Energiepioniers op de mesthoop
André Jurres, Philippe Jans NPG energy, Biolectric

Energiepioniers op de mesthoop

De dubbel

Er zijn veel meer koeien en varkens in de Benelux dan mensen. Meer dan 35 miljoen stuks om precies te zijn. André Jurres en Philippe Jans zetten elk op hun manier mest om in energie. Jurres heeft een lange carrière in de telecom en energiesector achter de rug, maar ontwikkelt en beheert met NPG energy nu een aantal biogascentrales en andere groene stroomprojecten. Philippe Jans ontwierp op zijn beurt een compacte biogasinstallatie waarmee landbouwers de mest van hun dieren kunnen omzetten in energie. De burgerlijk ingenieur werd Antwerpse jonge ondernemer 2015 en exporteert met Biolectric intussen naar 10 landen.

André Jurres was in een vorig leven verantwoordelijk voor de ontwikkeling en uitbating van telecomoperatoren in landen zoals Frankrijk, Rusland, Turkije, … In november 2001 richtte hij WattPlus/Essent Belgium op dat hij na een half jaar al verkocht aan Essent Nederland. Als CEO bouwde hij het bedrijf verder uit naar een omzet van meer dan 500 miljoen euro, om het eind 2006 te verlaten. Samen met enkele partners legt hij zich nu toe op de ontwikkeling, financiering en uitbating van groene stroomprojecten. Als gerespecteerd energie-expert adviseert hij ook beleidsmakers en politici.

Biolectric is een fantastisch idee met een enorm groeipotentieel.

Philippe Jans studeerde in volle dotcom-crisis af als burgerlijk ingenieur en ontwikkelde thuis aan de keukentafel een massadoorstroomweger om bij overslag de hoeveelheid plastieken granulaatkorrels te meten. Hij verkocht zijn uitvinding aan Katoennatie waar deze in de vergeethoek terecht kwam. Maar de jonge ondernemer bleef niet bij de pakken zitten en startte in het tweede jaar van zijn Vlerick MBA-opleiding een nieuw bedrijf: Biolectric.

“Het idee was simpel”, zegt Philippe Jans. “Als het donker is en het waait niet, dan zijn er in België maar weinig manieren om groene stroom op te wekken. Bovendien kan je elektriciteit voorlopig nog maar moeilijk opslaan. Biogas kan een oplossing zijn. Ik ben met heel wat stakeholders gaan praten en tot de conclusie gekomen dat ik biogas wilde produceren zonder grootschalige transporten, zonder concurrentie met ‘food’ of ‘feed’, … maar wel op kleinschalige lokale basis. Met onze installatie moet je gewoon een pomp in de mestkelder van je boerderij steken. De grondstof is gratis. Dan komt het er op neer om je conversiekost zo laag mogelijk te houden en je hebt een businessmodel. Onze installatie kost ongeveer 100.000 euro en is op 4 à 5 jaar terugverdiend.”

Met de steun van Taste Invest, de investeringsmaatschappij van de Antwerpse ondernemersfamilie Westerlund, kende Biolectric een relatief vlotte start. Tot een aantal kinderziektes opdoken. “We hadden al een dertigtal installaties bij klanten staan en moesten dus alle fouten 30 keer corrigeren”, blikt Jans terug. “Maar je leert ook 30 maal sneller dan wanneer je slechts enkele installaties test. We hebben zwarte sneeuw gezien en in 2012 bijna niets verkocht. Maar we bleven onze producten wel verbeteren in nauw contact met onze klanten. Midden 2013 waren we zo goed als door onze moeilijke periode, toen de overheid een investeringssubsidie lanceerde van 30 procent, terwijl onze installatie op zich ook al rendabel was. We waren eerst naïef heel blij, maar uiteindelijk zou het anderhalf jaar duren voor de subsidie erdoor kwam. Een periode waarin elke Belgische landbouwer afwachtte om een investering te doen. Opnieuw een moeilijke periode dus.”

Als het donker is en het waait niet, zijn er in België weinig manieren om groene stroom op te wekken. 

Enorm potentieel

STERCK. Biolectric is er sterker uitgekomen?

