Het gaat hard voor aannemingsbedrijf Jaraco uit Oudsbergen. Onlangs nam de industriebouwer de traditionele ruwbouwaannemer Vanwynsberghe uit Diepenbeek over. “Door die acquisitie kunnen we nóg grotere totaalprojecten aan”, zegt CEO Peggy Sepanski. “Onze gecumuleerde omzet loopt hierdoor op tot zo’n 25 miljoen euro dit boekjaar.”
Geert Janssen richtte Jaraco in 2001 op. Een jaar later wierf hij zijn eerste personeelslid aan. En sinds 2005 pronkt een bedrijfspand op de industriezone van Opglabbeek. Intussen staat de teller op 36 medewerkers en is het bedrijfsgebouw al verschillende keren uitgebreid. “Onze focus, visie en waarden zijn eigenlijk altijd identiek gebleven”, zegt afgevaardigd bestuurder Geert Janssen. “We bouwen en renoveren industriële panden, kantoren en retailzaken. Hiervoor gebruiken we uitsluitend prefabmaterialen, zowel beton als staal. Daardoor kunnen we kwaliteit én korte doorlooptijden garanderen.”
Sinds 2005 is er ook een dochteronderneming: Jamec.
Geert Janssen: “Dat klopt. Van 2001 tot 2005 hebben we nagenoeg alles wat staalwerk betreft uitbesteed. Sinds 2005 doen we de assemblage volledig in eigen beheer via Jamec. Het staalatelier is opgericht om in- en externe opdrachten uit te voeren. Na verloop van tijd was de maximale productiecapaciteit nodig voor interne producten.”
Wat zijn jullie troeven? Waarom kiezen bouwheren voor Jaraco?
Peggy Sepanski: “Ik denk dat we heel sterk zijn in meedenken en ontzorgen. Dat zijn natuurlijk termen die iedereen in de mond neemt, maar wij maken ze hard. Bij elk project stellen we dingen in vraag. En gaan we telkens opnieuw op zoek naar goede oplossingen. Het economisch aspect is ook heel belangrijk. Ik durf gerust zeggen dat we nagenoeg geen enkel plan, meetstaat of lastenboek zomaar blindelings volgen. ‘Waarom komt die lichtstraat op die plek? Waarom kies je die hoogte?’ We denken zelfs proactief mee op vlak van de restwaarde van een pand. Dat appreciëren onze klanten. Daarnaast denk ik dat onze werkprocessen ook erg goed op punt staan. We werken efficiënt. En we komen onze afspraken na. Zelfs al zijn die mondeling gemaakt.”
Janssen: “Dat is sinds dag één zo. Een woord is een woord. We denken heel oplossingsgericht. Hoe groter het bedrijf wordt, hoe meer energie dat vraagt. Maar dat is het waard.”
Vorig jaar namen jullie de traditionele ruwbouwaannemer Vanwynsberghe uit Diepenbeek over?
Janssen: “Voor grote retailzaken, industriële bedrijfsruimtes en autoconcessies zijn prefabmaterialen ideaal. Toch merken we tijdens het engineeren af en toe dat bepaalde zaken te complex zijn. Dat een traditionele bouwoplossing een stuk economischer is. Door de overname van Vanwynsberghe hebben we ook die kennis en expertise in huis. We spreiden de overheadcost en versterken onze grip op timing en kwaliteit. Door de acquisitie van het familiebedrijf groeit het aantal medewerkers nu naar bijna 60. De naam blijft bovendien behouden. We bekijken nu hoe we de planning, coördinatie en communicatie op elkaar afstemmen. Vanwynsberghe bouwt vandaag voornamelijk grote residentiële complexen: woonwijken en appartementsgebouwen in opdracht van projectontwikkelaars.”
Jullie breiden momenteel het pand in Oudsbergen uit. Is het opnieuw te krap?
Janssen: “Ja. Dit is de derde en laatste uitbreiding. We hebben er deze keer voor gekozen om op de groei te bouwen. Tot aan de opgegeven grenzen. Onze hal wordt zo’n 1600 m2 groter, de kantoren breiden we met 600 m2 uit. We hebben gekozen om op de groei te bouwen en de maximale bouwoppervlakte van het perceel te benutten. Tegen volgende zomer – wanneer we onze 20ste verjaardag vieren – moet alles klaar zijn. Dan verhuist Vanwynsberghe naar hier. Door de uitbreiding kan ons staalatelier Jamec ook opnieuw assembleren voor derden. Dankzij onze goede flow kunnen we daar nu aan concurrentiële prijzen werken.”
