Tsjechische connectie

Breetec uit As is actief in de ontwikkeling en productie van veiligheidsventielen voor silo’s wereldwijd en in mechanische totaalprojecten in staal en inox. Sinds enkele jaren staan Koen en Sandra Beckers samen met André Lippens aan het hoofd van het familiebedrijf. Hun eerste grote eigen project was de start van een vestiging in Tsjechië. Voor STERCK. Magazine zetten ze op een rijtje hoe dat proces verlopen is.

Vader Pierre Beckers startte begin jaren ’80 als zelfstandig technisch tekenaar in bijberoep. Het was al snel zijn droom om eigen over- en onderdrukventielen voor silo’s te ontwikkelen. Van bijberoep werd het een hoofdberoep dat uitgroeide tot een mooi familiebedrijf. Breetec werkt vandaag met een zeventigtal mensen en verkoopt haar producten wereldwijd.

“Onze veiligheidsventielen zijn een nicheproduct”, legt André Lippens uit. “Ze worden gebruikt voor productie­silo’s, vooral in moeilijke ­chemische processen, dus niet de klassieke voorraadsilo’s. We ontwikkelen ze volledig zelf, ­zorgen voor de keuring, het testen en hebben daarvoor alle kennis in huis. Op de site van BP langs de E313 staan bijvoorbeeld grote silo’s die gebruik maken van onze ventielen.”

“Er zijn niet zoveel bedrijven wereldwijd die in veiligheidsventielen gespecialiseerd zijn. Eigenlijk zijn er wereldwijd maar twee grote concurrenten. Wij werken echter met een compleet ander systeem en gebruiken een gewichtje om het ventiel te laten bewegen. De concurrentie werkt eerder met een veer of met water en dat heeft een aantal nadelen”, vult Sandra Bekcers aan. “Onze klanten zijn silobouwers en multinationals in de chemische industrie zoals Dow, Sabic, BASF, Bayer, BP, … Via die klanten komen we in heel de wereld: van Saoedi-Arabië tot de Verenigde Staten, China, Thailand, … We ­sturen de ventielen op, maar zijn nu recent ook gestart met een afdeling om ter plaatse service te kunnen bieden en revisies te gaan doen.”

STERCK. Daarnaast zijn jullie gespecialiseerd in totaalprojecten?

Sandra Beckers: “Het gaat dan vooral om mechanische projecten. Een goed voorbeeld is de constructie van een volledige chemische productieplant in Terneuzen die wij bouwden voor een bedrijf dat de engineering van toestellen doet. We hebben het hele staalwerk voor het productieproces ontworpen, gebouwd en gemonteerd. De engineering gebeurt hier, de productie in onze fabriek in Tsjechië. Alles wordt gemonteerd door onze eigen mensen. We werken vooral voor multinationals in de chemie, farmacie, voeding en automotive. De scoop is hier meer lokaal: de Benelux en een stukje van Duitsland. Occasioneel doen we ook wel een project in het verdere buitenland, zoals in Rusland.”

André Lippens: “Onze grote troef is dat we alle kennis en expertise in eigen huis hebben. We doen de volledige engineering zelf. Daarnaast hebben we het productie­apparaat om aanzienlijke hoeveelheden te produceren en heel bekwame monteurs om complexe zaken samen te stellen. We voldoen ook aan alle vereiste normeringen: ISO 9001, VCA, EN 1090, … Iedereen is goed opgeleid, de hele omkadering is aanwezig.”

Koen Beckers: “De complexiteit van dergelijke projecten is vaak groot, bijvoorbeeld omdat de oppervlakte groot is en we verschillende materialen moeten combineren. Maar ook omdat we vaak in een bestaande situatie iets bijbouwen. Dan ­brengen we met een 3D-scanner die ruimte en installaties gedetailleerd in kaart en ­kunnen onze ingenieurs op basis van die 3D-tekening beginnen te ontwerpen.”

Overname in Tsjechië

STERCK. Waarom hebben jullie een vestiging in Tsjechië opgericht?

Sandra Beckers: “Dat is een samenloop van omstandigheden. In 2012 hadden we een vrij aanzienlijke overname gedaan die flink wat uitbreiding van onze productiecapaciteit vergde. Het was toen moeilijk om op onze locatie in As nog uit te breiden en net op dat moment deed zich een opportuniteit voor in Tsjechië. Een oude kennis van mijn vader kwam bij ons langs en had zelf een bedrijf in Tsjechië waarvoor hij een overnemer zocht.”

