Contec is gespecialiseerd in de automatisatie van industriële processen. Het bouwde de afgelopen tien jaar vanuit Antwerpen filialen uit in vijf verschillende landen en genereerde zo een stevige internationale basis. Een unieke cvba-structuur zorgt voor intrapreneurship en is een troef in de war for talent. CEO Patrick De Pryck legt uit hoe zijn bedrijf de expansie in de verschillende landen aanpakt.
Onze corebusiness is de automatisatie van productie die te maken heeft met formules”, legt Patrick De Pryck, CEO van Contec uit. “Zo’n proces start vaak vanaf de aanlevering van de grondstoffen. Die worden op basis van een recept samengebracht tot een afgewerkt product. We focussen zowel op het productieproces zelf, als op de verpakking achteraf. Onze klanten zijn multinationals in de farmacie, chemie, voeding en consumentenproducten. We leveren de meetinstrumenten om in een vat of buis het niveau te meten, het debiet, de druk, de temperatuur, … Dankzij ons ontwerp kan het proces aangestuurd worden op basis van meetresultaten. De keuze van de juiste sensoren is heel belangrijk en afhankelijk van waar en hoe de metingen moeten gebeuren. Zo werken we regelmatig in ATEX-omgevingen, waar er explosiegevaar is en bijzondere voorzorgsmaatregelen gelden.
We maken ook alle bedradingsschema’s die de sensoren verbinden met een rekeneenheid of PLC. We ontwerpen de volledige vermogenszijde. Onze automatisatie-specialisten analyseren het proces en kijken wat de beste oplossing is. Vaak ontwikkelen we ook de schermen voor de operatoren in de controlezaal en voorzien we de programmatie. De bouw van de elektrische borden met de processoren en communicatieapparatuur en de installatiewerken van de vermogenkringen gebeurt door de vaste onderaannemers. Uiteindelijk helpen onze mensen om de installatie on site stap voor stap in dienst te nemen. We begeleiden het project dus van A tot Z, soms in samenwerking met vaste onderaannemers, soms in de vorm van een tijdelijke handelsvereniging met een installateur.”
STERCK. Jullie zijn al verschillende jaren uitgeroepen tot Trends Gazelle. Waarin schuilt jullie succes?
De Pryck: “Dat is te danken aan de toewijding en de goede ideeën van heel veel mensen. Rond 2008-2009 is er een generatiewissel geweest en is ons bedrijf in een stroomversnelling gekomen. We zijn toen ook internationaal sterk beginnen groeien. Enerzijds om op de buitenlandse markten lokaal ondersteuning te kunnen geven aan onze klanten. Anderzijds ook omdat we op de arbeidsmarkt vaststelden dat het nog heel moeilijk is om instroom te creëren van jonge goede medewerkers. We zijn gaan kijken waar we om die redenen het beste konden starten en openden zo in 2012 ons eerste filiaal in Roemenië. Nu zijn we heel gelukkig dat we dat gedaan hebben, want het is gewoon een ramp om nog technische mensen aan te werven in België.”
Roemenië
STERCK. Waarom de keuze voor Roemenië?
De Pryck: “We hadden daar al een aantal projecten gerealiseerd. En het was en is er nog steeds relatief gemakkelijk om goede mensen te vinden. Er wordt in Roemenië minder geïnvesteerd dan bijvoorbeeld in Polen. Roemenië staat op het vlak van economische ontwikkeling nog in zijn kinderschoenen. Ik heb al veel gehoord over alle soorten valkuilen en corruptie en dergelijke, maar daar heb ik persoonlijk nooit iets van ondervonden. De opstart is heel vlot gegaan, met dank aan de Europese context waarin we leven. Op advies van onze revisoren zijn we ter plaatse in zee gegaan met een lokale partner uit hun netwerk en die heeft ons in alles begeleid. Daardoor hebben we op heel korte tijd kunnen doen wat nodig was. Ik probeer zoveel mogelijk met dezelfde groep van mensen te werken met een rechtstreekse link naar België. Zo moet je veel minder afstemmen en verloopt de samenwerking vlotter. De oprichting, de opstart van de boekhouding, de opening van de bankrekeningen, de hr, ... dat is allemaal heel vlot verlopen. Na al die jaren werken we nog steeds met dezelfde partij samen.”
STERCK. Hoe is het gesteld met het scholingsniveau in Roemenië?
De Pryck: “Het model van industrieel en burgerlijk ingenieurs bestaat daar niet. We werken er vrijwel uitsluitend met universitaire ingenieurs. Ze zijn enigszins anders gevormd en het duurt wat langer voor ze inzetbaar zijn, maar uiteindelijk boekt het bedrijf er nu even goede resultaten als hier. Wij zijn intussen met 32 mensen ter plaatse.”
