Economische motor van Vlaanderen
Bart De Wever Burgemeester Antwerpen

Economische motor van Vlaanderen

Regio - Burgemeester Antwerpen

Het afgelopen jaar presenteerde de stad Antwerpen zijn beleidsnota ruimtelijke economie. Die schetst een kader voor de komende tien jaar om Antwerpen te positioneren als een innovatieve businesstad en ideale plek om te ondernemen. Met burgemeester Bart De Wever overliepen we de hoofdpunten van dit beleidsplan.

STERCK. Ter voorbereiding van het beleidsplan maakte het adviesbureau Idea Consult een marktanalyse met het jaar 2030 als perspectief. Wat zijn de belangrijkste bevindingen van die marktanalyse?

Bart De Wever: “Het Antwerps economisch landschap is geen eenheidsworst. Er is uiteraard de complexiteit van het havengebied en onze petrochemische cluster, maar ook in de stad zelf zijn er tal van belangrijke sectoren met eigenheden die elk een aanpak op maat verdienen. Zo moeten we voor de kantoren van de toekomst rekening houden met de vraag naar flexibele werkvormen. Wie waar wanneer werkt, is een vraag die veel bedrijven bezighoudt. Voorlopig plannen we de komende jaren om ongeveer 140.000 m2 nieuw kantoorvastgoed te verwelkomen. Dat loopt in lijn met de stijgende vraag, maar we moeten het verouderde patrimonium in de stad tegelijkertijd wel renoveren of transformeren. Zowel de stad als hogere overheden bieden daar tal van incentives voor.”

De volgende tien jaar hebben onze kmo’s en stedelijke industrie naar schatting 83 tot 133 hectare nieuwe bedrijfsterreinen nodig.

“Volgens de analyse hebben onze kmo’s en stedelijke industrie de volgende tien jaar 83 tot 133 hectare nieuwe bedrijfsterreinen nodig. Dat is uiteraard een schatting. Dit gaat natuurlijk gepaard met duurzame werkgelegenheid voor onze groeiende bevolking. Daar horen ook laagdrempelige jobs bij, want vandaag de dag staan er meer vacatures open dan dat er werkzoekenden zijn in Antwerpen. Het matchen van de jobs die er zijn met de Antwerpenaren die hier wonen, is dus een grote en voortdurende uitdaging.”

“Tot slot is er de detailhandel. Antwerpen is dé shoppinghoofdstad van de Lage Landen. Maar de sector staat voor grote veranderingen. Daarom moeten de kernwinkelgebieden versterkt worden, met de nodige clustering om levendige buurten met een eigen karakter te creëren. Dat betekent ook dat handelspanden daarbuiten herbestemd moeten kunnen worden, bijvoorbeeld door wonen of gemeenschapsversterkende functies voor jongeren, senioren of buurtinitiatieven.”

Ruimte voor bedrijvigheid

STERCK. Wat zijn de belangrijkste speerpunten van de beleidsnota ruimtelijke economie? 

De Wever: “Elke bedrijvigheid heeft haar eigen karakter. Sommige bedrijven lenen zich ertoe om in het stedelijk weefsel op te gaan, andere hebben hun eigen omgeving nodig. Een voorbeeld van het eerste is de site van de voormalige brouwerij John Martin, waar wonen, werken, handel, horeca en recreatie elkaar van nature vinden. We noemen dat soort gemengde woon-werkzones ‘bedrijvige knopen’.”

Bart_De_Wever_Burgemeester_Antwerpen

“Daarnaast zijn er uiteraard ook bedrijventerreinen die meer ruimte nodig hebben, maar niet noodzakelijk een grootschalig terrein behoeven. Die clusteren we in ‘productieve zones’ aan de buitenrand van woon- of havengebied, zodat ze vlot en multimodaal bereikbaar zijn en tegelijk gemengd kunnen worden met kantoorontwikkelingen. De Innovatieve Stadshaven is een plek waar we op die manier ruimte maken voor kmo’s en stedelijke industrie.”

“En dan hebben we nog onze innovatiehubs waar bedrijven, organisaties en hubs elkaar ontmoeten. Dat kan in campussen, zoals Drie Eiken, zogenaamde districten, zoals The Beacon, of op gespecialiseerde bedrijventerreinen waar lichte industriële activiteit gekoppeld wordt aan onderzoek en ontwikkeling, zoals Blue Gate Antwerp.”