Kun je enkele referenties geven?
Sepanski: “Tennisclub Katteberg in Bilzen is een mooi voorbeeld. In de tenniswereld wordt dat als een echt voorbeeld gezien. In Puurs willen ze een gelijkaardig concept. De samenwerking voor dat project liep heel erg goed. We hebben van in het begin met de architect meegedacht en het concept helemaal geanalyseerd. Bovendien hebben we een erg strakke timing aangehouden. We hebben de eerste paal begin april in de grond geheid en in september was alles opgeleverd. Daar zat dan ook nog het bouwverlof tussen (lacht). Bovendien zijn de plannen voor het horecagedeelte meermaals aangepast tijdens het bouwproces. Dat was dus wel een huzarenstukje. Een ander mooi project was de uitbreiding van Punch Powertrain in Sint-Truiden. Op retailvlak zijn Lidl, Okay, Hubo en ZEB enkele klinkende namen. En in Hasselt is de systeembouw van Limboma een echte eyecatcher door de schuine gevels met strakke lijnen. We zien trouwens steeds vaker dat esthetiek voor industriële projecten erg belangrijk is.”
Welk effect heeft de coronacrisis op Jaraco, Jamec en Vanwynsberghe gehad?
Janssen: “We mogen echt niet klagen. Eigenlijk is alles gewoon blijven doorlopen. Hier en daar is er een werf met een beetje vertraging, maar voorlopig voelen wij niet veel van de crisis.”
Sepanski: “We hebben alles in totaal zo’n anderhalve week stilgelegen als voorbereiding op de maatregelen die we moesten treffen voor COVID-19, maar voor de rest zitten we op zo’n 98 procent capaciteit. Volgens mij voelen we de weerslag pas volgend jaar. Op dit moment lopen de werven door en er komen ook nog altijd offerteaanvragen binnen.”
We volgen nagenoeg geen enkel plan, meetstaat of lastenboek zomaar blindelings.
In de bouwsector is het vaak lastig om goed personeel te vinden.
Hoe pakken jullie dat aan?
Sepanski: “De vraag naar gemotiveerde werkkrachten is er voortdurend. De krapte op de markt blijft ook aanhouden. Het overgrote merendeel van onze medewerkers komt uit Oudsbergen en de randgemeenten. We werken voor de uitvoering wel vaak samen met vaste onderaannemers. Dat zijn bijna allemaal langdurige partnerships. Bij Jaraco is de verdeling arbeiders bedienden 50/50. Tegenwoordig hebben wij geen groot verloop. We zetten volop in op employer branding. We willen dat mensen zich hier goed voelen. Dit doen we door een competitieve verloning aan te bieden en te zorgen voor een goede sfeer hier intern. Zo hebben we pas een feestcomité opgericht en voorzien we bij elke verjaardag een geschenkje. Bovendien heerst hier ook een echte familiale sfeer. Als er iemand een probleem heeft – al dan niet werkgerelateerd – is er altijd ruimte om daarover te praten.”
STERCK. Wat is de ambitie nog?
Janssen: “We steken het niet onder stoelen of banken dat we elk jaar opnieuw op zoek zijn naar omzetgroei. De afgelopen jaren lagen de cijfers telkens 15 procent hoger. Vanwynsberghe was de eerste echte overname. Of er nog acquisities zullen volgen? We zien wel wat er op ons pad komt. We willen Vanwynsberghe op termijn wel omvormen naar een sleutel-op-de-deurconcept. De afwerking doen we graag ook in eigen beheer.”
Als industriebouwer werkt Jaraco sinds dag één met 3D-renders. “Ik denk dat we al bijna tien jaar met BIM bezig zijn”, zegt Peggy Sepanski. “En lean werken, is ons ook niet vreemd. We volgen de trends in de sector op de voet om alsmaar efficiënter te werken. Want zo verkorten we de doorlooptijd en halen we eventuele fouten er op voorhand uit.”