- 1986 oprichtingsjaar
- 200 personeelsleden in totaal
- 135 personeelsleden in belgië
- 25 miljoen euro geconsolideerde omzet
- 7 vestigingen in België, Roemenië, Frankrijk, Polen & het Verenigd Koninkrijk
Frankrijk en Polen
STERCK. Vervolgens zijn jullie in Frankrijk en Polen gestart?
De Pryck: “In Frankijk was het hoofddoel om ondersteuning aan lokale klanten te geven. Maar in Polen willen we ook nieuwe klanten en projecten binnenhalen. Polen heeft een sterk groeiende economie en daar proberen we voet aan de grond te krijgen. We realiseren intussen meer dan de helft van onze omzet buiten België. We werken over heel de wereld, maar je moet voldoende mensen vinden die bereid zijn om voor korte of langere periodes in het buitenland te verblijven. Dat is een grote uitdaging.
In Polen pasten we dezelfde tactiek toe als in Roemenië. De lager geschoolde arbeiders zoals metsers en plakkers komen in grote getalen naar hier, maar de hoger geschoolde profielen hebben daar ook heel veel werk. Er wordt enorm geïnvesteerd en er ontstaan nieuwe fabrieken, … Het is in Polen dan ook niet zo gemakkelijk om mensen te vinden. We trachtten eerst het kantoor op te starten en te zorgen dat we mensen beschikbaar hebben die ter plaatse kunnen meedraaien. Sinds kort hebben we er ook iemand aangeworven in de verkoop. Voor Polen en Frankrijk is die lokale markt dus heel belangrijk. In Roemenië leveren we veel support aan projecten die buiten dat land plaatsvinden.”
STERCK. Heel wat projecten lopen over de landsgrenzen heen?
De Pryck: “Als we een project binnenhalen, kijken we eerst wie dat het beste kan uitvoeren, niet waar dat moet gebeuren. Veel werk kan tegenwoordig vanop afstand via videoconference gebeuren, dat werkt perfect. In Polen hebben we bijvoorbeeld een nieuwe productielijn voor chips gebouwd. Dat gaat van de levering van de grondstof tot het moment waarop het palet met afgewerkte en verpakte producten buitengaat. Voor zo’n groot project krijgt de Poolse afdeling ondersteuning uit het buitenland.”
STERCK. Werken jullie met lokale verantwoordelijken of detacheren jullie mensen uit België?
De Pryck: “We werken altijd met lokale verantwoordelijken. Op dit moment hebben we vier vestigingen in het buitenland en in drie loopt dat bijzonder goed. Het is niet alleen een voordeel dat die mensen de lokale markt goed kennen, ook de kostprijs is een voordeel. In Roemenië hebben we een management van drie mensen die fantastisch werk leveren met een uitstekende communicatie en rapportering. In Frankrijk volstaat één persoon om een tiental mensen aan te sturen. Die managers werken alsof het hun eigen bedrijf is.”
Polen heeft een sterk groeiende economie en daar proberen we voet aan de grond te krijgen.
Verenigd Koninkrijk
STERCK. Jullie zijn recent - in volle Brexit-crisis - ook met een vestiging in het Verenigd Koninkrijk gestart?
De Pryck: “Daar is maar één reden voor en dat is … de Brexit. We kregen veel vragen van klanten: wat gaan jullie doen? Gaan jullie ons laten zitten? Moeten we een andere leverancier zoeken? We hebben besloten om lokaal een bedrijf op te richten zodat we onze klanten daar kunnen blijven bedienen, net zoals in andere landen.
De lokale verantwoordelijke is iemand die we kenden van bij een klant die we hebben helpen sluiten en die zijn productie overgebracht heeft naar Duitsland omwille van de Brexit. We halen momenteel in het Verenigd Koninkrijk veel meer werk binnen dan we gedaan krijgen. De afdeling in Roemenië levert momenteel volop support. Het doel is om het Verenigd Koninkrijk naar een team van een tiental mensen te evolueren.”
STERCK. Hoe kijken jullie naar die Brexit?
De Pryck: “Het is voor ons niet zo belangrijk wat er beslist wordt: een harde of een zachte Brexit. Maar het is wel heel belangrijk dat er eindelijk een beslissing valt. De evolutie van de markt daar opent eigenlijk kansen voor ons. Wat er ook beslist wordt, we zullen dat wel oplossen, ook naar de klanten toe. De grote klanten daar zijn ook vragende partij om met ons te blijven samenwerken. Al is het natuurlijk steeds een beetje afwachten.”
STERCK. Wat is momenteel jullie grootste uitdaging?
