Twee architectenkantoren. Twee entiteiten. Twee generaties. Onder één dak. En sinds kort ook onder één naam. wilma wastiau realiseert industriële bouwprojecten met een hands-onmentaliteit. Origineel, maar altijd relevant. De combinatie van de twee bedrijven werkt versterkend en creëert een hefboomeffect. Bekijk het als een goed gebalanceerde tandem met af en toe een portie gezonde dualiteit.
Architectuur zit in de genen van de familie Wastiau. Guy Wastiau richtte in 1982 Wastiau & Co Architecten op. Het kantoor focust sinds dag één op industriële architectuur. Er volgen ontzettend veel projecten in de voedingssector en vervolgens ook in de logistieke wereld. Uniek is dat het architectenkantoor met een klein team grote projecten realiseert. Onder andere omdat het heel snel gestart is met BIM. Nog een rode draad: er zit altijd wel een kunstzinnig kantje aan de projecten van Wastiau & Co Architecten. Van in de beginjaren waren de slachthuizen en voedselverwerkende gebouwen die het team ontwierp véél meer dan betonnen dozen.
Dochter Marie Wastiau groeide op tussen de tekentafels en studeerde – niet helemaal onverwacht – eveneens architectuur. “Ik heb samen met mijn man William Allen Zimmerman Architectenbureau Wil-Ma opgericht in 2008. Net zoals Wastiau & Co Architecten werkt ook Wil-Ma altijd heel hands-on. En de betrokkenheid is eveneens erg groot. Toch was het een heel bewuste keuze om zelf een kantoor uit de grond te stampen. We wilden ons eigen ding doen. En bijvoorbeeld deelnemen aan architectuurwedstrijden. Dat stond nooit op de radar van Wastiau & Co Architecten. We hebben natuurlijk wel altijd nauw samengewerkt. Eigenlijk kan je stellen dat Wil-Ma ontstaan is als een ontwerpcel binnen Wastiau, legt Marie Wastiau uit.
Internationale toets
Ook bij Wil-Ma ligt de focus sinds het prille begin bijna uitsluitend op industriële gebouwen. Het verhaal van elke klant vormt de rode draad van het toekomstige pand. Wil-Ma trekt de branding en huisstijl van een onderneming zichtbaar door in het gebouw. Dat werkt. En zorgt er door de jaren heen voor dat de projecten alsmaar groter en complexer worden. Dus besluiten Marie Wastiau en W. Allen Zimmerman om met teams te werken. Elk designteam bestaat uit verschillende ontwerpers, een BIM specialist, een uitvoerend architect en een ingenieur. “Zo kun je beter kennisdelen en sneller schakelen”, zegt W. Allen Zimmerman. “We hebben bovendien een erg internationaal team van medewerkers. Zelf kom ik uit de Verenigde Staten, Marie heeft in Rotterdam gewerkt en we hebben architecten uit Roemenië, Indië, Iran, Portugal en Ecuador op de payroll. Die multiculturele toets biedt een echte meerwaarde. Ook voor de klanten. Het geeft een andere kijk op projecten. En we zitten niet in Brussel of Antwerpen maar in the middle of nowhere in de Kempen!”
1 + 1 = 3
De langdurige en intense samenwerking tussen Wastiau & Co Architecten en Wil-Ma werd eind 2020 bezegeld in een soort structurele samenwerking. “We komen nu naar buiten als wilma wastiau”, vertelt Marie Wastiau. “We bundelen ervaring, technische knowhow, creativiteit en internationale invloeden in een jong en dynamisch team. De negen medewerkers van Wastiau & Co Architecten en dertien teamleden van Wil-Ma vormen nu één complementair geheel. En dat biedt nog meer voordelen. Een fusie? Nee. Wij noemen het graag een huwelijk. Omdat we er allebei voor kiezen. Elke dag opnieuw. De corebusiness? Uitblinken op vier vlakken: master planning, concept & design, technische ontwerpen en interieurdesign.”
Typische invalshoek
In de industriebouw is het heel eenvoudig om in bepaalde gewoontes te hervallen. Dat probeert wilma wastiau absoluut te vermijden. “In alle ontwerpen zit een kunstzinnige invalshoek of lees je het verhaal van het bedrijf dat erin zit. Het DNA van de klant vormt vaak – samen met de bestaande omgeving – de inspiratiebron”, verduidelijkt W. Allen Zimmerman. “Onze baseline is niet voor niets ‘We funk industrial architecture’. Daarmee willen we echt beklemtonen dat we ambitieus, flexibel maar tegelijkertijd ook anders dan de rest zijn. We hanteren een hands-on doe-mentaliteit en gaan voor out of the box functionele ontwerpen. Onze klanten dragen we hoog in het vaandel. We walk the extra mile. We zijn zelfzeker en koppig genoeg om een eigen weg te banen, maar tegelijkertijd ook voldoende flexibel om ons aan te passen aan de wensen van de bouwheer.”
