Vandeputte uit Boechout bestaat dit jaar zeventig jaar. Het bedrijf is marktleider in persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s). Dat zijn alle mogelijke producten en diensten die de veiligheid en gezondheid van medewerkers op werkvloer helpen garanderen. Die marktpositie heeft het familiebedrijf vooral te danken aan een niet aflatende innovatiedrang. Niet alleen op productniveau, maar ook in hoe de markt benaderd wordt en zelfs hoe het met de medewerkers omgaat.
Vandeputte begon oorspronkelijk vlak na de tweede wereldoorlog met de productie van sportgerief, handtassen en lederen handschoenen. Maar het schakelde al snel over op veiligheidsproducten waarin het een marktleiderschap uitbouwde. Vandaag bedraagt de geconsolideerde omzet 74,5 miljoen euro.
“In de jaren zeventig werkten op deze locatie 300 mensen, waarvan 240 in de productie”, blikt CEO Dirk Vandeputte terug. “Die roots dragen we nog steeds mee. Vanaf de jaren tachtig zijn we echter stelstelmatig minder zelf gaan produceren en meer gaan inkopen bij een aantal grote fabrikanten wereldwijd. We waren een van de eersten om in Pakistan en India te gaan sourcen. Op die manier hebben we twee eigen merken in de markt gezet. Vanaf de jaren negentig is de CE-wetgeving opgekomen en werd veiligheid steeds belangrijker. Er volgden overnames in Frankrijk en Nederland. De Benelux werd onze echte thuismarkt. In Frankrijk zijn we een kleine speler met vestigingen in Parijs en Duinkerke.”
STERCK. Jullie zijn geëvolueerd naar een totaalpartner op het vlak van persoonlijke beschermingsmiddelen?
Dirk Vandeputte: “We zijn ons inderdaad meer en meer gaan richten op het volledig ontzorgen van de klant. Van ‘ik zoek een persoonlijk beschermingsmiddel (PBM)’ tot ‘ik draag het’, ‘ik onderhoud het’, ‘ik zorg dat het gekeurd is’, … We zorgen dat klanten de juiste keuzes maken, dat hun stock daalt, dat het foutgebruik daalt, … En we zorgen voor een optimale aanlevering: van consignatie tot distributieautomaten die wij zelf aanvullen, het leveren op kostenplaats, … We zorgen ook voor onderhoud, keuring en recyclage van het materiaal. En via ons bedrijf Samurai@work kunnen we ervoor zorgen dat de PBM’s effectief gebruikt worden op de werkvloer.
Ons droombeeld is dat we bij bedrijven tot een vast bedrag voor veiligheid komen per medeweker per jaar. In ruil daarvoor zorgen we dat alles op elk moment in orde is, de veiligheid voor de klant stijgt en zijn kosten en ongevallen dalen. We bekijken nu met twee klanten hoe we die formule kunnen realiseren. Je moet daarvoor in partnership kunnen gaan en elkaar volledig vertrouwen.”
STERCK. Jullie richten zich rechtstreeks tot de eindklanten?
Vandeputte: “Tot begin vorig jaar hadden we met AB Safety nog een bedrijf waarmee we ook aan de retail verdeelden. Maar dat hebben we via een managementbuy-out verkocht. Onze focus ligt 100% op de b2b-markt en de ontzorging van de eindklant. Zo hebben we 800 persoonlijke catalogi online. De medewerkers van onze klanten kunnen zich aanmelden met een persoonlijke login en enkel die artikels bestellen die ze nodig hebben. We hebben een heel uitgebreid assortiment van producten. Dat bestaat enerzijds uit PBM’s van merken zoals 3M die je absoluut in je assortiment moet hebben omdat ze zo bekend zijn. Die vullen we anderzijds aan met een aantal specifieke technische producten en met onze eigen merken. Bij Samurai krijgt u een innovatief en kwalitatief product, wat op dezelfde lijn staat met de A-merken. GSA biedt een uitstekende prijs/kwaliteitsverhouding, maar is minder vernieuwend. We hebben de ervaring van 40 jaar eigen productie. En we zijn nog steeds specialist in het ontwikkelen en laten produceren. Wij maken het lastenboek en de fabriek produceert het voor ons.”
