Eigenlijk staat Lode Colson niet graag in de belangstelling. Hoge bomen vangen veel wind weet je wel. Maar ook vanuit de luwte wist hij CKS uit te bouwen tot een belangrijke speler op de markt van elektrische installaties in België. De grote doorbraak volgde in 2006 met pionierswerk in de koppeling van PV-installaties aan het elektriciteitsnetwerk. De afgelopen jaren wist CKS de klip van de ineenstorting van de zonnepaneelsector handig te omzeilen. Eind dit jaar start zelfs een tweede vestiging om de Antwerpse regio beter te bedienen. En toch was groei nooit een doel op zich voor de nuchtere Limburger. “Het belangrijkste is dat ik me amuseer.”
Lode Colson startte zijn loopbaan als verantwoordelijke onderhoud bij Alro, het bedrijf van Luc Thijs. Toen eind jaren negentig de groep verkocht werd, zag Lode Colson de motivatie bij heel wat mensen verdwijnen. “Bij Luc was de boog altijd meer dan gespannen. Dat veranderde en ik voelde me daar niet goed bij. Zo is het idee gegroeid om met een eigen activiteit te beginnen. Ik heb gevraagd of ik iets voor Luc kon betekenen, en hij was met Metes meteen mijn eerste klant voor elektrisch en mechanisch onderhoud. Zo is ons verhaal begonnen.”
Als ik iets doe, doe ik het goed of ik doe het niet.
CKS volgde mee toen Luc Thijs later Alro terugkocht. Intussen liepen ook de eerste grote opdrachten binnen voor bedrijven zoals Fabricom en Caterpillar. In 2004 startte Colson met hoogspanning en de bouw van eigen cabines. Tegenwoordig heeft het bedrijf uit Dilsen-Stokkem een volledig aanbod met een vijftal pijlers. Naast algemene elektriciteitswerken, bordenbouw en de bouw van hoog- en middenspanningscabines zijn ook het automatiseringsverhaal en de groene stroomkoppelingen speerpunten voor CKS.
STERCK. De groene stroomkoppeling betekende jullie de grote doorbraak?
Lode Colson: “We waren één van de eerste elektro-installateurs die zich focuste op de koppeling van PV-installaties op het elektriciteitsnet. Daarvoor bestond er eigenlijk niets. We hebben samen met Infrax en AB Vincotte een eigen aankoppelingsbord ontwikkeld. Ons eerste grote project was bij de Group Ceyssens in Heusden-Zolder met een installatie van 300 kw. Nu stelt dat nog maar weinig voor, maar indertijd was dat enorm veel. Onmiddellijk daarna volgde een project van 1,3 megawat voor Electrawinds, en zo waren we meteen goed vertrokken. Vooral voor de groep Machiels hebben we mooie projecten kunnen realiseren tot zelfs 7 megawatt. We stonden vooraan in die nieuwe markt en konden onmiddellijk goede referenties voorleggen. Dat heeft ons geen windeieren gelegd.”
STERCK. Jullie konden de verleiding weerstaan om zelf panelen te installeren?
Colson: “Bijna tachtig procent van de installateurs deed een beroep op onze knowhow over netkoppelingen en omvormers. We wilden bewust niet met hen gaan concurreren en hebben flink kunnen meegroeien in dit domein. Maar we zijn altijd voorzichtig gebleven. We werkten veel met onderaannemers. In drukke tijden kwam ik in het weekend zelf borden helpen bouwen omdat we het werk niet gedaan kregen. Toen de markt in elkaar stortte moesten we dan ook niemand ontslaan.”
Belgische Snookeracademie in Dilsen-Stokkem
In een deel van het recent bijgekochte bedrijfsgebouw van CKS in Dilsen-Stokkem vond in mei het Belgisch Kampioenschap snooker plaats. Daarna werd één zaal omgebouwd tot gloednieuwe Belgische Snookeracademie. De academie wil tot een meer professionele begeleiding komen van jonge snooker-talenten.
