Investeren in zonne-energie is, letterlijk en figuurlijk, ‘hotter’ dan ooit. Het stevig gevulde orderboekje van ExtraPower is daar een prima weerspiegeling van. De EPC-contractor uit Beernem mag zich een topdriespeler in Vlaanderen noemen en trekt intussen ook steeds meer de internationale toer op. Vooral in Roemenië en Spanje scoort het bedrijf van bestuurders Jannes Soutaer en Tineke Serru goed. Intussen maakt ExtraPower de zonne-energiecirkel rond door naast opwekking (zonnepanelen) en afname (laadpalen), ook oplossingen voor buffering (batterijopslag) aan te bieden.
STERCK. ExtraPower draait op volle toeren. In welke mate heeft dat te maken met de verplichtingen die de Vlaamse overheid oplegt?
Jannes Soutaer: “Die PV-verplichting is sowieso één van de drie belangrijkste oorzaken. Tegen 30 juni 2025 verplicht Vlaanderen eigenaars, erfpachters en opstalhouders van gebouwen die per jaar meer dan 1 gigawattuur afnemen, om zonnepanelen te voorzien. Hoe groter de dakoppervlakte, hoe meer zonnepanelen vereist zijn. Het heeft bij nogal wat grote bedrijven geleid tot een investering in zonne-energie.”
“Een andere reden van de huidige populariteit, is de energiecrisis. Akkoord, de prijzen zijn nu wel weer wat gezakt, maar de gebeurtenissen van 2022 hebben iedereen doen beseffen dat de tarieven in ijltempo kunnen stijgen. Daardoor willen meer ondernemingen zo energie-onafhankelijk mogelijk zijn. Bovendien hoef je die energie niet noodzakelijk allemaal zelf te verbruiken. Dankzij het concept van energiedelen kan je de opgewekte stroom ter beschikking van andere Belgische verbruikers stellen.”
STERCK. Welke gevolgen heeft dat voor jullie, als installateur?
Jannes: “We plaatsen sowieso meer PV-installaties, bovendien worden die ook groter in omvang. Waar we in het verleden vooral projecten tot 2 MWp (‘megawatt-peak’) uitvoerden, voeren we vandaag heel veel installaties uit in het segment van 5 tot 15 MWp. Ondernemingen vinden steeds vlotter de weg naar ons, waardoor we in Vlaanderen tot de top-drie van EPC-contractoren behoren. Steeds meer bedrijfsleiders willen elke m2 dakoppervlakte benutten.”
STERCK. Is er in België nog wel voldoende groeipotentieel in de B2B-markt?
Jannes: “Dat is zo, zonder enige twijfel. De potentieel benutte oppervlakte van industriële daken, is vandaag maar 7%. Er ligt dus nog heel veel werk op de plank. Bovendien maakt de technologische vooruitgang het mogelijk dat daken die ongeschikt zijn voor conventionele panelen, toch in aanmerking komen als drager voor PV-installaties. Kleefpanelen ontpoppen zich namelijk tot een heel betrouwbare technologie én wegen amper 2 kg per m2. Onder meer voor 7C Solarparken voorzien we momenteel dergelijke kleefpanelen.”
Door de volatiliteit van de prijzen, is het essentieel om in batterijen gebufferde energie gericht te gebruiken.
Boekarest
STERCK. Jullie kijken intussen ook over de grenzen. Welke tussenbalans maak je op van de vorig jaar in Roemenië opgestarte vestiging?
Jannes: “Nadat we in en rond Boekarest een aantal mooie projecten van Belgische klanten (vastgoedbevaks, ondernemingen met een Roemeense vestiging,…) mochten uitvoeren, zijn we er met een eigen kantoor gestart. Twee plaatselijke medewerkers staan er in voor de coördinatie en administratief-financiële afhandeling van alle projecten. Tot voor kort lag de focus in dit land vooral op de installatie van grote zonneparken op land, waarna de opgewekte energie in het net werd geïnjecteerd. Door een wetswijziging in 2021, creëerde de overheid de mogelijkheid dat bedrijven ‘prosumers’ konden worden. Van die opportuniteit maken veel ondernemingen momenteel gebruik. Daarom werven we nu nog een Roemeense projectleider aan, die steun krijgt van onze Belgische mensen voor de opvolging van bepaalde realisaties.”
STERCK. Hoe ervaren jullie het werken in Roemenië?