Bij Vandeputte participeren de werknemers via zes werkgroepen mee aan het beleid.
- Happy People
Gelukkig op de werkvloer - Corporate Social Responsibility
Teruggeven aan de maatschappij - Samurai 2.0
Doorontwikkelen van technologische producten - Omnichannel
Via welke kanalen de beste interactie met de klant? - Columbus
Verkennen van nieuwe ideeën en markten - Data intelligence
Hoe de beschikbare data maximaal benutten?
Totale ontzorging
STERCK. Vandeputte blijft groeien. Wat is jullie geheim?
Vandeputte: “Hoe meer je kan ontzorgen bij je klanten, hoe beter je scoort. Als je daarbij ook nog de kosten voor de klant kan verlagen, krijg je een optimale combinatie. Eenmaal een klant bij ons tekent, moet hij op jaarbasis een bepaald percentage van zijn budget kunnen besparen. Dat garanderen we zelfs op papier. En die besparing komt niet louter van de kostprijs van het product, maar vaak ook door een efficiëntere manier van werken, bijvoorbeeld door het gebruik van EDI (Electronic Data Interchange) en automatische distributiemachines. Dat zijn automaten die enkele honderden PBM’s kunnen bevatten en waar heel wat software achter schuilt. Medewerkers melden zich aan met hun badge. Alles wordt geregistreerd. Als de voorraad onder een minimum stockniveau zakt, volgt er een automatische bestelling. Ook alle administratie is geautomatiseerd. Er is geen magazijnier meer nodig, de PBM’s zijn 24/24u beschikbaar (ook ’s nachts), er is controle op het verbruik, de foutmarge is nihil, en op technisch niveau is alles in orde. Met dat soort oplossingen maken we het verschil.”
STERCK. Jullie zijn steeds een pionier geweest in de sector?
Vandeputte: “We waren indertijd de eerste met sourcing uit het verre Oosten en we zijn in 2000 ook als eerste begonnen met e-business. Een paar jaar geleden hebben we in Puurs een semi-geautomatiseerd picking magazijn neergezet van 18.000 m2. Ook daarmee zijn we vernieuwend. We doen dat niet met de bedoeling om vijf of tien mensen uit te sparen, maar wel om in te kunnen spelen op de wijzigende vraag van klanten. Vroeger werd er per pallet besteld, later per karton. Nu bestellen gebruikers steeds vaker gewoon zelf één product. Om dat op een efficiënte manier aan te kunnen, hebben we ons magazijn sterk geautomatiseerd. We zijn daar heel performant in. Wat voor 13u besteld wordt, kunnen we de dag erop al leveren. Het aantal bestellijnen is exponentieel gestegen, veel sterker dan de omzet. Maar we kunnen dat efficiënt verwerken en daarin ligt onze kracht. Klanten evolueren ook meer en meer naar single sourcing: een partij die heel het assortiment aankan en alle noodzakelijke diensten levert.”
STERCK. In hoeverre is jullie model exporteerbaar?
Vandeputte: “In Nederland zijn we de nummer vier op de markt. Daar hebben we nog genoeg mogelijkheden om te groeien. Idem dito in Frankrijk, waar we nummer 24 ofzo zijn. Laten we eerst maar eens trachten om die markt volledig af te dekken voor we verder kijken. Al lopen er nog wel enkele buitenlandse projecten. Je zit ook met een geografische beperktheid omwille van de lage waarde van onze producten. Je moet dicht bij de klant zitten. Als je verder gaat dan de omliggende landen moet je met lokale magazijnen gaan werken.”
Distributieautomaten
STERCK. Solutions For Materials is de nieuwste poot in jullie bedrijvengroep?