Jans: “Het heeft ons gestimuleerd om onze eieren internationaal meer te gaan spreiden over verschillende korfjes en daar plukken we nu de vruchten van. We hebben intussen een kleine 100 installaties gebouwd en zijn nu vertegenwoordigd in 10 landen waarvan vooral Ierland, Polen, Italië en Frankrijk het heel goed doen. Ons orderboekje zit vol. Volgend jaar gaat onze productie en omzet van 3 miljoen euro wellicht verdrievoudigen.”

André Jurres

Jurres: “Het is een fantastisch idee met een enorm groeipotentieel. Er is in de wereld plaats voor dergelijke initiatieven, zeker ook in de derde wereld en in Afrika en Azië. Er zijn veel landen waar de infrastructuur minder ver staat dan hier en zo’n kleinschalige productie is dan een oplossing.”

Jans: “Je hoeft daarvoor niet verder te gaan dan Wallonië hoor. Ik heb daar een klant die landbouwer is en die 80.000 euro moest betalen voor zijn netaansluiting. In onze vier beste exportlanden hebben we een potentieel van 107.000 klanten. Dat is de gemiddelde boer met 60 koeien. Varkensmest kan ook, maar dat verliest sneller zijn energetisch potentieel door de verwarmde stallen. Met een nieuw stalconcept waarbij je het varkensmest vrijwel onmiddellijk kan gebruiken, werkt het wel perfect.”

STERCK. Jullie produceren beiden biogas maar zitten eigenlijk in een totaal andere business?

Jurres: “Ik ben persoonlijk minder geïnteresseerd in technologie maar wel wat eruit komt. Of het nu megabits zijn of kilowatt of wat anders. Maar wel liefst met een duurzame productie. Energie wordt nog te vaak als een dienst beschouwd terwijl het een product is. Met NPG energy zitten we in de volumebusiness, terwijl Biolectric zich misschien eerder met afvalverwerking bezig houdt. De sector van groene energie is nog een heel jonge markt. Ik noem het bijna de ‘trial & error’-markt die leeft bij de gratie van fouten. Phillippe merkt terecht op dat de meeste duurzame energie zoals de wind- en zonne-energie die nu opgewekt wordt, eigenlijk verloren gaat.

We zijn met NPG energy op twee jaar tijd van 6 naar 25 miljoen omzet gegroeid en we willen nu naar 100 miljoen euro evolueren. In de productiebusiness is dat klein. En als energieproducent heb je net schaalgrootte nodig. Elektriciteit wordt vooral gebruikt door grote bedrijven. De 10 grootste bedrijven in België qua elektriciteitsverbruik zijn al goed voor 20 procent van alle verbruik. De 1500 grootste verbruikers verbruiken meer dan 50% van alle Belgische elektriciteit. Biolectric heeft een schitterend product waar een duidelijke markt voor is. Maar we hebben ook energie nodig voor onze zware industrie. En daar is het model van het verleden geen oplossing voor de toekomst. We moeten onder meer de link maken naar mobiliteit die moet verduurzamen door een combinatie van waterstof, CNG, biogas, … De hele keten moet betrokken worden. Dat is een moeilijke omslag.”

De sector van de groene energie leeft bij de gratie van fouten. 

Jans: “Gaat dat niet verbeteren naarmate 2020 dichterbij komt?

Jurres: “Ik vrees ervoor. De politiek is bezig met brandjes blussen. Een kerncentrale die enkele jaren langer open mag blijven is geen oplossing voor de lange termijn. Daardoor vernietig je zelfs alle marktpotentieel voor een nieuwe investering die qua marginale kost nooit kan opboksen tegen die afgeschreven kerncentrales. Biogas is eigenlijk de kernenergie van de groene energie. Alleen heeft de overheid momenteel een nonbeleid én een regelgeving die nieuwe projecten haast onmogelijk maakt. Minister Turtelboom heeft tot nu toe nog niet naar onze sector gekeken. Dat is op eigen risico. Veel landen gaan ons voorbijsteken. En hetgeen we in België hebben, is nog maar een heel klein plantje. We hebben 40 grote biogascentrales die wel evenveel elektriciteit produceren als alle windmolens op het land samen. Ze produceren niet alleen evenveel. Ze doen het ook aan een constant tempo.”

STERCK. Waarom is biogas dan nog zo’n grote onbekende?

