ook alles aan om voor zoveel mogelijk cohesie binnen ons team te zorgen. Aangezien de meeste van onze medewerkers (35 van de 41) op de sites van klanten werken en elkaar door het jaar weinig zien, willen we er toch voor zorgen dat ze elkaar af en toe in een plezante context kunnen ontmoeten, bijvoorbeeld door twee keer per jaar een barbecue te organiseren.”

STERCK. Welke andere, eigen accenten heb je door de jaren heen in de bedrijfsstrategie gelegd?

Van Bockstal: “Gedurende de eerste jaren heb ik weinig veranderd, toen was het vooral belangrijk dat alles vlot bleef verlopen. Toen mijn partner Nico Depondt in de zaak is gekomen, hebben we – mede op basis van zijn ervaring in de tinproductie – beslist om ons proactiever op de markt te bewegen. Waar we aanvankelijk vooral een belangrijke partner waren voor bedrijven uit de (kern)energiesector, kregen we gaandeweg ook een voet tussen de deur bij cruciale spelers uit de farmaceutische, de voedings- en de (petro)chemische industrie. Dat heeft onze actieradius aanzienlijk vergroot. Ook de verhuis van Wachtebeke naar Verrebroek is een cruciale mijlpaal gebleken: daardoor werken we nu ook meer voor bedrijven die in de Antwerpse haven gevestigd zijn.”

STERCK. Waar haal je als ondernemer de grootste voldoening uit?

Van Bockstal: “Het blijft leuk als klanten, na verschillende offertes zorgvuldig tegen elkaar te hebben afgewogen, uiteindelijk het vertrouwen geven aan ons bedrijf. Dat danken we niet alleen aan het respecteren van een sterke prijs-kwaliteitverhouding, maar ook aan ons vermogen om zo goed mogelijk in te spelen op wat zij echt verlangen. Wij leveren quasi uitsluitend maatwerk. Vaak gaat het om heel ingewikkelde constructies, maar net dat vinden onze medewerkers zo fijn en uitdagend.”

Geen vierde generatie

Als ‘Firma Staelens’ op termijn wordt verdergezet, zal dat normaliter niet door een telg van de volgende generatie gebeuren. Van Bockstal: “Helaas zijn de mogelijkheden op dat vlak heel beperkt, of zelfs onbestaande. Zelf heb ik geen kinderen, en de kinderen van mijn zus hebben al een ander carrièrepad uitgestippeld. We zullen dus moeten zien wat de toekomst brengt, maar geen nood: de drive om er volle bak voor te blijven gaan, is bij ons absoluut nog aanwezig. We blijven trouwens op zoek naar competente medewerkers zoals industriële reinigers, rolbrugbestuurders of monteurs om ons team te komen versterken. Ze komen terecht in een dynamische omgeving, waar ze een job met veel variatie kunnen uitoefenen. We waren al goed vertegenwoordigd in het Antwerpse havengebied, werken ook steeds meer voor klanten uit de Gentse haven en hopen ook in Zeebrugge meer voet aan de grond te krijgen.”

Diversiteit

STERCK. Inmiddels ben je al twintig jaar vertrouwd met de metaalsector. Welke tendensen zijn je tijdens die periode vooral opgevallen?

Van Bockstal: “De concurrentie met buitenlandse spelers is vaak heel moeilijk geweest. Daarnaast moesten we ook optornen tegen andere bedrijven die vooral met Oost-Europees personeel werkten. Ook de globalisering van de markt is opvallend. Waar de communicatie vroeger hoofdzakelijk in het Nederlands gebeurde, is Engels nu de voertaal geworden. Dat komt ook omdat de accountancy van multinationals vaak in handen is van internationale spelers.”

“Een andere trend is het fors toegenomen belang van veilig werken. We beschikten al een tijdje over een VCA-certificaat en hebben dat recent kunnen opwaarderen tot VCA P, wat essentieel is om bij ondernemingen uit de petrochemie aan de slag te kunnen.”

STERCK. De voorbije jaren hebben erg veel bedrijven geïnvesteerd in digitalisering en automatisering. In hoeverre is dat ook bij jullie gebeurd?

Van Bockstal: “We investeren regelmatig in het up-to-date houden van ons machinepark: geavanceerde plooibanken, ponsmachines en hoogwaardige lasapparatuur bieden daarbij zeker een meerwaarde. Tegelijk blijft metaalconstructie een stiel die veel manuele expertise vereist. Werken met robots is bij ons niet aan de orde, vermits we geen grote series draaien, maar ons focussen op maatwerk.”

STERCK. Hoe groot zal de impact van de corona­crisis bij jullie zijn?

Van Bockstal: “ We zijn ook tijdens de lockdown kunnen blijven verder werken, al lag het tempo gevoelig lager. In ons atelier werken we normaal met zes mensen. Dat zijn we blijven doen, maar wel in twee teams van elk drie man, waardoor we de ‘social distancing’ ten allen tijde kunnen respecteren. De bedrijvigheid in onze eigen werkplaats bleef dus vrij sterk, maar ook bij klanten zoals Electrabel helpen we de continuïteit van de bedrijfsprocessen garanderen. We merken wel dat bepaalde bestellingen ‘on hold’ zijn gezet. Ook geplande revisiewerken zijn uitgesteld. We zijn goed voorbereid om zo snel mogelijk weer op volle toeren te kunnen draaien, maar moeten net als iedereen afwachten hoe de economische conjunctuur zich op korte en langere termijn zal gedragen.”

 

Top5 meest gelezen
    Top5 gedeelde artikels