Bij het afsluiten van een overeenkomst gaan partijen wederzijds verbintenissen aan: de aannemer tot uitvoering van een werk, de dienstverlener tot een beschreven prestatie. Dat alles tegen een bepaalde prijs door uw opdrachtgever te voldoen. U kan zich hierbij verbinden tot een resultaatsverbintenis of een inspanningsverbintenis.
Het juridisch spanningsveld tussen het begrip resultaat en inspanning
De aannemer of dienstverlener die zich verbindt tot een resultaatsverbintenis, belooft een welbepaald resultaat af te leveren. Wordt dit beloofde resultaat niet bereikt, dan staat de wanprestatie vast, tenzij u het bewijs kan leveren van een bevrijdende (vreemde) oorzaak. Daarvoor draagt u de bewijslast.
De aannemer of dienstverlener die zich verbindt tot een inspanningsverbintenis belooft de nodige inspanningen te leveren om een beoogd resultaat te bereiken. In dat geval is een wanprestatie veel moeilijker te bewijzen. Uw prestatie moet dan worden vergeleken met die van de zogenaamde 'goede huisvader'. Heeft u alle inspanningen geleverd die van een normaal, voorzichtig en redelijke aannemer of dienstverlener in dezelfde omstandigheden kunnen worden verwacht? Indien uw opdrachtgever dit betwist, draagt hij hiervoor de bewijslast. Het onderscheid is dus van cruciaal belang wanneer betwisting ontstaat.
Kwalificatie
De kwalificatie als resultaats- of inspanningsverbintenis hangt af van diverse factoren.
Partijen kunnen in hun overeenkomst zelf bepalen in welke mate u zich al dan niet verbindt tot het afleveren van een concreet resultaat. Hoe nauwkeuriger het werk gedefinieerd wordt, hoe meer de rechter geneigd zal zijn van een resultaatsverbintenis te gewagen.
Zo zal de aannemer aan wie vooraf geen gedetailleerde plannen werden meegedeeld, gebonden zijn het werk uit te voeren volgens de regels van de kunst. Er zal op hem geen resultaatsverbintenis rusten. Een aannemer die een zwembad plaatst dat gedurende tien jaar waterdicht zal zijn, verbindt zich tot een resultaatsverbintenis. Ook de graad van specialisatie van de aannemer speelt hierbij een rol. Van een gespecialiseerde aannemer of professionele dienstverlener verwacht men dat hij de technieken van zijn vakgebied oordeelkundig beheerst Hij zal dus veelal gehouden zijn tot een resultaatsverbintenis.
Besluit
U zal zich liever gebonden zien door een inspanningsverbintenis. Werd het vooropgestelde resultaat niet bereikt, dan hoeft uw aansprakelijkheid immers niet meteen in het gedrang te komen. Dit zal pas het geval zijn als uw opdrachtgever bewijst dat u niet heeft gehandeld als een zogenaamde goede huisvader.
Het is belangrijk om in de overeenkomst duidelijke afspraken te maken over de aard van de verbintenis die men bereid is aan te gaan. Zeker aannemers of dienstverleners met een graad van specialisatie zijn hierbij gebaat, aangezien de rechtbanken hen vaak beschouwen als schuldenaar van een resultaatsverbintenis.