“We hopen op termijn met Luka Brecel het Kim Clijsters-effect te creëren,” legt Lode Colson uit. “Er staan nu professionele snookertafels en jongeren krijgen de mogelijkheid om trainingslessen te volgen bij onder meer de trainer van Luca Brecel. In China bestaat er een computer-programma waarmee je oefeningen kan naspelen. We proberen dat naar hier te halen. Ik heb ook al samengezeten met de voorzitter van de wereldsnookerbond. Als ik iets doe wil ik het goed doen of ik doe het niet. Ik geef mezelf nu 1 of 2 jaar om dat verhaal op de kaart te zetten. Daarna zien we verder. Mogelijk kan de academie op termijn in het nieuwe Terhills-project geïntegreerd worden.”
Biogas
STERCK. Intussen ligt jullie focus op windmolens en biogascentrales?
Colson: “We bouwen nu bijvoorbeeld voor het Tongerse NPG drie biogascentrales in Antwerpen, Peer en Bocholt. Ons grote voordeel is dat we het hele proces beheersen. Van verlichting tot hoogspanningscabine en netkoppeling. We werken nu ook aan een monitoringsysteem zodat de klant op elk moment de energieproductie kan volgen. Door op voorhand goed na te denken kan je heel wat kosten besparen. Zelf besteden we veel aandacht aan engineering en ontwikkeling. Dat is ook mijn dada. Aan wat sommige collega’s aanbieden zien we dat ze dat vaak onvoldoende doen.”
STERCK. U vindt het belangrijk om uw medewerkers een grote autonomie te geven?
Colson: “Je ziet vaak dat talenten openbloeien en tot betere realisaties komen als ze zichzelf kunnen zijn en er niet constant iemand over hun schouder kijkt. Zo heb ik al tal van medewerkers boven zichzelf uit zien stijgen. Het nadeel hiervan is wel dat verschillende mensen van CKS daarna een eigen zaak zijn begonnen. Sommigen met meer succes dan anderen. Ze ervaren dan dat het niet allemaal rozengeur en maneschijn is zodra ze op hun eigen benen staan. Hier hebben ze de verantwoordelijkheid om een project tot een goed einde te brengen, maar bij een eigen bedrijf komt er zoveel meer kijken: zelf opdrachten binnenhalen, de binding met de klanten verzorgen, zorgen dat betalingen in orde zijn, …”
STERCK. Lukt het om technische mensen te vinden?
Colson: “Op zich valt dat wel mee. In het verleden hebben grote bedrijven zoals Ford en Aperam veel technische krachten opgezogen met hoge lonen. Als KMO konden we die bedragen niet betalen. Maar nu komen toch weer een aantal mensen vrij. Uiteindelijk zijn het de KMO’s die overblijven in deze streek.”
Structuur
STERCK. Drie jaar geleden heeft u Dirk Trippaers als algemeen directeur aangesteld?
Colson: “Die aanwerving was een belangrijke stap. We zijn nu met bijna vijftig mensen en halen een omzet van 12 miljoen euro. Dirk volgt vooral het dagelijkse beleid en het personeel op. Een goede directeur kost wat geld, maar brengt zijn geld ook dubbel en dik terug op. Eigenlijk laat ik hem de dingen doen die ik zelf niet graag doe. Je moet je eigen minpunten onder ogen durven zien en bepaalde zaken uit handen kunnen geven. Sommige ondernemers doen dat niet. Maar zo komt er tijd vrij voor wat je graag doet.”
“Zelf ben ik vooral bezig met klantenbinding en het meedenken bij uitdagende projecten. Concepten helpen ontwikkelen en iets nieuws naar voor brengen tot het klaar is voor uitvoering. Dan laat ik het gaan. Ik heb dat pionierswerk nodig om te kunnen functioneren. Ik ben geen verkoper. Maar ik zoek graag naar technische oplossingen en dat verkoopt natuurlijk ook. We hebben nu een goede structuur op poten staan. Ik kan zelfs met gemak op vakantie gaan. Vroeger was ik maximum een week weg en had ik constant mijn gsm in mijn handen. Dat is voorbij. Je zaak mag niet afhankelijk zijn van jezelf. Als je denkt dat je onmisbaar bent, dan ga je al in de fout.”
STERCK. Waar ligt voor u de sleutel tot het succes van CKS?
Colson: “We zijn nooit in de auto gestapt om te zoeken naar werk, maar hebben altijd werk gevonden via onze klanten. Al onze klanten zijn gebleven en er zijn er alleen maar bijgekomen. Dat betekent wellicht dat we goed werk leveren. Het komt erop aan om hun zorgen weg te nemen. Daarnaast kunnen we enorm snel reageren naar onze klanten toe. We hebben veel stock, te veel misschien, maar we zijn daardoor wel enorm flexibel.”