Jannes: “Lokale mensen zijn absoluut noodzakelijk om ons wegwijs te maken in de specifieke wetgeving, die net als in België sterk regio-gebonden is. Het proces om er aan de juiste vergunningen te geraken, is nog omslachtiger dan bij ons. We hebben in Roemenië intussen een vierde project op land uitgevoerd. Dat vergt andere machines en andere vaardigheden van de montageploegen. Ook in België merken we trouwens stilaan een grotere bereidheid bij de overheid om zonneparken op land mogelijk te maken.”
STERCK. Welke volgende stappen wil je met ExtraPower in Roemenië zetten?
Jannes: “Nabij een industriële zone in Oradea, zijn we voor H. Essers volop bezig met de realisatie van een project waarbij de klemtoon op het eigen verbruik van de klant ligt. We hopen onze olievlek steeds meer buiten Boekarest te kunnen laten uitdeinen. Daarbij mikken we vooral op de aaneengrenzende provincies Muntenia en Oltenia. Net als bij ons, hebben die elk een aparte regelgeving. Dat is behoorlijk uitdagend, maar eigenlijk geldt dat voor elk verhaal dat je in het buitenland probeert te schrijven. Dat begint bij ‘cherry picking’ en moet uiteindelijk evolueren tot een stabiele, autonoom draaiende organisatie. Daarvoor heb je toch snel twee tot drie jaar nodig.”
Duitsland
STERCK. Welke strategie passen jullie in Duitsland toe?
Jannes: “Ook daar begint ons verhaal met de uitvoering van projecten voor enkele Belgische klanten die daar actief zijn. Het is natuurlijk de bedoeling ook bij onze oosterburen meer voet aan wal te krijgen. Dat zullen we sowieso vanuit België blijven behartigen, er komt dus geen Duitse vestiging van ons bedrijf.”
STERCK. In welke mate is de Duitse PV-markt verzadigd?
Jannes: “Duitsland was het eerste Europees land dat massaal op zonne-energie én op een volledige kernuitstap heeft ingezet. Toch is er ook daar nog veel potentieel, want het is de grootste markt binnen Europa. Waar de nadruk vroeger lag op het bouwen van zonneparken op land, zien we er eveneens de switch naar middelgrote projecten op industriële daken. Net dat opent perspectieven voor ons. Duitsland telt dan wel een aantal grote EPC-contractoren, maar die staan niet echt te springen voor projecten in het middensegment. In dat gat willen wij wel duiken, door zelf voor de engineering en constructie in te staan. Voor de elektrische kasten en de koppelingen zullen we samenwerken met lokale partners.”
Batterijopslag
STERCK. Hoe evolueert ExtraPower naar een totaalpartner voor zonne-energie?
Jannes: “Deze vorm van hernieuwbare energie impliceert drie activiteiten: opwekking, afname en buffering. Met de installatie van zonnepanelen en laadpalen, dekten we die eerste twee aspecten al af. Dat doen we mede via dochterbedrijf ExtraVolt, dat instaat voor hoogspanningscabines. Momenteel zijn we volop bezig met de creatie van een aparte divisie voor de buffering, in de vorm van batterijopslag. Dat doen we via de realisatie van containersystemen (in containers van 20 of 40 voet, red.), waarvan wij de technische uitwerking en de plaatsing voorzien. Ook geavanceerde sturingsmogelijkheden zullen we aanbieden.”
STERCK. Waarom is die sturing zo belangrijk?
Jannes: “Ook in de zogenaamde ‘off peak’-uren, is het belangrijk om de opgewekte energie zo veel mogelijk zelf te kunnen consumeren. Zeker door de volatiliteit van de prijzen, is het gericht gebruiken van in batterijen gebufferde energie, essentieel. Eventuele foute inschattingen over de al dan niet voldoende beschikbaarheid van zonne- of windenergie, kunnen een grote impact op de tarieven hebben. Batterijen laten toe daar gericht op in te spelen én vooral veel minder afhankelijk van die sterke prijsschommelingen te zijn. In functie daarvan, is het heel belangrijk dat de PV-installatie, de hoogspanningscabine én de laadinfrastructuur goed met elkaar ‘spreken’. Net daarom is die sturing dus zo cruciaal. Energieopslag zal de komende jaren sterk aan belang winnen, zeker ook door de toenemende netcongestie, die nu onder meer in Spanje al sterk aanwezig is. Intussen hebben we al een vijftal containers voor batterijopslag uitgewerkt, voor 2024 staan er ook al een tiental in het orderboekje.”