De familiale opvolging bij Sleurs & Vangompel
Luc & Yannick Vangompel Sleurs & Vangompel

De familiale opvolging bij Sleurs & Vangompel

Dossier Familiebedrijven - Sleurs & Vangompel

Luc Vangompel runde samen met echtgenote Marijke Sleurs familiebedrijf Sleurs & Vangompel toen in 2012 het noodlot toesloeg. De renovatiespecialist uit Bocholt maakte een geslaagde doorstart. Vandaag staat met Yannick de vierde generatie mee aan het roer. Groeiplannen zijn er nog genoeg. Een relaas over voorbereid zijn op wat je eigenlijk niet kan en wil voorbereiden. 

De geschiedenis van Sleurs & Vangompel gaat terug tot 1934 toen de grootouders van Marijke Sleurs met een meubelhandel begonnen. “Dat waren uiteraard niet de meubels zoals we die nu kennen,” legt Luc Vangompel uit. “Er waren destijds maar weinig auto's in Bocholt. De enige kar met luchtwielen werd gehuurd om de kasten te transporteren. Na de oorlog kreeg het bedrijf de wind in de zeilen. De drie zonen begonnen elk een eigen activiteit. De oudste startte op deze locatie aan de Kaulillerweg een fabriek van matrassen en meubels. Die bestaat nu nog onder de naam Group Sleurs. De tweede zoon runde een elektrozaak die later verkocht is aan Wara. De derde zoon was mijn schoonvader, hij heeft de meubelhandel van zijn ouders overgenomen. In het begin verzorgde hij ook nog de logistiek voor het bedrijf van zijn broer. Vanaf de jaren 60 is hij zich gaan toeleggen op keukens. Dat was toen nog een heel prille business. Men sprak indertijd over Amerikaanse keukens of inbouwkeukens.”

STERCK. Uw schoonvader lag mee aan de basis van het zogenaamde meubeltoerisme?

Luc Vangompel: “Op een bepaald moment had hij een akkoord met de bank voor de bouw van een nieuwe toonzaal. Toen de eerste schijf van die lening opgenomen moest worden, sprong die deal echter af. Hij heeft toen met Bouwonderneming Lamers uit Hamont-Achel een akkoord gemaakt. Ze zijn vandaag de dag nog steeds klant. Maar hij moest toen natuurlijk wel snel geld gaan verdienen. Zo is hij met de zondagopeningen begonnen, iets wat ze in die tijd niet kenden. Daardoor kwamen de eerste klanten uit Nederland en Duitsland en werd het meubeltoerisme geboren. Een beetje uit noodzaak dus. Anderen hebben dat voorbeeld gevolgd. Het gaf zo’n toevloed aan klanten dat de toonzaal op een jaar betaald was. Later, na de impact van de oliecrisissen en een aantal verkeerde investeringen, is de meubelzaak uiteindelijk opgesplitst in drie onderdelen en daaruit hebben mijn echtgenote en ik midden jaren 80 de keukenafdeling overgenomen.”

Het familiaal statuut is een goed initiatief van de Vlaamse overheid.

Renovatie badkamers en keukens

STERCK. U komt ook uit een ondernemersfamilie? 

Luc: “Mijn ouders hadden een zaak in badkamers en verwarming. Mijn broer Raf werkte samen met mijn vader, maar is op een gegeven moment verongelukt. Op dat ogenblik hebben we de twee zaken bij elkaar gevoegd. Zo is Sleurs & Vangompel ontstaan. De activiteiten zijn dus samengekomen in de derde generatie van onze families. Aanvankelijk waren de keukens onze grootste activiteit maar tegenwoordig doen we meer badkamers dan keukens.”

Yannick Vangompel: “Dat hangt ook samen met het concept dat we aanbieden. We richten ons op totaalrenovaties en dan is een badkamer complexer om te vernieuwen dan een keuken. Met Sleurs & Vangompel kunnen we daar een zeer goed antwoord op bieden.”