André Lippens: “Ik heb altijd samen met Pierre Beckers bij Breetec gewerkt en het ook tien jaar geleid. Op een gegeven moment wilde Pierre het bedrijf aan zijn kinderen doorgeven. Sandra en Koen waren aan een uitdaging toe en dat gold ook voor mezelf. Op dat moment namen we de beslissing om in Tsjechië te starten. Koen en Sandra hebben zich een aantal jaar heel hard vastgebeten in het verhaal hier in België terwijl ik de opstart in Tsjechië deed.”

STERCK. Jullie hadden ook een volledig nieuw bedrijf kunnen starten?

Sandra Beckers: “Die overweging hebben we gemaakt. We zijn in 2014 met het proces begonnen om in 2015 de overname effectief te realiseren. Voor ons was het belangrijk om eerst een strategie te hebben waarmee we minimum vijf jaar verder konden. Het moest de samenhang in de groep verbeteren en sterker maken. In Tsjechië zelf hebben we er bijna een jaar over gedaan om een goede aanpak te kiezen; via een Green Field of via een overname. We hebben de voor- en nadelen goed afgewogen en zijn niet over één nacht ijs gegaan."

Koen Beckers: “Het bedrijf dat we konden overnemen had technisch zeer goed geschoolde mensen en een interessante ligging en ­structuur. Er waren al geschikte machines en er was voldoende oppervlakte. Een groot voordeel was ook de aanwezigheid van een Nederlandstalige productieleider en een heel sterke managementassistente.”

Taalbarrière overwinnen

STERCK. Jullie hebben zich ook extern laten begeleiden?

André Lippens: “Ik heb een Belgische advocate leren kennen die een kantoor had in Praag en gespecialiseerd was in het begeleiden van Belgische bedrijven in Tsjechië. De perfecte combinatie dus. Ze heeft ons heel goed geholpen en ook de doorlichting van het bedrijf begeleidt. Ze waarschuwde ons trouwens ook dat ze meer Belgische bedrijven begeleidt die willen vertrekken in Tsjechië dan die willen starten (lacht). Je moet de waarheid onder ogen durven zien. Het is niet simpel om er te starten.

We hebben onze bestaande banken in België gevraagd wie een netwerk in Tsjechië had, maar dat bleek niet zo ­evident. We zijn uiteindelijk ter plaatse op zoek gegaan naar een bank. Hier in België weet je alles en heb je de nodige contacten. Daar kennen ze je totaal niet. Je begint van een wit blad. Dat is heftig in het begin. Je hebt geen leveranciers. Je kan je niet verstaanbaar maken in hun taal en verstaat niet wat ze onder elkaar zeggen. Je hebt geen klanten. Je kan niet met je personeel communiceren. En als je naar een bank gaat om een rekening te openen, spreekt die bankbediende alleen Tsjechisch. Begin er maar eens aan. We hebben veel hulp gehad van onze managementassistente die goed Duits sprak. Na drie maanden heb ik afgesproken dat we enkel nog in het Tsjechisch tegen elkaar zouden spreken. Zo leerde ik de taal sneller.”

STERCK. Jullie klanten uit Tsjechië hebben vaak ook een vestiging in België?

André Lippens: “Het is zeker de bedoeling om ook op de lokale markt afzet te vinden, maar dat is niet zo evident. Als je je als Belg in een Tsjechisch bedrijf gaat presenteren, is er een drempel. Er heerst een heel andere aanpak en cultuur. Men doet er heel lang over om je te leren kennen alvorens het over zaken te hebben. Ons Tsjechisch bedrijf is volledig onafhankelijk en zelfbedruipend. We hebben een eigen boekhouding, eigen jaarrekening, … Moederbedrijf Breetec België is trouwens niet onze enige klant en zelfs niet onze grootste. We hebben een heel spectrum van eigen klanten, meestal met een vestiging in België.”

Hier weet je alles en heb je de nodige contacten. In Tsjechië vertrek je van een wit blad.

Koen Beckers: “Momenteel ligt onze focus op de ­uitbouw van een klantenkring in Duitsland. We hebben een eigen Tsjechische vrachtwagen die op en af pendelt en Duitsland is een regio die dus op ons traject ligt.”

Sandra Beckers: “Transport is wel een uitdaging. Soms moet je goed nadenken of het de moeite loont om op afstand te produceren. Het heeft geen zin om met lucht rond te ­rijden. Ons maatwerk gebeurt vooral in België. In Tsjechië moeten we 20 tot 25 ton per week kunnen produceren.”

