Marathoncoach

Heeft u begin dit jaar goede voornemens gemaakt om gezonder te leven en meer te sporten? Dan heeft u mogelijk uw loopschoenen van onder het stof gehaald. Hardlopen kende de afgelopen 10 jaar een enorme opmars en is nog steeds één van de populairste sporten. Steeds meer lopers, waaronder ook heel wat ondernemers en zakenmensen, voelen zich intussen aangetrokken tot de ultieme uitdaging: de marathon. 

De Manager Marathon Club (MMC) is met 250 leden één van de grootste marathonclubs van België. Hoe spelen die managers het klaar om naast een drukke professionele agenda ook nog zo’n ambitieus en arbeidsintensief doel voorop te stellen? “Een kwestie van motivatie, discipline en planning”, weet professioneel loopcoach Tomas Valcke. Hij begeleidde de afgelopen tien jaar honderden lopers richting eindmeet van de marathon.

“Je kan fit blijven door 3 of 4 keer per week 5 kilometer te lopen”, zegt Tomas Valcke. “Maar de drang om een grootsere prestatie neer te zetten is best vergelijkbaar met de drang naar zakelijk succes. Een marathon lopen is iets mythisch dat haast onmogelijk lijkt. En dat onbereikbare, die uitdaging, is voor veel ondernemers een extra stimulans. Ze hebben dat nodig om zo zwaar te kunnen trainen.” 

STERCK. Zit die prestatiedrang er meer in bij zakenmensen?

Tomas Valcke: “Ze geven dat misschien niet altijd toe, maar vaak is dat wel zo. Dat hoeft niet noodzakelijk een competitieve prestatiedrang te zijn, maar eerder een prestatie naar jezelf toe. Een marathon doe je in de eerste plaats ook voor jezelf. De finishtijd is vaak minder belangrijk. Wel het behalen van die medaille.” 

“Er is nog een andere parallel tussen het lopen van een marathon en het runnen van een bedrijf. De lopers die bij ons aankloppen, hebben meestal al de beslissing genomen om een marathon te lopen. Het is een proces dat je lang op voorhand plant. Ondernemers willen dan een goede begeleiding en zien ons als een externe deskundige die een bepaald aspect van hun leven helpen begeleiden en structuren. Net zoals dat in hun bedrijf op andere domeinen gebeurt.” 

Planning

STERCK. De twee maanden voor een marathon moet je 80-85 km per week lopen. Is dat haalbaar met een drukke agenda?

Valcke: “Dat bespreken we op voorhand heel intensief. Niemand begint met een schema van 7 tot 8 uur lopen per week. Je groeit daar langzaam naartoe. Ik vraag om de trainingen in de agenda te plannen alsof het om een vergadering gaat. Veel zakenmensen zijn het gewoon om een gestructureerde agenda te volgen. Het valt hun vaak goed mee om nog een extra agenda erbij te nemen en ze zijn meestal heel punctueel.”

“Natuurlijk gaat het werk voor, maar als je een keuze maakt om een marathon te lopen moet je ook voldoende prioriteit geven aan het trainen. De meeste lopers weten dat op voorhand. Het gaat eigenlijk vooral over de 6 tot 7 intensieve weken voor de marathon. Eens je zover bent gaat dat van alleen. Een belangrijke vraag bij het intakegesprek is trouwens ook of de familie en echtgenoot akkoord is. Die steun thuis heb je nodig. Anders blijft het niet duren. Het voordeel van lopen is dat je het overal en op elk moment van de dag kan doen. Ook op zakenreis.”

Traag lopen 

STERCK. Wat zijn de grootste valkuilen die een marathonloper tegenkomt?

Valcke: “Dat zijn niet zozeer de grote volumes van training omdat die langzaam worden opgebouwd. De valkuilen schuilen vaak in het onderschatten van details zoals bijvoorbeeld onvoldoende afname van gewicht. Dat vind ik heel belangrijk. Het is niet omdat je meer loopt dat je bourgondischer kan leven. Eens die klik gemaakt is, zijn we vertrokken. Gelukkig is gezonder leven voor veel lopers net een doelstelling op zich.” 

“Ook de snelheid van trainen is een mogelijke valkuil. We besteden veel aandacht aan traag lopen. Meer dan 75 procent van de lopers die bij ons toekomen, lopen te snel. Je moet de marathon zien als de top van een piramide. Hoe breder de basis hoe hoger de top. Maar als je te snel wil opbouwen ga je te vroeg pieken. Je conditie plafonneert te snel. Met een goede en langzaam opgebouwde basis leer je efficiënter energie omzetten. Dat is cruciaal tijdens de marathon. Als je niet zuinig loopt verbrand je teveel suikers en verbruik je te weinig vetten waardoor je zonder energie valt. Dan kom je de man met de hamer tegen.”

Logboek

STERCK. Blessures zijn de grote schrik van iedereen die eraan begint?

Valcke: “De voorgeschiedenis van een loper is heel belangrijk. Welke sport heeft hij of zij eerder gedaan? Zijn er kort of lang geleden blessures geweest? Daar houden we rekening mee. Ook monitoring is belangrijk. We gebruiken een logboek waarin zowel de loper als wijzelf werken. De loper noteert daarin elke training. De belangrijkste kolom is daarbij de subjectieve beleving. Ging het goed of niet goed? Voelt de loper ergens een zeurende pijn? Als we dat een aantal keer achter mekaar lezen, zullen we anticiperen. Zo kan je bepaalde blessures preventief opvangen. Lopen is een monotone sport. Krachttraining kan helpen om dat te ondervangen. Naarmate je leeftijd vordert wordt dat trouwens steeds belangrijker.”

STERCK. Professionele begeleiding helpt?

Valcke: “Het is goed om feedback te krijgen en een klankbord te hebben. Dat levert altijd iets op. In eerste instantie willen we dat elke loper een gezond leefpatroon gaat hanteren. Het is ons doel om de loper zodanig goed te informeren dat hij of zij alsmaar zelfstandiger kan omgaan met de training. Dat bouw je op. Als daar resultaat uitkomt in de vorm van een marathon, dan is dat mooi meegenomen.” 

STERCK. Zit lopen nog in de lift?

Valcke: “Lopen kende een enorme hype waarvan ik verwacht dat deze zich toch enigszins gaat stabiliseren. Al zien we voorlopig nog altijd een steeds bredere massa toegang vinden tot de loopsport. Een marathon lopen doe je vaak vanaf je veertigste als de prikkel van de explosieve sport wegvalt. De populariteit van triatlon stijgt, maar dat zie ik niet als concurrentie. Het is nog tijdsintensiever dan duurlopen en vult elkaar eerder aan.”