STERCK. Welke acties zijn er op korte termijn heel concreet? Kan u enkele voorbeelden geven?

De Wever: “Ruimte voor niet-verweefbare bedrijvigheid aan de rand van woongebieden is van primordiaal belang. Daarom zijn we volop bezig met het verwezenlijken van nieuwe ruimte in het projectgebied van de Innovatieve Stadshaven op het Mexico-eiland, het Kempeneiland en de Steenborgerweert. Dezelfde oefening doen we op Linkeroever aan de Katwilgweg, waar maakindustrie en kantoren hand in hand gaan in een zone die dankzij de Oosterweelwerken een strategische ligging heeft voor onze stad.”

“In de zuidrand, aan de Lageweg in Hoboken tegen de spoorlijn, transformeren we de deels verlaten bedrijventerreinen naar een leefbaar woon-werkgebied dat goed aansluit bij de dichtbevolkte stadsdelen van het Kiel en het district. Rondom de 19de eeuwse stadsgordel is er dus nog bijzonder potentieel om zowel nieuwe ruimte in gebruik te nemen als oude of verouderde infrastructuur om te vormen voor duurzame bedrijvigheid.”

STERCK. In welke mate is er nog (fysieke) ruimte voor economische groei?

De Wever: “Ruimte voor economische groei is er altijd. Door nieuwe fysieke ruimte, zoals de Katwilgweg, Blue Gate Antwerp of de Innovatieve Stadshaven. Maar ook door de ruimte die er al is maximaal en optimaal in te nemen. We waken erover om Antwerpen aantrekkelijk te maken voor bedrijven. En we slagen er nog steeds in om bedrijven te laten groeien en nieuwe bedrijvigheden aan te trekken, van onder meer de komst van Amazon en de talloze grote investeringen van bedrijven als Atlas Copco, tot de bouw van de meest duurzame en efficiënte ethaankraker in Europa door INEOS. Op die manier zetten we onze internationale positie als welvaartsmotor van Vlaanderen en logistieke hub van Noordwest-Europa nog sterker op de kaart.”

Duurzaamheid en welvaartscreatie gaan hand in hand.

Innovatieprojecten

STERCK. Innovatie is een apart speerpunt. Er wordt gewerkt met zogenaamde innovatieclusters in verschillende vormen. Op welke domeinen wordt er vooral gefocust?

De Wever: “Antwerpen heeft de tweede grootste haven van Europa en de grootste petrochemische cluster na Houston. Samen vormen ze het grootste maritiem-industrieel complex van de wereld. Daarbovenop zijn we het grootste handelscentrum van ruwe diamant en de shoppinghoofdstad van de Lage Landen, met een internationale modereputatie. Als kers op de taart zijn we ook nog eens de grootste stad van Vlaanderen met toonaangevende onderzoeksinstellingen en de belangrijkste zorgcluster van onze regio. Daarom zoeken we vooral naar het connecteren van die sectoren. Dat doen we door te focussen op digitale innovatie over sectoren heen, innovatie binnen de gezondheidseconomie en ontwikkelingen te stimuleren op vlak van duurzame chemie.”

STERCK. Wat zijn enkele concrete voorbeelden van innovatieve projecten waarin de stad een rol speelt en/of waarin Antwerpen een verschil kan maken?

De Wever: “De incubator voor duurzame chemie, BlueChem, zet in op het herwaarderen van afval- en nevenstromen, hernieuwbare chemicaliën, verduurzaming van producten en het optimaliseren van processen. Met grote bedrijven als Umicore, dat in Antwerpen sterk inzet op het recycleren van bijvoorbeeld batterijen, en onze petrochemische sector in de haven is dat ook een broodnodige speerpunt van ons innovatiebeleid. BlueChem helpt start-ups en groeibedrijven met een waaier aan ondersteunende diensten en op maat gemaakte infrastructuur. Dankzij BlueChem hebben bedrijven directe toegang tot een breed internationaal businessnetwerk, onderzoeksinstellingen en de vijf Vlaamse universiteiten. Bovendien is er financiële ondersteuning en een sterke kenniscluster rond chemisch onderzoek. BlueChem is een samenwerking tussen industrie, overheden en kennisinstellingen.”