De Pryck: “Dat is ongetwijfeld om gepast personeel te vinden. We moeten veel meer inspanningen doen om de juiste mensen aan te trekken in vergelijking met vroeger. We spelen daar onder meer op in door onze aanwezigheid op sociale media en samenwerking met universiteiten en hogescholen zodat studenten ons leren kennen. Sommigen vinden ons internationale karakter geweldig. Anderen blijven liever dichter bij huis.”
100% in handen van werknemers
STERCK. Contec is geen nv of bvba maar een cvba. Wat is daar het verhaal achter?
De Pryck: “Contec is 33 jaar geleden opgericht door drie instrumentingenieurs. Eén van hen was een boerenzoon die deze structuur vanuit de landbouwsector kende. Zo is het bedrijf als cvba gestart. Het kapitaal is voor 100% in handen van de werknemers. De waarde van ons bedrijf zijn de mensen die hier werken. We moeten proberen om die bij ons te houden. Advocaten- en boekhoudkantoren zijn ook vaak cvba’s met partners die aandelen kopen. Wij passen dat op een vergelijkbare manier toe.”
STERCK. Hoe werkt dat in de praktijk?
De Pryck: “We vertrekken van een boekhoudkundige waardering van het bedrijf. Een aandeel dat bij wijze van spreken 1.000 euro kost, behoudt voor altijd die waarde. Wie na verloop van tijd uittreedt, krijgt er opnieuw 1.000 euro voor. Maar met dat aandeel koop je het recht op een dividend, en dat is de werkelijke opbrengst. Bij elke kapitaalsverhoging kunnen onze mensen intekenen en worden de aandelen verdeeld. We hebben altijd aandelen te kort.
Als een nieuwe medewerker minstens 1 jaar in dienst is, mag hij zich kandidaat stellen om bij een kapitaalsverhoging aandelen te kopen. Mensen die de firma verlaten moeten verplicht verkopen. Dat is zo opgenomen in de statuten. Die aandelen komen in een pot terecht en worden opnieuw ter beschikking gesteld. We keren jaarlijks een dividend uit op basis van de winst van het boekjaar. Het is de uitdaging om steeds een interessant dividend uit te keren. Er zijn mensen die hier al ettelijke jaren werken en steeds aandelen zijn blijven bijkopen. Ze verdienen nu een aantal maandlonen via hun dividend. Zo werkt iedereen ook een beetje voor zichzelf en dat motiveert. Het is niet alleen een trigger om mensen bij ons te houden, maar ook om hen te stimuleren via intrapreneurship. Zeventig procent van onze mensen heeft een masterdiploma. Je hebt iedereen nodig om tot goede resultaten te komen.”
“Het hebben van betrouwbare partners in het buitenland is een belangrijke sleutel tot succes”, stelt Patrick De Pryck. “Zonder een goed netwerk en die partners is succes in het buitenland niet mogelijk. Ze helpen je onder andere met de lokale wetgeving en om problemen op te lossen. Daarbij moet je gebruik maken van steun uit België. We werken in het buitenland bijvoorbeeld met filialen van banken van hier die ons kennen.”
Open communicatie
STERCK. Heeft die structuur ook nadelen?
De Pryck: “Er zijn beperkingen. We gaan bijvoorbeeld geen bedrijven overnemen en investeren niet in vastgoed. Dat is een bewuste keuze. Als we een gebouw kopen, doen we dat met de winst van de mensen die vandaag werken. Dat vertaalt zich dan niet naar de aandelen of het dividend.
Op de jaarlijkse algemene vergadering worden alle personeelsleden en aandeelhouders uitgenodigd en worden de resultaten, de evolutie van de winst en de komende investeringen besproken. Mensen kunnen vooraf ook vragen stellen. Vorig jaar hebben we de vooruitzichten voor de komende vijf jaar gepresenteerd. Een dergelijk systeem vraagt een heel open communicatie. Iedereen is op de hoogte van de grote lijnen. In principe kan alles gevraagd worden als het over het bedrijf gaat. We hebben trouwens ook een goed werkende ideeënbus.”
We zijn in het Verenigd Koninkrijk gestart, net omwille van de Brexit.
STERCK. Wat zijn de belangrijkste uitdagingen voor de volgende jaren?
De Pryck: “Als we willen groeien, moeten we onze sales internationaal nog verder verbeteren. Daar werken we aan. En we moeten de juiste en goed geschoolde medewerkers blijven vinden. Of we ook buiten Europa gaan? We doen al een aantal projecten wereldwijd. De volgende vestiging zal mogelijk buiten Europa zijn. Maar eerst moeten we zorgen dat wat er nu is top is. Omwille van die cvba-structuur moeten we voornamelijk op eigen kracht groeien. We hebben tijd nodig om middelen te genereren. Stelselmatige kapitaalsverhogingen dragen daar aan bij.”