Luc: “We zijn ook één van de pioniers met het concept van totaalrenovaties. In het begin hebben we met Baderie een jaar lang een franchise­concept uit Nederland in de markt gezet. Dat bestaat in Nederland trouwens nog steeds. Het was in die tijd echter onvoldoende op de Belgische markt afgestemd. We zijn daarmee gestopt, maar zijn wel verder gegaan met het idee van een sleutel-op-de-deuroplossing voor badkamerrenovatie. We zijn dat daarna ook op de keukens beginnen toepassen en hebben ons echt gespecialiseerd in het ontzorgen van de klanten op vlak van keukens en badkamers. Van het afbreken van vloeren, tegels en wanden tot de volledig opbouw inclusief technieken. 80 procent van wat we doen, zijn totale renovaties. We werken voornamelijk b2c, al werken we ook voor de projectmarkt. Dat gebeurt in samenwerking met een aantal grote lokale aannemers.” 

STERCK. Jullie zijn de laatste jaren geëvolueerd naar totaalinrichting?

Yannick: “We kregen steeds meer vraag om naast de badkamer of de keuken ook de slaapkamer of de hele verdieping in te richten. Dat is ook logisch en zo zijn we geëvolueerd naar volledige interieurinrichting. De uitvoering doen we hoofdzakelijk met eigen mensen, we hebben een twintigtal medewerkers in dienst. Maar we huren ook elke dag tot 1 tot 15 onderaannemers in, afhankelijk van welke werken uitgevoerd moeten worden. We hebben vaste onderaannemers waarvan sommige al 20 jaar voor ons werken.” 

Overlijden Marijke

STERCK. U had het bedrijf samen met uw echtgenote tot in 2012 het noodlot toesloeg?

Luc: “Mijn vrouw Marijke is op 46-jarige leeftijd plots overleden aan een hersenbloeding. Op dat moment ben ik mijn vrouw verloren maar ook de moeder van mijn kinderen, mijn medevennoot en de helft van de directie. We deden de zaak met ons twee. Zij stond vooral in voor de administratieve zaken, het financiële en de hr. Ik deed het operationele. Het was een goede taakverdeling, we waren heel complementair. Ik ‘bulldozerde’ veel en zij kon heel goed kanaliseren. En dan valt dat allemaal weg en verandert je leven van vandaag op morgen. Maar mijn vrouw had zelfs dat op voorhand voorbereid. Alles was heel goed gestructureerd. We hebben er samen zelfs over gepraat toen ze nog leefde, met de kinderen erbij: stel dat jou of mij iets overkomt. Dat maakte een aantal keuzes na haar overlijden iets meer doenbaar. 

Mijn vrouw was nog relatief jong. Vrienden vertelden achteraf: daar heb ik het met mijn partner nog nooit over gehad maar dat gaan we nu wel doen. Zeker in een ondernemingscontext komt het één en ander op je af bij een overlijden. Ik had nog nooit bankzaken gedaan bijvoorbeeld. Mijn vrouw is op woensdag begraven en donderdagmorgen waren de mensen van Fortis hier. Ze hebben me alles uitgelegd en ik kon eraan beginnen.” 

Familiaal statuut

STERCK. Op zo’n moment moet er ontzettend veel geregeld worden? 

Luc: “Toen Marijke gestorven is, hebben we het familiaal statuut gekregen voor onze vier vennootschappen. Dat heeft de successie een beetje draaglijk gemaakt. Het is een goed initiatief van de Vlaamse overheid. In principe zijn de successierechten getrapt volgens een systeem van 3, 9 of 27 procent. Op het moment van overlijden van mijn vrouw was mijn zoon 19 jaar en dus meerderjarig. Mijn dochter was echter minderjarig. Dat laatste heeft ervoor gezorgd dat ik de kinderen niet in de optimalisatie van de successie betrokken heb. Dat hebben mijn adviseurs mij aangeraden. Anders moest er ook een voogd of vrederechter aangesteld worden wat moeilijk werkbaar is. Ik heb de hele successie voor mij genomen. Je kan daardoor fiscaal een stuk minder optimaliseren en komt in een hogere schijf terecht. Maar door het familiaal statuut kan je alles wat in je vennootschappen zit, erven aan 3%. Daar heeft mijn accountantskantoor Fenix uit Hasselt zeer goed mee geholpen.”

