Met zijn centrale ligging in Europa en een gunstig fiscaal klimaat ontdekken steeds meer bedrijven Slovenië als een aantrekkelijk land om te investeren. Vier jaar geleden werd het Belgische DISS-Europe, actief als industrieel afdichtingstoeleverancier, opgenomen in de Sloveense Donit Group met Johan De Sloovere als CEO. Samen met zijn partner Mark Willems evalueren ze hun tweede thuisland en wat ze over Slovenië leerden. Een bijzonder verhaal.
Na meer dan 20 jaar afdichtingservaring richtte Johan De Sloovere zijn eigen onderneming De Sloovere Industrial Sealings en Service op, uitgegroeid tot DISS-Europe. Hij startte in een woonkamer in Zonhoven en verhuisde later naar Herentals. Na enkele maanden kreeg hij versterking van Mark Willems, een ex-collega met eveneens een jarenlange expertise.
Wat waren jullie voornaamste troeven om potentiële klanten te overtuigen?
Johan De Sloovere: “Als twee ervaren rotten was het onze doelstelling om het vroegere serviceverhaal terug op te bouwen. Navraag bij klanten bevestigde dat ‘betrouwbaarheid’ met ‘kennis van zaken’ vandaag de dag een veelvoorkomend probleem is in de industriële toeleveringsmarkt. En laat dat nu net onze sterkste troef zijn. ‘Afspraak is afspraak’ staat bij ons bovenaan het businessplan.”
Waren de banken bereid om in jullie verhaal mee te stappen?
Mark Willems: “Bij de start was cash vanzelfsprekend een bezorgdheid, in het begin verliep de relatie met de bank stroef. Het kwam erop neer dat ze bijna dagelijks dromers over de vloer kregen. Maar bij ons voelden ze dat er meer achter zat, dat we zelf helemaal in ons verhaal geloofden. We zijn er dan ook in geslaagd ons enthousiasme over te brengen. Met een degelijke eigen inbreng en de steun van het Participatiefonds en KBC konden wij DISS-Europe verder uitbouwen, onder meer met de aankoop van een eerste geautomatiseerde machine. Een vroegere relatie stelde ons ruimte ter beschikking voor een schappelijke prijs en DISS-Europe was klaar om in de markt van de industriële dichtingen een betrouwbare partner te worden voor zijn klanten.”
De economie van Slovenië is de meest welvarende van alle nieuwe EU-lidstaten.
Mature markt
Wie zijn de klanten van DISS-Europe?
De Sloovere: “De afdichtingssector is een zeer mature markt, maar eerder conservatief met weinig verschuivingen. Het is dan ook niet evident om nieuwe klanten over de streep te halen. Zij bevinden zich in alle sectoren waar vloeistoffen en gassen industrieel verwerkt of bewerkt worden, zoals kleine kmo’s, contractors, handelaars tot grote industriële ‘blue chip’ klanten, zoals Total Raffinaderij, Electrabel (Engie), Fluxys en vele anderen.”
Hoe is DISS-Europe in Slovenië terechtgekomen?
Willems: “Bij de opstart van DISS-Europe was het Sloveense Donit een van de eerste toeleveranciers die niet twijfelde om met ons in zee te gaan. Donit, een van de marktleiders in Europa, was gedurende een twintigtal jaar een zeer betrouwbare leverancier van ons. De onderneming is een grote producent van onder meer asbestvrije, grafiet en PTFE-afdichtingsplaten en toeleverancier van bedrijven in een tachtigtal landen over heel de wereld. Daarnaast produceren ze PTFE-dichtingen en semi-metallieke dichtingen, in het vakjargon bekend als spiraal gewonden dichtingen, kamprofielen, Double Jackets, …”
De Sloovere: “Gezien de lange relatie was er de wens van beide partijen om intensiever met elkaar samen te werken. Daar hadden we onze redenen voor. Na een overname en ondanks een lange geschiedenis zat het relatief nieuwe management van Donit en zijn eigenaars in de knoei met de eigen strategie. Externe adviseurs van de overkoepelende holding MSIN vroegen me om hulp om een beter beeld te krijgen van de markt en de mogelijkheden. Na een zestal trips naar Slovenië - waarbij ik de hele strategie van Donit uitwerkte - werd me de vraag gesteld om de overstap naar Donit te maken als CEO. Omdat we nog maar net onze eigen baas waren, weigerden we dat in eerste instantie. Tot een van de eigenaars van MSIN me vroeg hoe we alsnog konden samenwerken. Wij gingen akkoord, met als hoofdvoorwaarde dat zowel Mark als ikzelf mede-eigenaars werden van Donit via een faire aandelenruil.”