Vandeputte: “Daarin hebben we onder meer het onderhoud en de keuring van alle PBM’s in ondergebracht, het bedrukken van kleding en het maken van veiligheidscorrectiebrillen. Dat laatste doen we al 40 jaar. We beschikken over de gegevens van enkele honderdduizenden mensen. We fabriceren die brillen nog steeds zelf omdat we performanter zijn in leveringstermijnen en in prijs. Ook onze meest recente activiteit van distributieautomaten is daarin ondergebracht. Dat is een markt waarin we zeer sterk geloven. We doen dat laatste trouwens samen met de Limburgse ondernemer Matty Zadnikar, die daardoor ook deel uit maakt van ons directiecomité. Hij komt uit de sector en betekent een grote toegevoegde waarde voor ons.”
“We stelden vast dat bedrijven meer problemen hadden dan enkel de keuze van het juiste PBM. Dat hebben we vanaf 2005 in een apart bedrijf gegoten: Samurai at work. Het begon indertijd met hoe een gaspak gebruiken, hoe een ademhalingsapparaat aandoen tot campagnes voor het bewust beschermen van de ogen. De laatste jaren zijn de activiteiten geëvolueerd van praktische trainingen naar het realiseren van een volledige cultuur- en gedragsverandering. Het is een heel leuke en dankbare business omdat je het aantal ongevallen bij bedrijven echt drastisch ziet dalen. Bij Samurai at work werken nu twaalf mensen vast in dienst, samen met een hele groep van freelancers.”
Interne participatie
STERCK. Vandeputte stoelt sinds drie jaar ook op een bijzonder model van interne participatie?
Vandeputte: “Normaal gaan directie en raad van bestuur samen zitten om een strategische plan voor vijf jaar te schrijven. Maar daarvoor evolueert de wereld tegenwoordig veel te snel. We hebben zoveel competente mensen in ons bedrijf die een zinvolle inbreng kunnen hebben. Daarom zijn we onze medewerkers uit alle geledingen van de organisatie in werkgroepjes gaan samenbrengen. Ze kijken wat er rondom hen gebeurt en wat we daarvan kunnen vertalen naar ons bedrijf. Die groepjes hebben een concrete invloed op onze bedrijfsvoering.
De belangrijkste werkgroep vind ik ‘Happy People’. Ik geloof er sterk in dat als mensen zich goed voelen in hun omgeving, dat als ze hier ’s morgens met een glimlach binnenkomen en ’s avonds zo ook naar huis gaan, dat ze dit ook uitstralen naar al onze stakeholders. De werkgroep heeft al verschillende initiatieven genomen: van de installatie van picknick- en pingpongtafels tot het opzetten van een sportbeleid, yogalessen, … Ze zorgen dat mensen zich hier beter thuis voelen en beslissen daar zelf over binnen een vooropgesteld budget.”
STERCK. Ook Corporate Social Resposibilty (CSR) ligt jullie nauw aan het hart?
Vandeputte: “Dat klopt. We maken als bedrijf winst en willen dan ook iets teruggeven aan de maatschappij. Geld geven is het gemakkelijkste en dat doen we ook. Maar je moet ook zelf dingen doen. Daarom organiseren we bijvoorbeeld twee teruggeefdagen per jaar waarin alle medewerkers op vrijwillige basis aan een goed doel kunnen meewerken. Dat gaat van soepbedeling tot een dag in een rusthuis bezig zijn, of helpen in een instelling waar minderbegaafde kinderen verblijven. We helpen bijvoorbeeld ook via ondernemers voor ondernemers met de bouw van een school in Congo. En we werken natuurlijk aan een ecologisch beleid. Zulke initiatieven creëren betrokkenheid. Het gros van de medewerkers vindt dat leuk en zet er zich voor in.”
STERCK. Vanuit de werkgroep Columbus bekijken jullie zelfs mogelijke buitenlandse expansie?