Mooie referentielijst
De lijst met oogstrelende projecten is lang. W. Allen Zimmerman en Marie Wastiau lichten er enkele uit. “Heel recent hebben we de eerste fase van Soprema naast de snelweg in Tongeren opgeleverd. Dat omhelst een terrein van zo’n 12 hectare met een hoogtechnologische isolatiefabriek, een centraal distributiecentrum en kantoren met een binnentuin”, legt W. Allen Zimmerman uit. “Voor de Koninklijke Nederlandse Munt hebben we in het Nederlandse Houten een erg duurzaam project gerealiseerd. Het is een industriële ontwikkeling – noem het gerust een bunker – in de buurt van de stadskern, daarom hebben we geopteerd voor een stedelijke touch. We hebben zowel aan de buitenkant als in het interieur met goudtinten gewerkt om het een iconisch karakter te geven. De betonnen bunker is met zo’n 62 ton stalen platen in goudtinten bezet in een 3D-patroon. In combinatie met daglicht geeft dat dezelfde schittering als op muntstukken. Uniek is ook dat je vanuit de kantoren een kijk krijgt op de productie van de munten. We zijn dan ook heel fier dat dit project nu genomineerd is voor de Staalbouwprijs 2020 van InfoSteel.”
We hanteren een hands-on doe-mentaliteit en gaan voor out of the box functionele ontwerpen.
Pakhuisconcepten en groene oases
Een ander mooi project van wilma wastiau is T-Port Logistics in Twente. “Dat is een schoolvoorbeeld van hoe we gebouwen perfect laten passen in hun omgeving. De boerderijkantoren op het dak van distributiecentrum T-Port linken naar de symboliek van de oude Twentse landbouw terwijl de weefpatronen op de gevel verwijzen naar de textielnijverheid van weleer. Die gevels bestaan uit standaardplaten die we in verschillende richtingen hebben laten monteren. Met standaardmaterialen van de standaard afwijken, dat doen we graag”, legt Marie Wastiau uit. “Voor Ghent Gateway & tij-arm in Zwijnaarde en Henrad in Herentals hebben we in de stedelijke rand voor pakhuisconcepten gekozen. Daar gaan we de hoogte in. En voor een grote multinational in Laakdal hebben we heel veel tijd en energie gestoken in groene oases tussen de 9.000 m2 kantoren. Mooie werkomgevingen op industriegebieden worden immers belangrijker. Daarom spenderen we ook heel veel aandacht aan de buitenruimte.”
Pand als visitekaartje
Creatief omgaan met industriële bedrijfsgebouwen. Een pand gebruiken als visitekaartje. wilma wastiau bewijst dat het perfect kan. Zelfs op een economische manier. Maar hoe begin je daar dan aan? “Je moet het bedrijf natuurlijk op voorhand leren kennen. Enkel zo kun je het verhaal van een onderneming in een ontwerp stoppen. We stellen daarom vooral heel veel vragen aan onze klanten: wie ben je, wat doe je, wat zijn je bedrijfswaarden, wat zit er in je DNA … Als je elkaar goed aanvoelt, kun je dat perfect vertalen in het gebouw. Uiteraard moet je dan ook nog rekening houden met hoe het pand optimaal functioneert en ten slotte is er ook nog de omgeving en het budget.”
De grond in België is niet eindig. Dat maakt dat we functies moeten combineren en zuinig moeten omspringen met beschikbare vierkante meters. “Net daarom stapelen we bij wilma wastiau zo graag. We zijn intern zelfs bezig met een researchproject naar no fields. Daar hoor je binnenkort meer over!”
Niet te serieus
Wat wilma wastiau nog typeert? De aangename werksfeer. “We nemen elk project heel professioneel aan, maar nemen onszelf niet altijd even serieus. We zijn heel open, transparant en flexibel. Hier is ruimte voor plezier en we gaan heel graag in dialoog. We dagen onze klanten soms zelfs uit en moedigen hen aan om feedback te geven. Zo krijg je architectuur die optimaal werkt. Vandaag maar ook morgen. Want elk kantoor of magazijn dat we ontwerpen kan vandaag functie A maar binnen de kortste keren functie B hebben.”
En in de toekomst?
wilma wastiau wil nu de kennis en knowhow die ze heeft vergaard in de industrie toepassen in andere sectoren. “Ik denk dan bijvoorbeeld aan scholen of overheidsgebouwen”, zegt W. Allen Zimmerman. “Ons DNA ligt in de industriële manier van bouwen. Op duurzaamheid staan we inmiddels al zo ver dat dit perfect toegepast kan worden op verschillende typologieën.”