Jurres: “Een van de problemen is het feit dat we eigenlijk een afvalproduct van de landbouw gebruiken maar dat het ministerie van Landbouw er niet bij betrokken is. Het product wordt niet gevaloriseerd. We moeten soms zelfs nog betalen voor afval. In principe zou landbouw ons moeten steunen omdat we de mestberg helpen wegwerken. De sector tracht te overleven mede dankzij certificaten. De waarheid is dat de prijs van elektriciteit zo laag is, dat niemand in heel Noord-West-Europa nog rendabel kan produceren, behalve met bruine steenkool en afgeschreven kerncentrales. Al de rest is ten dode opgeschreven in de huidige prijsmarkt.”

Philippe Jans

Mestoverschot

STERCK. Phillipe, jullie hebben bewust gekozen voor een nichemarkt?

Jans: “Iedereen noemt dat een nichemarkt maar ik denk dat onze markt groter is dan de klassieke biogasmarkt omwille van het enorme volume mest. Bij een grote biogasinstallatie moet je de mest ernaartoe transporteren. Dat is voor 95% transport van water. Het kost veel en je verliest heel snel de energetische waarde van de mest. De enige correcte manier is om je mest meer lokaal te gaan vergisten.”

Jurres: “(Knikt) Dat is absoluut waar. Al valt dat voor mij eerder onder de noemer afvalverwerking. De grote toegevoegde waarde bestaat erin dat je met dat afval iets nuttigs doet. Ook al zit je na afloop nog steeds met mest. En dan geeft het ministerie van landbouw weer niet thuis. We moeten ons mest gaan opwaarderen zodat andere delen van de wereld er nog iets mee kunnen doen. Wij hebben een berg shit zo groot als de Mount Everest omdat we in de Benelux nu eenmaal meer koeien en varkens hebben dan mensen.”

Jans: “Je zou de cyclus moeten sluiten. Er komen sojabonen van pakweg Zuid-Amerika en eigenlijk zou die boot terug moeten met opgewaardeerd mest. Je verarmt aan de ene kant van de wereld de bodem en hier zit je hem zodanig te verrijken dat het ongezond wordt voor het grondwater.”

Jurres: “We zijn technologisch in staat om van alle afval dat we hebben een hoogwaardiger product te maken dat andere delen van de wereld kunnen gebruiken. Maar we sluiten er onze ogen voor. Veel van onze mest verdwijnt in de anonimiteit van een vrachtwagen naar het buitenland. Dat zijn geen honderden maar duizenden transporten. Niemand wil dat weten. De overheid zegt dat je een groot deel van het jaar dat mest niet op het land mag uitrijden (en terecht) maar ze geeft ons geen oplossingen wat er wel mee te doen. En het loslaten van de melkquota vergroot alleen nog maar het probleem.”

STERCK. Is de oplossing van Biolectric daar een antwoord op?

Jans: “Het lost het mestprobleem niet op, maar het maakt de verdere verwerking wel gemakkelijker. Ons eindproduct is nog altijd mest, maar de helft van het organisch materiaal is eruit. We doen zelf ook onderzoek. Eigenlijk is het een concentratie­probleem. Als je de massa nutriënten die in dat water zit eruit kan halen, kan je dat water gewoon loosbaar maken of en masse op het veld uitrijden. Die nutriënten zijn iets waard. Als een boer kunstmest moet kopen betaalt hij een euro per kilo stikstof. In mest zit het met hopen maar niemand slaagt erin om dat gunstig eruit te halen.

In de Antwerpse haven staat een bedrijf dat kunstmest oftewel ammonium maakt. Dat wordt geproduceerd uit aardgas en uit stikstof dat in de lucht hangt. Dat bedrijf is verantwoordelijk voor 10 procent van het Belgische aardgasverbruik. Een gigantisch volume. Die ammonium is chemisch identiek als de ammonium die in het digestaat zit dat uit mijn vergister komt. Het één mag je wel op het land gooien omdat het van de kunstmestlobby komt. En als je het ander op het land gooit, dan smijten ze je in de bak.”