Bedrijfszekerheid waarborgen
Wat waren de belangrijkste voordelen van de samenwerking voor DISS-Europe?
De Sloovere: “Door de voortdurende consolidatie in de industriële toeleveringsmarkt hielden we er rekening mee dat Donit binnen een aantal jaren in handen kon komen van een grootmacht met een sterke Belgische verankering. Op die manier zouden wij van onze toevoer afgesneden kunnen raken. Als beginnend bedrijf wilden we niet alleen onze slaagkansen maximaal benutten, maar in het belang van DISS-Europe ook wel de bedrijfszekerheid op lange termijn waarborgen. DISS-Europe werd vanuit die optiek opgenomen in de Donit groep en ikzelf werd CEO van de groep.”
Hoe ziet de samenwerking met de Sloveense partner er concreet uit?
Willems: “Mede dankzij de nauwe samenwerking met onze Sloveense collega’s kunnen we vandaag zowel grote contracten als spoedcontracten beleveren. Het merendeel wordt geproduceerd in Medvode, vlakbij de hoofdstad Ljubljana. Spoedleveringen worden decentraal vervaardigd in Grobbendonk. Die samenwerking garandeert een sterke service, maar ook een goede prijs. Zo trachten we een lokale specialist met sterke technische ondersteuning te zijn voor onze klanten onder het motto ‘industriële dichtingen zonder zorgen’. En omdat we al decennialang actief zijn in de productie van afdichtingsmaterialen bouwden we een zeer sterke merknaam op wat betreft kwaliteit, leverbetrouwbaarheid, engineering capaciteit en constructief meedenken met de klanten. Het enorme labo, voorzien van alle middelen voor R&D, is zeker een van de sterkste troeven van onze hoofdlocatie.”
Slovenië exportgericht
Hoe heeft Slovenië de Joegoslavische oorlogen verwerkt?
De Sloovere: “Als onderdeel van het communistische Joegoslavië was Slovenië altijd al op West-Europa gericht. Voor het uiteenvallen van Joegoslavië was de regio de belangrijkste industriële motor voor het land. Door zijn ligging ten opzichte van de oorlogsgebieden ontsprong Slovenië grotendeels de dans. De burgeroorlog duurde er slechts elf dagen, de regio kwam er dan ook vrij ongeschonden uit.”
Waarom is Slovenië een interessant land voor ondernemers?
Willems: “De economie van Slovenië is de meest welvarende van alle landen van de nieuwe EU-lidstaten (2004). Sinds de onafhankelijkheid in 1991 is er heel wat veranderd en richt Slovenië zich nog meer op export. De centrale ligging speelt daarbij in het voordeel. De regio was al gelegen op de vroegere zijderoute; alle goederen die van Turkije kwamen, moesten dus doorheen Slovenië. Er vindt vooral export plaats naar Europa, met Duitsland, Italië, Oostenrijk en Frankrijk als belangrijkste handelspartners. Slovenië kende een groei van 2,5% van het Bruto Nationaal Product in 2016. Een belangrijke reden daarvoor zijn de buitenlandse investeringen. Uitdagingen voor de Sloveense economie zijn het bedwingen van de vrij hoge inflatie en het in toom houden van de arbeidskosten. De werkgelegenheid en sociale situatie verbeteren, maar de langdurige werkloosheid is nog steeds hoog en de arbeidsdeelname van oudere werknemers blijft laag.”
