Geen afwerking zonder automatisering
Tom Cortier C-Mec

Geen afwerking zonder automatisering

Sector - C-Mec

West-Vlaanderen is een walhalla van machinebouwers, die nood hebben aan oerdegelijke metalen onderdelen en plaatwerk om hun job te kunnen doen. Die rol van toeleverancier is C-Mec op het lijf geschreven. Het in 2008 opgestarte bedrijf beleefde het voorbije dozijn jaren een gevoelige expansie, onder meer als gevolg van een aantal gerichte overnames. Anno 2020 blijft de onderneming, met twee Belgische en evenveel Oost-Europese vestigingen, doorgedreven inspanningen leveren om verder uit te groeien tot één van de grootste betrouwbare Europese leveranciers van metalen onderdelen. Ook de oppervlaktebehandeling neemt C-Mec grotendeels zelf in handen.

C-Mec (afkorting van Creative Mechanical Solutions) werd twaalf jaar geleden opgericht als een spin-off van Barco. Na de verkoop van Barco Special Components aan de groep BMTech, werden de afdelingen in Kortrijk (Heule) en Kladno (gelegen in Tsjechië) afgesplitst van die groep en kwamen ze terecht bij C-Mec. Dat gebeurde op initiatief van Yves Dhont, die vandaag nog altijd eigenaar is van het bedrijf en de belangrijkste strategische krijtlijnen bepaalt. Toen hij het bedrijf in 2018 verder professionaliseerde en zich liet omringen door specialisten, kwam onder meer ook Tom Cortier aan boord. De huidige CBO (Chief Business Officer) deed in vorige functies al heel wat ervaring op in de metaalsector.

Tom-Vandewoestijne_Tom_Cortier_Yves_Dhont_CBO_C-Mec

Diversificatie

“C-Mec heeft door de jaren heen een grondige evolutie doorgemaakt”, weet hij. “Aanvankelijk focusten we ons puur op een rol als toeleverancier van Barco, maar na grondige investeringen (voor een bedrag van circa 15 miljoen euro, red.) hebben we onze werkcenters in sterke mate geautomatiseerd en gerobotiseerd. Intussen zetten we ook fors in op informatisering en digitalisering. Mede als gevolg van die inspanningen, bereiken we vandaag een heel gediversifieerde klantenportfolio.”

STERCK. Hoe belangrijk is Barco vandaag nog voor jullie omzet?

Yves Dhont: “Barco is geëvolueerd van onze enige klant naar een A-klant, die nog circa 10% van ons globaal zakencijfer vertegenwoordigt. Het was destijds hun bewuste keuze om de productie en afwerking van metalen onderdelen en plaatwerk onder te brengen in een spin-off, zodat zij zich voluit op hun corebusiness – technologische oplossingen – konden richten.”

STERCK. Op welke markten richten jullie zich vandaag nog?

COO Tom Vandewoestijne: “Wij mikken eigenlijk op elk productiebedrijf dat op een innovatieve manier industriële machines en apparatuur maakt. Onze klanten produceren ofwel stationaire systemen (lucht- en vacuümoplossingen, precisie-instrumenten en verwerkingsapparatuur), mobiele producten (vrachtwagens, aanhangwagens, treinen …) of zijn actief op de digitale markt (oplossingen voor visualisering, communicatie en toezicht). Het zijn klanten waarvan de beslissingsbevoegdheden zich altijd binnen Europa situeren, al gebeurt het wel eens dat we voor hen ook leveringen naar filialen op andere continenten verzorgen. Bewust bouwen we zelf geen commercieel of productienetwerk uit buiten Europa, er liggen ook geen plannen op tafel om dat in de toekomst wel te gaan doen.”

Het duurt gemakkelijk een half jaar voor iemand de vaardigheden van oppervlaktebehandeling helemaal onder de knie heeft.

STERCK. Hoe komt het dat C-Mec ook prominent in Oost-Europa aanwezig is?

Cortier: “Na de opstart in 2008 waren we meteen al actief op twee sites. De site in Heule maakte deel uit van Barco en is volledig getransformeerd om de activiteiten mogelijk te maken die we vandaag nog altijd behartigen. Barco had toen al een fabriek in het Tsjechische Kladno, die hoofdzakelijk gericht was op de productie van licht plaatstaal. Het was logisch dat die meeging met het C-Mec-verhaal. De vestigingen in Bornem en Roemenië zijn erbij gekomen als gevolg van de overname van Femstaal. Dat bedrijf was aanvankelijk gevestigd in Puurs, maar zat op een verouderde locatie die zich niet meer leende voor de moderne geautomatiseerde processen die wij zo belangrijk vinden. Daarom is alles vorig jaar ondergebracht in Bornem, waar we over drie productiehallen beschikken.”