STERCK. Als familiale onderneming moet je aan bepaalde voorwaarden voldoen?

Luc: “Die hebben te maken met je aandelenstructuur, je moet personeel tewerkstellen, enzovoort. Het feit dat we dat statuut gekregen hebben, was een belangrijk aspect in heel die doorstart. Ik heb die aanvraag recent nog laten vernieuwen. Het is zinvol om regelmatig na te gaan of je nog steeds aan alle voorwaarden voldoet. Op een bepaald moment ben ik ook benaderd om te verkopen. We hebben dat ook overwogen en overlegd met onze accountant maar beslist om het niet te doen. In eerste instantie met ons personeel in het achterhoofd. We hebben heel goede mensen die me altijd ondersteund hebben. Tegelijk is een verkoop ook een vlucht in die situatie. Door in het bedrijf actief te blijven, dwing je jezelf om een bepaald ritme te behouden in je leven. Al stel je je bij zo’n ingrijpende gebeurtenis wel de vraag wat het allemaal waard is. Je moet niet ten koste van alles willen doorgaan.” 

STERCK. Op dat moment is Yannick ook in de zaak betrokken?

Luc: “Yannick studeerde in 2012 nog maar pas TEW, maar ik heb hem toen wel al bij het bedrijf moeten betrekken, ik had geen back-up meer. Er was op dat moment nog geen sprake dat hij ook effectief in de zaak zou komen.” 

Yannick: “Ik heb eigenlijk heel bewust een ruime studierichting gekozen omdat ik nog niet wist welke kant ik wilde opgaan. Ik ben wel groot geworden met het bedrijf thuis en het heeft mij ook altijd geïnteresseerd. Maar ik had niet de directe intentie om na mijn studies hier te beginnen. Ik heb bij Vlerick nog een jaar General Management bijgestudeerd en dat was een goede voorbereiding voor de uitdaging die me hier te wachten stond. Ik heb na mijn studies gekeken om eerst in de bouw ervaring op te doen. Het is echter niet zo evident om daar een interessante startersjob te vinden. En dan heb ik uiteindelijk in 2018 de beslissing genomen om meteen hier te starten en op die manier veel te leren.”

Luc: “Het eerste half jaar heeft Yannick zowel intern als bij collega’s en leveranciers in alle geledingen van het bedrijf meegelopen om zich technisch in te werken. In januari 2019 is hij dan bij ons gestart in de verkoop en nu doet hij vooral de planning en organisatie. Zo vindt hij geleidelijk zijn weg in het bedrijf.”

Familiecharter- en raad

STERCK. Er is ook een familiecharter opgesteld?

Luc: “Dat traject zijn we in 2017 begonnen. Ik ben op een sessie van Vlerick Guy Jans tegen het lijf gelopen. Op een bepaald moment heb ik hem gecontacteerd om het familieverhaal goed op de rails te zetten. Ik wilde een aantal zaken uitgeklaard hebben voordat Yannick startte.” 

Yannick: “Bij de start van het charter lag het nog niet vast of ik effectief in het bedrijf zou beginnen. Ik heb ook bij andere bedrijven sollicitaties gedaan. Eigenlijk zijn we het familiecharter dus opgestart op het moment dat zowel mijn zus als ik nog niet actief waren. Op zich is het ook geen erg complexe familiale situatie.” 

Luc: “Mijn dochter is drie jaar jonger dan Yannick. Ze heeft geschiedenis en cultuurbeleid gestudeerd en nog een postgraduaat digitale marketing gedaan. Ze zit in een heel andere wereld.” 