Automatiseren

STERCK. Jullie werken er intussen met een 25-tal mensen?

André Lippens: “Dat klopt. Er werken nu met vijf keer zoveel mensen dan bij de overname. Het bedrijf is op vier jaar tijd sterk uitgebouwd. Onze manier van werken en wat we al goed deden hebben we stapsgewijs overgedragen naar daar: de procedures, ­processen, kwaliteitscontrole, planning, aankoop, certificatie, … Tegelijk hebben we ook veel geleerd van hun productiecultuur. Ze hebben in Tsjechië een heel grote output, werken heel gestructureerd en efficiënt. Negentig ­procent van wat ze maken is voor export bestemd. Het land is een echte productiemachine.”

Koen Beckers: “We hebben ter plaatse ook al snel ingezet op technologie en een aantal geautomatiseerde CNC-machines gekocht. Eentje hebben we zelfs als prototype laten ontwikkelen. Daarmee kunnen we het werk heel snel uitvoeren. Je moet zorgen dat je je concurrentievoordeel ook in de toekomst kan behouden. Daarom investeren we constant in efficiëntie en verbetering. Zelfs als de lonen blijven stijgen, ­moeten we in Tsjechië nog rendabel zijn.”

Sandra Beckers: “Mensen hebben soms de indruk dat men in Tsjechië nog in oude huisjes woont met rieten daken, maar dat is natuurlijk niet zo. Het zijn beschaafde, ­technisch goed opgeleide mensen die een welvaartsniveau ­hebben dat vergelijkbaar is met dat van ons. Het is er gewoon een beetje goedkoper, al zijn de lonen en de prijzen de afgelopen vijf jaar met veertig procent gestegen. Alleen de brandstofprijzen liggen in verhouding hoger. Maar dat speelt in ons voordeel. Mensen willen daardoor niet te ver rijden naar hun werk.”

De meeste bedrijven die ginds mislukken worden op afstand geleid en dat werkt niet.

Arbeidsmarkt

STERCK. Hoe is het gesteld met de lokale arbeidsmarkt?

Sandra Beckers: “In Tsjechië zijn de problemen op de arbeidsmarkt niet anders dan hier. Hun ­werkloosheidscijfers behoren tot de laagste in Europa en het vinden van technische profielen is er moeilijk.”

André Lippens: “We hebben onze cultuur van familiebedrijf wel overgedragen naar daar. We willen graag dat de ­mensen die bij ons werken zich thuis voelen. Daar zetten we zwaar op in. De meeste ­medewerkers vinden we via mond-aan-mond reclame. En we nemen ook regelmatig mensen aan voor lagere functies zoals voor productievoorbereiding. Als ze goed functioneren, sturen we ze twee maanden naar school voor een lasopleiding die wij financieren. Daarna integreren we hen als lasser en zorgen we voor verdere begeleiding. Dat werkt heel goed.”

STERCK. Hoe kort volgen jullie het bedrijf in Tsjechië op? 

Koen Beckers: “Op tien werkdagen is André altijd drie à vier dagen ter plaatse. Hij is een krak geworden in papierloos werken (lacht). Een ander groot voordeel: hij is een taalknobbel en kan intussen vlot converseren in het Tsjechisch.”

André Lippens: “De meeste bedrijven die ginds mislukken worden op afstand geleid en dat werkt niet. Je moet ter plaatse zijn. Dat is hier in België trouwens niet anders. We denken misschien dat we veel verschillen, maar dat is niet zo. We hebben ter plaatse ook een heel bekwaam en sterk management. Dat is een groot voordeel. Tegelijk is en blijft het belangrijk om ons familiale karakter te behouden.”

Koen Beckers: “Toen we in Tsjechië startten, ontstond in België de vrees dat we hier zouden gaan afbouwen. Maar het tegendeel is waar. We zijn intussen in België nog verder gegroeid en gaan nu nog een hal bijzetten in As. Het is de bedoeling om op twee fronten actief te zijn. De fabriek in Tsjechië was de eerste grote uitdaging die we zijn aangegaan sinds ons vader met pensioen is. André heeft daar een grote verdienste in, maar het was voor mijn zus en mij toch apart om nu zonder de inbreng van ons vader te werken. We hebben ook het nodige leergeld betaald.”

Sandra Beckers: “Met de activiteiten in Tsjechië hebben we Breetec een internationaal karakter gegeven. En dat draagt bij tot onze uitstraling.”