Hasselt heeft het karakter van een dienstenstad en dat is de afgelopen tien jaar nog versterkt. Het nieuwe stadsbestuur heeft een indrukwekkend aantal projecten in de steigers staan om wonen, leven en werken in Hasselt een flinke boost te geven. Publieke investeringen moeten private investeerders aantrekken en omgekeerd. Dat plan lijkt te werken.
“De diensteneconomie is goed vertegenwoordigd, maar dat moet je toch in de ruime zin van het woord zien,” legt burgemeester Hilde Claes uit. “Een bedrijf zoals Coca-Cola heeft bijvoorbeeld eerder een industrieel karakter. En daarnaast hebben we heel wat bedrijven die een voorbeeld in hun sector zijn. Ik denk dan bijvoorbeeld aan een Cegeka, een Aminolabs of een Banden De Condé die de afgelopen jaren meerdere prijzen behaald hebben. Ook op de Corda Campus vestigen zich nu heel wat bedrijven waar we nog van gaan horen. En daarnaast hebben alle hoofdrolspelers in de consultancysector een vestiging in Hasselt.”
Op de Corda Campus werken al meer mensen dan bij de sluiting van Philips.
STERCK. Ruimte om te ondernemen blijft een gevoelig punt?
Tom Vandeput: “Daar hebben we het afgelopen jaar al hard aan gewerkt. In kader van het afbakeningsdossier van de stadsregio Hasselt-Genk is er 15 ha extra bedrijventerrein bijgekomen voor de komst van Ikea. Helaas is de overblijvende KMO-grond geschrapt. Ter hoogte van Pietelbeek is er wel een nieuwe KMO-zone van 10 tot 15 ha die vrijwel onmiddellijk te gebruiken is. Daarnaast is er ook de inbreiding tussen Hellebeemden en Ekkelgaarden en de uitbreiding van de Corda Campus. Er is nog ruimte voor groei. Ook het nieuw te bouwen ziekenhuis is nu in de structuurplannen verankerd op de Salvator-campus. Rond het ziekenhuis is er ruimte voor bedrijven en spin-offs in de medische en de zorgsector.”
Hilde Claes: “De sluiting van Philips was indertijd een groot drama. We hebben de juiste keuze gemaakt door samen met de LRM en de POM de terreinen klaar te maken voor bedrijven uit de ICT-sector en de creatieve economie die nieuwe processen bedenken. Vandaag werken er op de voormalige Philips-site al 2.000 mensen. Dat is meer dan ten tijde van de sluiting van Philips. De derde fase zorgt voor een uitbreiding van opnieuw 20.000 m² ruimte en 800 bijkomende jobs. De LRM vervult daarin een katalysatorfunctie en gaat er ook hun hoofdzetel vestigen. Dat schept vertrouwen naar nieuwe bedrijven toe. Het bewijst dat de omvorming naar een ander soort economie wel degelijk kans op slagen heeft.”
Investeringsbeleid
STERCK. Welk economisch beleid willen jullie voeren?
Vandeput: “In de beleidsnota tot 2018 hebben we er resoluut voor gekozen om werk te maken van bijkomende KMO-gronden, maar ook om geen enkele bijkomende belasting op te leggen naar bedrijven toe. We willen hen op dat vlak extra zuurstof geven. Zo is onder meer de belasting op drijfkracht geschrapt. Daarnaast voeren we een doorgedreven investeringsbeleid in wegenis en infrastructuur. Er komt een nieuw politiekantoor, een nieuw stadskantoor, een stedelijk zwembad, een nieuwe rusthuis en dienstencentrum, de Blauwe Boulevard wordt ontwikkeld, …. Dat zijn investeringen voor vele tientallen miljoenen euro.”
“Je ziet dat investeringen van het stadsbestuur bijna één op één gevolgd worden door investeringen van de privésector. Zelfde verhaal voor de woonuitbreidingsgebieden die we gaan aansnijden. Wij zorgen eerst voor de infrastructuur zodat de private sector haar ding kan doen op het tempo dat we aangeven via ons vergunningsbeleid. Zo kan de groei gefaseerd gebeuren.”
We zijn de derde winkelstad van Vlaanderen.
Claes: “Dat is een belangrijke oefening die we nu doen. We zijn een stad met ambitie. We willen groeien maar we willen niet ontploffen. Daarom is het goed om de kwaliteit van de groei te kunnen bewaken. De infrastructuur voor onder meer onderwijs en sportvoorzieningen moet het groeitempo kunnen volgen.”