Op welk vlak biedt Slovenië nog een gunstig investeringsklimaat?
De Sloovere: “Het gaat dan onder meer over beschikbare ruimte, de gezonde lucht, de nog steeds lagere gemiddelde loonkost en het interessante fiscale regime. Er wordt veel aandacht besteed aan logistiek, met een perfect uitgerust wegennet. De meeste oudere bedrijven hebben één specifieke productieactiviteit, die sterk uitgebouwd werd. Ze zijn daarvoor kwalitatief zeer goed uitgerust en hebben goed opgeleide mensen in dienst met een goede kennis van het Engels. Oudere mensen spreken Sloveens en Russisch, wat tot in de jaren ’80 de tweede landstaal was.”
Welk soort Belgische bedrijven zijn actief in Slovenië?
Willems: “Vanuit België zijn het in hoofdzaak productiebedrijven die ook activiteiten hebben in Slovenië, zoals LVD Company, Metrotile, Promat, Roularta, Soudal, Beaulieu, … Omdat Slovenië als een van de eerste ‘Oost-Europese’ landen bij Europa kwam werd het ineens een makkelijke handelspartner.”
Zijn er voldoende arbeidskrachten beschikbaar in Slovenië?
De Sloovere: “Voor hoger opgeleiden is dat niet altijd evident. Slovenië beschikt over twee universiteiten. De campus in Ljubljana telt 35.000 studenten. Toch is er een tekort aan hoger opgeleiden. Sloveense jongeren denken internationaal en zoeken vaak hun heil in andere Europese landen. De hogere verloning en betere arbeidsvoorwaarden spelen daar zeker in mee. Voor lagere profielen zijn er wel voldoende arbeidskrachten beschikbaar.”
Slovenen steken graag de handen uit de mouwen en zijn bereid hard te werken.
Ondernemers-mentaliteit
Merken jullie een groot verschil op het vlak van mentaliteit tussen Belgische en Sloveense werknemers?
De Sloovere: “Er zijn verschillen en gelijkenissen. Net als ons land kende Slovenië een eeuwenlange bezetting door vreemde overheersers. Dat had zijn impact op het soms onderdanige karakter van de inwoners. Maar net als bij ons heerst er een no-nonsense mentaliteit. Slovenen steken graag de handen uit de mouwen en zijn bereid hard te werken. Waar het wel aan ontbreekt, is een ondernemersmentaliteit. Slovenen hebben decennialang geleefd en gewerkt onder een communistisch regime. Dat vertaalt zich in trouwe medewerkers die te weinig initiatief nemen. Ik beschouw het als een van mijn doelen om dat deel van hun cultuur te veranderen, stap voor stap. Mensen moeten kritischer worden naar hun eigen job. Sommigen pikken het op, voor anderen ligt dat moeilijker.”
Zijn er valkuilen waar je als Belgische ondernemer op moet letten wanneer je zaken doet in Slovenië?
Willems: “Het grootste gevaar heeft te maken met onderschatting. Buitenlandse ondernemers die ervan uitgaan dat Slovenië het niet al te nauw neemt op het vlak van milieu, gezondheid en veiligheid komen van een koude kermis terug. In Slovenië gelden immers strenge normen en voorschriften rond die materies.”
Toeristische bestemming
Slovenië is de jongste jaren ook in trek als toeristische bestemming. Wat zijn de troeven van het land?
De Sloovere: “Slovenië is een groen land, met een van de dichtste bebossingen van Europa en met heel wat mooie rivieren. Daarnaast is het een vakantieland met een rijk cultureel verleden. De kleine kuststrook van amper 40 km ligt op een 100-tal km van mooie skigebieden. Zonnen en skiën op dezelfde dag is dus perfect mogelijk. Tussenin zijn er meer dan voldoende mogelijkheden om te wandelen, te fietsen en toeristische trekpleisters te bezichtigen: het meer van Bled, de mooie grotten van Postojna, de vele kastelen, de stoeterij van Lipica waar de lippizaner paarden vandaan komen, …”