Vandewoestijne: “In één van die hallen zijn de activiteiten van VVC ondergebracht. Dat productiebedrijf hebben we in 2017 overgenomen, het maakt rookgaskleppen, afsluiters en aandrijvingen voor de regeling, dosering of afsluiting van productiestromen. Hoewel we op de markt voortdurend alert rondkijken voor eventuele nieuwe overnames van kleine en middelgrote ondernemingen (zowel toeleveranciers als maakbedrijven), zetten we nu ook nadrukkelijk in op organische groei volgens de principes van ‘lean & mean’-management. De focus op automatisering van de processen betekent evenwel geenszins dat we zouden snoeien in ons menselijk kapitaal, integendeel.”

C-MEC IN CIJFERS
  • 4 vestigingen (Heule, Bornem, Tsjechië, Roemenië)
  • 12 jaar bezig
  • 40 à 45 miljoen euro omzet
  • 350 medewerkers

In eigen beheer

STERCK. Hoe belangrijk is oppervlaktebehandeling binnen jullie activiteiten?

Dhont: “Het is, net als plaatbewerking, verspaning en assemblage, een essentiële pijler van onze werkprocessen. Ook dit werk hebben we mettertijd grondig geautomatiseerd. Zo beschikken we bijvoorbeeld over een volautomatische, onbemande poederlaklijn waar we continu met kleurwissels werken. Op enkele typische chemische behandelingen (zoals vernikkelen en passiveren) na, doen we alles zelf. Daardoor hebben we een heel goede controle over de kwaliteit en de leverbetrouwbaarheid.”

STERCK. Welke zijn de voornaamste uitdagingen inzake oppervlaktebehandeling?

Cortier: “De moeilijkheid bestaat erin om je organisatie en het machinepark af te stemmen op een geautomatiseerde, maar toch uiterst wendbare workflow. Onze specialisatie ligt namelijk niet in de afwerking van grote series, zoals in de automotive-industrie, maar in hoogwaardig maatwerk. Net om dat te kunnen waarborgen, blijft menselijke expertise van essentieel belang. Zo zijn er op de werkvloer heel veel dynamische discussies over de juiste kleurkeuze. Per dag gebruiken we toch tien à twintig kleuren. De overgang van de ene naar de andere kleur – en zeker die van bijvoorbeeld zwart naar wit – is vaak nogal complex. Ook het ophangen van de metalen onderdelen aan de ketting moet absoluut volgens de regels van de kunst gebeuren.”

Ook in Oost-Europa woedt de ‘war for talent’ hevig.

STERCK. Zijn nieuwe medewerkers daarvoor voldoende gewapend als ze aan de slag gaan bij C-Mec?

Cortier: “Dergelijke competenties leer je niet op de schoolbanken. Daarom is onze eigen ‘on the job’-opleiding ook van cruciaal belang. Het duurt toch gemakkelijk een half jaar voor iemand die vaardigheden helemaal onder de knie heeft. Oppervlaktebehandeling is een stiel die passie en teamwork vereist. Via ons lidmaatschap bij VOM (een netwerkorganisatie die ruim 300 in oppervlaktebehandeling gespecialiseerde bedrijven groepeert) blijven we voortdurend op de hoogte van nieuwe ontwikkelingen en technieken in deze branche.”

STERCK. Hoe vlot slagen jullie erin nieuwe medewerkers aan te werven?

Vandewoestijne: “We hebben de voorbije jaren herhaaldelijk ervaren dat de ‘war for talent’ zeker geen puur Belgisch thema is. Als we mensen voor onze vestiging in Tsjechië willen aantrekken, duikt die problematiek evenzeer op. In Oost-Europa heeft die tendens vooral te maken met de verminderde beschikbaarheid van de juiste mensen én met de forse loonstijging die daar sinds enkele jaren aan de gang is. Ook om daarop te anticiperen, zijn de investeringen in automatisering en robotisering zo belangrijk.”

Tom-Vandewoestijne_Tom_Cortier_Yves_Dhont_CBO_C-Mec

STERCK. In hoeverre heeft de coronacrisis jullie bedrijf aangetast?

Dhont: “Uiteraard heeft die pandemie onze werking fors beïnvloed, al hebben we nooit helemaal stilgelegen. Zoals zoveel andere bedrijven, hadden we geen andere keuze dan een aantal medewerkers op economische werkloosheid te zetten. Sinds mei is alles weer heropgestart, maar dat was niet op volle toeren. We merken dat alles stap voor stap moet gebeuren, in functie daarvan blijven we ook waakzaam voor onze bezettingsgraad. Wat er ook gebeurt: we houden consequent vast aan de strategie die we hebben uitgestippeld. Dat betekent dat we, door ‘operational excellence’ en hoogwaardige diensten, blijven streven naar omzetgroei en ons verder willen profileren tot een cruciale toeleverancier van metalen onderdelen voor Europese OEM’s en machinebouwers.”

Top5 meest gelezen
    Top5 gedeelde artikels