Overleg, samenwerking, inspraak, lokale verankering: het zijn thema’s die Seppe Bouquillon, burgemeester van Olen, nauw aan het hart liggen. Zijn stokpaardje is ‘werk in eigen streek’. Waarom 60 kilometer rijden terwijl er vlakbij de deur volop jobkansen liggen? Lokale werkgelegenheid kan de balans tussen werk, gezin en ontspanning weer in evenwicht brengen.
STERCK. Olen is een relatief kleine gemeente. Wat zijn hiervan de voor- en nadelen wat betreft de bestuurskracht?
Bouquillon: “Olen telt met zijn drie kernen Olen-Centrum, Onze-Lieve-Vrouw-Olen en Sint-Jozef-Olen circa 12.500 inwoners. Persoonlijk vind ik Olen groot genoeg voor de taken die ons opgelegd worden. Dankzij onze schaalgrootte kunnen we het contact met de burger blijven behouden. De voorbije vijftien jaar zetten wij sterk in op het aantrekken van bekwame medewerkers van zowel niveau A als B. Daardoor hebben wij heel wat deskundigheid in eigen huis. Met mijn 38 jaar ben ik de tweede oudste van het managementteam. Het jonge dynamisme zorgt voor een grote betrokkenheid.”
STERCK. Is Olen een populaire gemeente om te wonen?
Bouquillon: “Ieder jaar stijgt het aantal inwoners. Een aantal mensen uit het Antwerpse verkiest onze gemeente omwille van de werkgelegenheid, de rust en het groen. Dankzij een op- en afrit naar de E313 is er een vlotte bereikbaarheid.”
Seveso-bedrijven
STERCK. Werkt Olen ook samen met andere gemeenten in het kader van sommige dossiers?
Bouquillon: “Dat is een verhaal met twee kanten. We zijn actief in de zone Neteland en kunnen indien nodig een beroep doen op externe expertise. Anderzijds tellen we met Umicore en Aurubis twee Seveso-bedrijven waardoor wij heel wat ervaring en automatismen opbouwden rond crisismanagement. Daar kunnen de andere vier gemeenten uit de zone Neteland weer hun voordeel meedoen.”
STERCK. Hoe is het alarm georganiseerd rond de Seveso-bedrijven?
Bouquillon: “Rondom Umicore en Aurubis staan nog verschillende elektronische sirenes opgesteld die kunnen ingezet worden bij noodsituaties. In de toekomst gaat het gebruik van de Seveso-sirenes afgebouwd en vervangen worden door een BE-Alert. Dankzij BE-Alert kan de burgemeester, de gouverneur of de minister van Binnenlandse Zaken een bericht sturen naar iedereen die ingeschreven is en op wie de noodsituatie impact heeft. Zo krijg je op een snelle manier de nodige aanbevelingen bij een ernstige calamiteit.”
STERCK. Hoe ziet het economische landschap eruit in Olen?
Bouquillon: “Hoewel we er mee uitpakken, zijn we toch geen echt landelijke gemeente. 20% van onze oppervlakte wordt immers ingenomen door drie industriezones en Shopping Park Olen. Naast grote spelers als Aurubis en Umicore zijn er heel wat voeding (verwerkende) bedrijven zoals Mars, Ovi, Van Lommel, Bepro, ... Aurubis en Umicore zetten hard in op lokale tewerkstelling, 75% van hun werknemers woont binnen een straal van 15km rond Olen, de meeste maken gebruik van openbaar vervoer of de fiets. De grote bedrijvigheid in Olen vertaalt zich in een lage werkloosheidsgraad van 5,5%. Dat is een pak lager dan het gemiddelde in de regio. Met de grote spelers in de industrieparken hebben wij een regelmatig overleg. Diverse thema’s komen dan aan bod: mobiliteit, milieu, vergunningen, ...”
STERCK. Is er nog ruimte over voor nieuwe bedrijven op de industrieterreinen in Olen?
Bouquillon: “De industrieterreinen zitten zo goed als vol. De laatste nieuwe speler die er bijkwam was Casa, die van hieruit zijn logistieke activiteiten organiseert. Zij kozen voor Olen omwille van de mobiliteitsvoordelen. We zijn niet van plan om nog gebieden aan te snijden voor nieuwe industrie. De leefbaarheid van Olen mag immers niet in het gedrang komen.”
Vervoer over water gewenst
STERCK. Wat is de impact van de mobiliteit op de leefbaarheid in Olen?
Bouquillon: “Olen beschikt over een station met een goede bereikbaarheid naar de industriezones. Maar wij zijn vragende partij bij De Lijn om de industriezones nog beter te bedienen. Eén van onze ideeën bijvoorbeeld is om schoolbussen in te zetten om werknemers naar hun bedrijf te voeren of van en naar het station te brengen. Als kleine gemeente kunnen we dit uiteraard niet alleen realiseren, dit vergt overleg met aangrenzende besturen.”
STERCK. Welke verzuchtingen leven er nog bij ondernemers in Olen?
Bouquillon: “We willen de mogelijkheden onderzoeken om vrachtwagens van de weg af te halen. In dat kader zou een grote laad- en loskade welkom zijn om goederen over het water richting Antwerpse haven te transporteren. Aurubis investeert zelf in een laad- en loskade aan het Kempens kanaal waardoor ze 75% van de in totaal 20.000 vrachtwagens van de weg kunnen halen.”
Van brug tot brug
STERCK. U promoot heel sterk het werk in eigen streek. Hoe geeft u daar invulling aan?
Bouquillon: “Ik vind het vreemd dat mensen 50 of 60 kilometer rijden naar hun bedrijf, terwijl er hier in eigen streek heel veel jobs worden aangeboden. Er zou een veel betere aansluiting moeten komen voor mensen die in de regio studeren en daarna hun weg vinden naar lokale ondernemingen. De balans tussen werk, gezin en ontspanning krijgt op die manier een beter evenwicht, met daaraan gekoppeld een betere mobiliteit. We moeten het werk in de buurt aantrekkelijker maken en veel meer promoten.”
STERCK. Olen organiseert tweejaarlijks het event ‘Van brug tot brug’? Wat houdt dat precies in?
Bouquillon: “Ondernemingen tussen de brug over het Albertkanaal en de brug over de autosnelweg E313, en een aantal bedrijven op de industrieweg in Olen zetten dan hun deuren open. Het merendeel van de deelnemende bedrijven is gelinkt aan de bouwsector. Naast de mogelijkheid tot het bezoeken van de ondernemingen wordt er in animatie voorzien, de belangstelling is telkens zeer groot. Als gemeente faciliteren wij dit initiatief van harte.”
STERCK. Kan u een voorbeeld geven hoe het overlegmodel in Olen functioneert?
Bouquillon: “Een mooi voorbeeld is de realisatie van de windturbines op ons grondgebied. Er zijn vijftien windturbines vergund waarvan er momenteel twaalf gebouwd zijn. Terwijl er in de meeste gemeenten hierover een hevige strijd woedt, is er in Olen nauwelijks buurtprotest geweest. Bedrijven zijn open over hun bedoelingen, waardoor burgers zich meer betrokken voelen. Als gemeentebestuur zijn we transparant en trachten we de bevolking van bij aanvang te betrekken in het overleg. Het is belangrijk dat bedrijven en lokale verenigingen elkaar kennen. Daaruit ontstaat een verankering waar iedereen baat bij heeft.”