Een communicatieplan wordt opgezet vanuit een organisatorische noodzaak. Het vermeldt wat, hoe, wanneer en door wie er wordt gecommuniceerd. En vooral ook: wat is het doel van de communicatie? Vaak heeft een bedrijfsleider een idee dat de lucht wordt ingeschoten, maar meer dan een losse flodder kan je dat niet noemen. Beter is het om dit op een georganiseerde manier uit te voeren.
Welke boodschap en wanneer communiceert een bedrijf?
De boodschap die gecommuniceerd wordt, is gelinkt aan de diensten en producten die een bedrijf aanbiedt, geëxtrapoleerd naar het type klanten. Niet alle klanten zijn gelijk, een commerciële boodschap richt zich specifiek op bepaalde klanten. Het tijdstip waarop een commerciële boodschap naar de klant toekomt, hangt onder meer af van het type product en de eigen doelstellingen van een onderneming. Naarmate de belangrijkheid kan over een bepaald product prioritair gecommuniceerd worden. Sommige producten passen beter bij het voorjaar, naar andere producten is er meer vraag in het najaar.
Hoe vaak moeten we communiceren?
Het is een must om op regelmatige basis te communiceren. Mensen hebben een kort geheugen, wat te maken heeft met onze snelle levensstijl. Daarom is het aangewezen om met een doelgroep of klanten in gesprek te blijven met toegankelijke topics.
Wanneer is er sprake van een geslaagde commerciële communicatie?
Bij een geslaagde commerciële communicatie wordt het juiste product bij de juiste persoon op het juiste tijdstip aangeboden. Het is echt noodzakelijk dat aan die drie voorwaarden wordt voldaan. Vanzelfsprekend is ook het medium van belang: website, facebook, LinkedIn, beurzen, enz.
Verzorgen we zelf de communicatie of besteden we uit aan experts?
De belangrijkste valkuil is om geen communicatieplan te maken of er onvoldoende aandacht aan te besteden. Wie uiteindelijk de communicatie verzorgt, hangt doorgaans af van de middelen en de tijd dat een bedrijf wenst te investeren in communicatie. Externe experts mogen dan wel het communicatieplan voor hun rekening nemen, een zaakvoerder moet steeds aan het stuur zitten om te kunnen bijsturen.