STERCK. Welke afspraken zijn er in het familiecharter zoal vastgelegd?

Yannick: “We hebben in het charter onder meer opgenomen dat de kinderen van de vierde generatie, dus mijn zus en ik, die hier willen starten dat kenbaar moeten maken voor hun dertigste verjaardag. Voor wie start, is er een periode van drie jaar voorzien waarin we tijd hebben om ons in te werken en te kijken of we actief willen blijven. Die periode is voor mij nu zo goed als verstreken en ik heb een half jaar geleden te kennen gegeven dat ik wil verder gaan met die overdracht. Mijn zus heeft vooralsnog niets beslist, maar ze is ook pas afgestudeerd en aan het werk. In het familiecharter is ook bepaald dat we met een raad van advies zouden starten als we in deze fase van familiale opvolging terecht komen. We willen die raad van advies verder betrekken als klankbord.” 

Luc: “Intussen hebben we een eerste lijst van mogelijke bestuurders gemaakt en legt Koen Hendrix van het VKW Expertisecentrum Familiebedrijven de nodige contacten.” 

Tachtig procent van wat we doen, zijn totale renovaties. 

STERCK. Werken jullie ook met een familieraad?

Luc: “Gezien de beperkte omvang van de familie is dat eerder beperkt, maar we komen één keer per jaar samen om enkele afspraken te maken. Mijn dochter is voorzitter van de familieraad.”

Yannick: “Zo’n familieraad is wel interessant om zowel mijn vriendin als de partner van mijn zus en de partner van papa bij het bedrijf te betrekken. Ze zijn niet actief in de zaak, maar worden er dagelijks wel mee geconfronteerd door wat er verteld wordt. Een familieraad is een iets formeler moment om hen te informeren.” 

Luc & Yannick Vangompel

Groeiplannen

STERCK. Vaak zijn er met de intrede van een nieuwe generatie ook de nodige groeiplannen?

Luc: “We bekijken dit en zijn steeds op zoek naar opportuniteiten, door de coronacrisis zijn we wel voorzichtiger.  We willen de absolute nummer 1 in Limburg blijven voor interieurrenovatie.  Een tweede vestiging of andere samenwerkingen behoren zeker tot de mogelijkheden, maar we willen nu eerst de schade van de crisis volledig kunnen overzien voor we volgende stappen zetten. Het is momenteel heel moeilijk in te schatten hoe snel het consumentenvertrouwen gaat terugkomen. We zijn voorzichtige mensen en zullen ook altijd voorzichtig handelen, maar in de toekomst willen we nog marktaandeel winnen.” 

Yannick: “Er is een duidelijke markt voor wat we doen en de coronacrisis gaat ook een invloed hebben op het feit dat mensen thuis in een aangename, hedendaagse accommodatie willen verblijven.”

Luc: “Het principe van onze showroom is een onestopshop. De klant wil alle producten op één locatie kunnen kiezen en zo volledig ontzorgd worden. Je ziet op onze markt veel kleine spelers en zelfstandigen die deze service trachten aan te bieden, maar dat is toch moeilijk als je weinig volume hebt. We hebben zelfs onze eigen software ontwikkeld om de werken te kunnen plannen, organiseren en monitoren. Eigenlijk zijn we een aannemer die op een heel kleine ruimte moet werken met alle mogelijke technieken: elektriciteit, water, verwarming, isolatie … En daar zijn we goed in.”

3 tips van Sleurs & Vangompel
  1. Begin er op tijd aan. Maak tijdig de juiste voorbereiding en afspraken.
  2. Het onverwachte kan je treffen op alle mogelijke gebieden. Spreek op voorhand over alle mogelijke scenario’s.
  3. Laat je bijstaan door de juiste experts.

 

 

Top5 meest gelezen
    Top5 gedeelde artikels