Jurres: “En dan moet je weten dat we in België 16 miljard m3 aardgas importeren per jaar. Een fossiele brandstof. Er is niets schoons aan aardgas hè. Het enige voordeel is dat het minder vervuilt dan kolen of olie. Aardgas gebruiken in processen die volcontinu draaien is eigenlijk een misdaad. Je zou het alleen mogen gebruiken op piekmomenten. Maar het is nu bijna voor niets, dus er staat geen rem op het verbruik. De Amerikanen hebben immers schaliegas gevonden waardoor de prijs van gas compleet ingestort is. Als we niet in de hele keten leren denken, geraken we nergens.”

André Jurres, Philippe Jans

Beleidskeuzes maken

STERCK. Wat moet de overheid doen?

Jans: “Er moet vooral een duidelijk beleid komen. Iemand moet het lef hebben om te zeggen waar we de komende 20 jaar op inzetten. Zoals ze in de jaren ‘60 gezegd hebben dat ze kerncentrales gingen bouwen. Je kan daar veel over zeggen maar ze hebben tenminste een duidelijke keuze gemaakt en daar plukken we nog de vruchten van. Nu wordt er alleen maar op korte termijn gedacht.”

Jurres: “Er moeten inderdaad dringend keuzes gemaakt worden. Als we dat niet doen, gaat op een keer het licht uit en worden we het Bokrijk van Europa. Het gaat om heel grote investeringen die je op 20, 30 en 40 jaar afschrijft. Dat overstijgt de ambtstermijn van een politicus met vele jaren. Als die alleen de lasten heeft en de baten pas later komen, is het moeilijk om een politicus daar warm voor te maken. Zo wordt zonne-energie nu ook verketterd. Maar het is wel dankzij landen als Duitsland, Spanje, Italië, België en nog een paar andere landen, dat zonnepanelen nu niets kosten. Als al de anderen profiteren van de goedkope prijzen dan is dat alleen omdat de subsidies van bepaalde landen een wereldmarkt gecreëerd hebben. Je moet dat over 40 jaar zien. Het is nu nog te vroeg om te zeggen dat we teveel subsidie betaald hebben voor zonne-energie. Met twee zonnepanelen kan je nu in Afrika een bedrijf beginnen.”

STERCK. Energie zal duurder worden?

Jans: “Dat kan niet anders. Ofwel kies je ervoor om tot in het oneindige kerncentrales open te houden, ofwel investeer je en gaat de prijs van energie omhoog. Men zegt dat groene stroom overgesubsidieerd wordt. Maar welke subsidie is er al tientallen jaren naar de petrochemie gegaan? En niemand weet wat de echte factuur van de gezondheidszorg is. Dat heeft ons allemaal vooruit gebracht. Maar op je energiefactuur staat nu wel zwart op wit wat groene energie kost.”

Jurres: “Je moet de echte energiekost in de prijs van het product leggen. Het kost 3 maanden energieverbruik van een doorsnee gezin om een smartphone te produceren. Die CO2-kost wordt niet doorgerekend. Net zo min als de werkelijke prijs van een kiwi die uit Nieuw-Zeeland komt of dat vliegtuigreisje voor 9 euro naar Venetië. Groene stroom zou wel eens de goedkoopste kunnen zijn als je de impact op het milieu in alle producten meetelt. Olie is nu spotgoedkoop maar was wel op weg naar 180 dollar per vat. En binnen een paar jaar staat de prijs daar misschien opnieuw. Fossiele brandstoffen zijn een aflopend verhaal.”

Wij hebben in de Benelux een berg shit zo groot als de Mount Everest.

STERCK. Wat is de grootste uitdaging voor Biolectric?

Jans: “Die bestaat er zeker in om goede mensen te vinden. We groeien aan een tempo waarbij de instroom aan mensen hoog is. Mensen met de juiste mentaliteit vinden is echt wel cruciaal op ons kritisch pad. En we moeten ook snel markt pakken. We zijn nu het enige bedrijf dat op die schaal biogasinstallaties bouwt. Als we niet binnen dit en drie jaar een stevig stuk van de Europese markt innemen zal een ander bedrijf dat doen. Maar we kunnen die snelheid maken en voorsprong nemen. We hebben groeistress maar dat is een positieve stress. We bouwen aan een positief verhaal. Er zit groei in ieders carrière bij ons. Dat maakt dat iedereen gealigneerd is en dat is een fantastisch gevoel.”. 

Top5 meest gelezen
    Top5 gedeelde artikels