14 januari 2014, gala-avond van het Autosalon in de gekende Brusselse Heizelpaleizen. Ik keek er al een hele tijd naar uit zoals een kleine jongen. Temeer omdat het hele gezin mee mocht. Mijn twee zonen hebben de ‘vier wielen’-microbe zelf al goed te pakken.
Dit zou dus quality time in het kwadraat worden. Ware het niet dat ondergetekende de uitnodiging niet fatsoenlijk gelezen had en dus straal over de verplichte dress code had gelezen. Het woord ‘gala’ zou het hem nochtans gedaan moeten hebben.
Maar nee hoor, de verstrooidheid was van die aard dat ik zelfs iets ‘extra gemakkelijks’ had aangetrokken voor de avond. Jeanske, proper hemd en blauwe blazer. Kortom, casual chic, en ideaal om in en uit de aanwezige blinkende bolides te stappen.
Niet dus! Vrouw en kinderen reeds binnen, papa de wagen parkeren om dan abrupt de toegang geweigerd te worden door een sigaret rokende veiligheidsagent. “U komt er zo niet in! Enkel met een strikje”, poneert hij in duidelijk Frans. Het werd me snel duidelijk dat ik niet alleen was. Met zo’n vijftigtal heren, net uitgedost, doch zonder strikje, stonden we daar. Te pruilen. Te wachten op een nieuwe lading strikjes die voor 10 euro konden aangeschaft worden.
Gewapend met dit klein stukje stof mocht ik uiteindelijk de gala-
avond attenderen. Wat een afgang! Ik had evengoed naakt (met strikje) door de Heizel kunnen lopen. Zo werd ik aangekeken in dit ‘pinguinlandschap’.
Er werd me door menig vriend en kennis, die ik natuurlijk net daar moest tegen het lijf lopen, aangeraden om me ‘voornaam’ te gedragen. Hoe kan immers iemand die zo casual gekleed gaat, binnen zijn geraakt? Dat moet wel iemand belangrijk zijn. Niet dus. Hoe dan ook, het minderwaardigheidsgevoel, de afkeurende blikken, …. niet leuk.
Nu pas realiseer ik me hoe een kind zich op school moet voelen, als hij niet de ‘juiste’ sportschoenen draagt tijdens de turnles. Of die tiener die nog met een ‘oude’ gsm rondloopt. Of die familie die nooit op zomervakantie gaat.
Het zijn misschien willekeurig gekozen voorbeelden, maar het zijn allemaal voorbeelden van hoe polair onze maatschappij wel geworden is en de (onnodige) druk die daar mee gepaard gaat. En het wordt er allemaal niet beter op. Wacht maar. Binnen 10 jaar zullen het privéscholen versus het ‘openbaar’ onderwijs zijn. Of privéklinieken versus de andere ziekenhuizen. Het zal toch niet waar zijn dat je binnenkort aan je gipsverband zal kunnen zien tot welke ‘club’ je behoort?
Opletten dat we niet ver[strik]t geraken in zulke situaties. Of hoe een strikje (of de afwezigheid ervan) je kan doen nadenken over de maatschappij waarin we leven. Enkel Di Rupo komt er mee weg. Dat strikje heeft hem ver gebracht.