“Voor de maritieme sector in het bijzonder willen we havenactiviteiten groener, slimmer en veiliger maken. We werken daarvoor met de zogenaamde Plug and Play Maritime, een hub waar partners concrete technologische uitdagingen op tafel leggen die dan vervolgens binnen een innovatieproject een oplossing krijgen door beloftevolle start-ups. In The Beacon hebben we een dynamisch ecosysteem gecreëerd om innovatieve technologiebedrijven alle ruimte te geven die op vlak van Internet of Things en artificiële intelligentie oplossingen bedenken om onze steden, mobiliteit, industrie, haven en logistiek slimmer, leefbaarder en duurzamer te maken.”

“En er is ook het Nextgen District, een project van het havenbedrijf, waarbij de oude GM-site herontwikkeld wordt tot een circulair terrein. Met onder meer Ekopak en Plug Power, dat recent aangekondigd heeft 300 miljoen euro te investeren in een waterstoffabriek, zijn er alvast klinkende namen die zich daar zullen vestigen.”

Klimaatplan

STERCK. Op vlak van duurzame ontwikkeling zijn er heel wat actiepunten. Welke liggen u nauw aan het hart? 

De Wever: “Duurzaamheid en welvaartscreatie gaan hand in hand. Soms lijkt het wel alsof er een guerrilla tegen het vooruitgangsdenken bezig is. Ik verzet mij daar hardnekkig tegen. Want de ecologische transitie kan gekoppeld worden aan economische groei. Er is geen enkele reden om uit te gaan van het tegendeel. Vlaanderen is de voorbije decennia properder en duurzamer geworden, onze ondernemers en industrie investeren daar ook enorme middelen in. Dat doen ze omdat het loont: omdat efficiëntie en zorg voor het milieu opbrengen. Net zoals een betere gevelisolatie leidt tot een lagere energiefactuur, brengt het tegengaan van verspilling en vervuiling voor een doorsnee bedrijf gewoonweg meer winst.”

Bart_De_Wever_Burgemeester_Antwerpen

“Dat vind ik ook de sterkte van het Antwerpse klimaatplan, dat ambitieus was en toch alle doelstellingen gehaald heeft. Daardoor hebben we in een nieuw klimaatplan nog meer ambitie kunnen inbouwen. We doen dat door zeer gericht, samen met bewoners en bedrijven, te investeren in energie-efficiëntie en duurzame ontwikkelingen. Antwerpen moet daarom inzetten op een goed innovatieklimaat, waarbij de economie van de toekomst vormgegeven wordt door het koppelen van jong talent aan toonaangevende bedrijven en kennisinstellingen. Het spreekt voor zich dat de petrochemie en de industrie daar een hoofdrol in spelen. Al die investeringen dragen ook bij tot een klimaatneutrale samenleving, zoals hoogontwikkelde batterijen, beter isolatiemateriaal, opvangen van restwarmte, en het hergebruiken van grondstoffen. Inzetten op kennis en innovatie betekent ook investeren in mensen. We moeten alle talent ten volle ontginnen, want we hebben iedereen nodig.”

Oosterweel

STERCK. Tot slot nog even naar het Oosterweeldossier. U noemde het één van grootste werven van deze eeuw in Europa. De PFOS-problematiek hangt als een schaduw over deze werken. Wat is er nodig om het project binnen de gestelde termijnen toch tot een goed einde te brengen?

De Wever: “Oosterweel moet er in ieder geval komen. De leefbaarheid van Antwerpen en de mobiliteit van Vlaanderen hangen ervan af. De Oosterweelverbinding geeft niet alleen zuurstof aan onze economie, ze heeft ook tal van positieve gevolgen voor milieu en gezondheid. Antwerpen is decennialang in de ban van de Ring geweest, Oosterweel is daarvoor de oplossing. Na jarenlang talmen, is er in 2017 een ongezien pact gesloten met de burgerbewegingen en is er dankzij de intendant een ongelofelijk leefbaarheidsproject van start gegaan waar concrete financiële middelen voor zijn vrijgemaakt. Het is daarom onbegrijpelijk dat Oosterweel in de ogen van sommige activisten de boeman is in het PFOS-dossier. Ik heb er alle vertrouwen in dat Lantis en de Vlaamse regering alle noodzakelijke maatregelen zullen treffen om de werken zo snel mogelijk terug op volle kracht te laten aanvangen.”

Top5 meest gelezen
    Top5 gedeelde artikels