Vandeputte: “Dat is een werkgroep die al veel gerealiseerd heeft. Ze gaan buiten de grenzen van ons huidige assortiment kijken, maar ook van onze geografische markt. Daardoor hebben we al een paar keer op beurzen gestaan in de Scandinavische landen waar onze eigen hoogwaardige producten potentieel hebben. En zo bestuderen we nu ook de Afrikaanse markt. We hebben al één distributeur in de Ivoorkust en zijn bezig met een project in Burkina Faso. Afrika is booming business. Er is veel mijnactiviteit en er zijn veel grote mondiale bedrijven actief die maar moeilijk aan materiaal geraken. We geloven erin.”
STERCK. Vandeputte is een familiebedrijf dat eigendom is van u en uw neef Stefan. Staan jullie daardoor dichter bij de medewerkers?
Vandeputte: (denkt na) “Ik denk het wel. Een beleid zoals wij dat voeren moet ook beleefd worden vanuit de aandeelhouder. Anders wordt het een papieren Happy People of een papieren CSR. Directie en medewerkers moeten het samen beleven.”
STERCK. U bent CEO maar tegelijk ook hoofdaandeelhouder. Hoe is de corporate governance georganiseerd?
Vandeputte: “We werkten tot twee jaar geleden met een officiële raad van bestuur. Nu werken we sinds een jaar met een formele raad van advies. Het bestuurder zijn brengt alsmaar meer verantwoordelijkheden met zich mee. Daardoor wordt het steeds moeilijker om mensen te vinden die dat willen doen. Je bent heel veel bezig met juridische zaken. Tegelijk hebben we via onze bedrijfsrevisor al controle genoeg. We zochten daarom vooral een extern klankbord en daarvoor is onze raad van advies met twee externen ideaal. Ze komen uit andere sectoren. Afhankelijk van de thema’s waarmee we bezig zijn, kunnen we indien nodig onze samenstelling aanpassen.”
Medewerkers die zich goed voelen stralen dat ook uit naar de stakeholders.
Etion
STERCK. Intussen bent u ook nationaal voorzitter van Etion. Daarmee zet u het engagement van de familie verder?
Vandeputte: “Mijn vader zetelde in het verleden inderdaad ook al in de raad van bestuur. Zelf was ik al regionale voorzitter van Etion, maar het nationaal mandaat vraagt nu wel flink meer tijd (lacht). Ik ben geïnspireerd geraakt doordat Etion toch anders is dan andere organisaties. Wij zijn geen belangenvereniging en hoeven ons niet te profileren met uitspraken en lobbywerk in de politiek. Dat is een groot verschil. Vandaag staan we voor het promoten van ondernemerschap zodat dit in een positief daglicht wordt gesteld. Dat vind ik zo ontzettend belangrijk! Ik ben een week in Silicon Valley geweest. Daar is een ondernemer een held. Ook als hij drie keer failliet gaat. Hij wordt gezien als iemand die mensen werk bezorgt. Als je hier een keer failliet gaat, ben je gestigmatiseerd en krijg je nergens nog iets gedaan. Ondernemers worden te vaak gezien als mensen die hun zakken vullen. Om dat uit de wereld te helpen, werken we aan positief ondernemerschap. We willen jongeren blijven inspireren om te blijven ondernemen. Daarom doe ik ook mee aan projecten zoals ‘Ondernemer voor de klas’ van Vlaio. De waarden van Etion zitten op één lijn met wat ik hier in het bedrijf doe. Dat gebeurt op beide plaatsen met volle overtuiging. Dat is de reden van mijn engagement. Zoiets kost tijd en geld, maar het is met veel plezier gedaan.”
Op 25 april organiseert Vandeputte haar tweede The Safety Summit. “In plaats van op een beurs te gaan staan, organiseren we zelf een belevingsevent voor onze klanten. We nodigen leveranciers en goede inhoudelijke sprekers uit, stellen nieuwe producten en inzichten voor, … De reacties na de vorige editie waren overweldigend goed. Dit jaar is het congres opgebouwd rond drie centrale thema’s: de mens achter de medewerker, slimme technologie en circulaire veiligheid.”