STERCK. De Blauwe Boulevard is jullie paradepaardje?
Vandeput: “De private sector investeert hierin voor 180 miljoen euro. Dat is een ongelofelijk bedrag waarvan de helft door de groep Onclin en de helft door de groep Matexi op tafel wordt gelegd. Dat zijn grote projectontwikkelaars in België. Aan de overkant is ontwikkelaar Colemont bezig. Het Havenkwartier wordt een hele nieuwe stadswijk van hoge kwaliteit, met een eigen karakter. Echt een vitrine op Hasselt. Je gaat kunnen flaneren langs het water.”
Claes: “Als je de optelsom maakt van wat hier de volgende 6 jaar in uitvoering gaat, dan is dat immens. Het is niet evident dat al die investeerders dit in Hasselt willen doen op een moment dat de economische crisis nog hard voelbaar is. Dan weet je dat er vertrouwen is.”
Beleving
STERCK. Hoe zien jullie het beleid naar middenstand toe?
Vandeput: “Het nieuwe horecabeleidsplan moet samen met het nieuwe terrasbeleid binnen een maand of drie klaar zijn. We wachten daarvoor op de herinrichting van de Grote Markt en de Havermarkt zodat we een echte nieuwe as vanaf de vernieuwde stationsbuurt tot in het hart van de stad krijgen.”
Claes: “Beleving is enorm belangrijk. E-shopping komt enorm op, maar we weten dat mensen toch nog graag naar de stad gaan voor de beleving. Het is aan ons om dat te ondersteunen met een gevarieerd en gezellig aanbod, bijvoorbeeld gekoppeld aan een avondopening en straattheater. De combinatie tussen horeca en winkels is belangrijk. Die synergie willen we in de toekomst nog bevorderen, ook door het te koppelen aan het evenementenbeleid. Zo’n beleving kan je nooit krijgen vanachter je computer.”
GRENSLANDHALLEN SCHOOLVOORBEELD VAN PPS
“Op de site van de Grenslandhallen waren we erg tevreden over de Ethias Arena en Plopsa Indoor,” zegt schepen Tom Vandeput. “Aan de rest was er werk. We hebben daarom met de nv Sportpaleis een privé-partner aangetrokken en op twee jaar tijd twaalf miljoen euro geïnvesteerd. Via een PPS-structuur hebben we ondernemers naar Hasselt kunnen halen die afgetekend nummer 1 zijn in hun sector: Yves Smolders vanuit de discotheekwereld, Jan Van Esbroeck op vlak van topevenementen, Gert Verhulst met Plopsa, .... De puzzel past mooi in elkaar. Ze werken elk in een aparte niche en we hoeven als stad geen risico te nemen.”
Mobiliteit
STERCK. Ook mobiliteit is een troef voor Hasselt?
Vandeput: “Uit de detailhandelsstudie blijkt dat we voldoende aantrekking hebben, geografisch juist liggen, en op een goede mobiliteit kunnen rekenen met de toekomstige Spartacus-tram. Die troeven moeten we nu maximaliseren. We hebben daarvoor een akkoord tussen de verschillende partijen. Er zal bijvoorbeeld de eerste drie jaar geen verhuis zijn van winkels uit de binnenstad naar de kanaalkom. We mikken daar ook op een ander type winkels met meer oppervlakte.”
Claes: “Hasselt is de afgelopen jaren gestegen met gemiddeld meer dan 800 inwoners per jaar. We groeien toeristisch naar 200.000 overnachtingen. Op vlak van shopping zijn we de derde winkelstad in Vlaanderen. Maar de omliggende steden zitten ook niet stil. Die drie objectieve vaststellingen rechtvaardigen dat we ons aanbod nog verruimen. Maar we moeten bewaken dat havenkwartier en binnenstad elkaar aanvullen.”
Claes: “Een stad moet bereikbaar zijn en parkeergelegenheid hebben. Dat eerste is voornamelijk een gewestmaterie, maar daar zijn er heel wat investeringen gebeurd op nagenoeg alle invalswegen. Samen met de Spartacus-plannen zorgt dat voor een goede bereikbaarheid. We hebben nu een eigen parkingbedrijf opgericht om twee ondergrondse parkeergarages te bouwen met in totaal 2.000 ondergrondse parkeerplaatsen. We gaan de parkingtarieven daardoor kunnen drukken.