Je moet je eigen minpunten onder ogen durven zien en bepaalde zaken uit handen kunnen geven.
STERCK. Ook uw echtgenote heeft een belangrijke inbreng in CKS?
Colson: “Ik heb altijd de uitvoering gedaan, maar mijn vrouw Sabine beheerdt de boekhouding en zorgt dat het financiële plaatje klopt. Mijn vizier staat altijd open. Ik wil vooruit gaan. Sabine is meer afwachtend en bekijkt alle risico’s nog een keer extra. Dat maakt ons erg complementair. Het is een belangrijke factor in ons succes. Ik zie ondernemers soms te ver springen omdat er niemand is die op de rem gaat staan. Op dat vlak houden we elkaar hier heel goed in evenwicht. Als ik niemand had die mij af en toe tegenhield, was het misschien al gedaan geweest met CKS.”
Toekomstplannen
STERCK. Wat zijn uw ambities voor de toekomst?
Colson: “Iedereen vraagt altijd waar ik naartoe wil. Maar ik wil nergens naartoe. Ik hou mijn ogen goed open voor opportuniteiten, maar lig er niet van wakker als we binnen vijf jaar nog steeds met dezelfde omzet en hetzelfde aantal mensen zitten. We nemen het hoe het komt. Het belangrijkste is om je te amuseren. Dat plezier haal ik niet speciaal uit een groei naar pakweg 200 mensen en 50 miljoen euro omzet. Dat haal ik vooral uit de projecten die we doen.”
STERCK. Jullie willen nu in Antwerpen een tweede vestiging openen?
Colson: “Voor hoogspanning en automatisering hebben we klanten in heel Vlaanderen. In Wallonië doen we nog maar weinig en zouden we nog kunnen groeien. Voor gebouwen en algemene elektriciteitswerken werken we dan weer vooral in Limburg, de Kempen en de Antwerpse haven. In Turnhout zijn we bijvoorbeeld al ons derde rusthuis aan het bouwen. Maar de Kempen is zowat de grens voor onze jongens. Dan zitten ze twee keer per dag 1,5 uur in de bestelwagen. Daarom willen we Antwerpse klanten vanuit de regio van Wommelgem gaan bedienen. We staan dicht bij de aankoop van een gebouw daar. Daarnaast hebben we ook in Dilsen het naburige pand gekocht van Luc
Didden die met Interklinker is verhuisd. We hebben er nu 1 ha grond met 2300 m² industriehal.”
STERCK: Er waren ook buitenlandse plannen?
Colson: “We hebben een tijdje de mogelijkheden onderzocht voor groene energie in Kroatië omdat dat zo’n beetje ons tweede thuis is. Maar de onzekerheid daar was te groot, en dan is er toch ook nog een taal- en cultuurbarrière. De Limburgse markt is voor ons verzadigd. De focus ligt eerst op onze binnenlandse groei in de regio Antwerpen en mogelijk ook Wallonië. We mogen groter worden, maar we mogen de filosofie van het klein zijn niet verloochenen. We moeten flexibel blijven en rechtstreeks contact tussen de directie en de klanten onderhouden.”
Sponsor & manager van Luca Brecel
Sinds enkele jaren is Lode Colson zowel sponsor als manager van snookertalent Luca Brecel. “Dat is een puur gevoelsmatige kwestie. Het is een jongen van hier die nergens ondersteuning vond. Eerst was ik geldschieter. Toen kwam ook de vraag om het management op me te nemen. Ik was vroeger totaal niet met snooker bezig, maar daar is intussen aardig verandering in gekomen. Snooker is in België nog een vrij onbekende sport, in andere landen is het een wereldsport. Het zal nog een paar jaar duren voor Luca wereldkampioen wordt en dan komt daar misschien verandering in (lacht).”
Newtec
STERCK. Vorig jaar hebben jullie Newtec opgericht. Wat is daar de bedoeling van?
Colson: “We willen alle onderhoudscontracten van PV-installaties in één bedrijf verzamelen. Dat zijn all-in contracten waar de klant 20 jaar zorgeloos is of contracten die we afsluiten exclusief materiaal en wisselstukken. De vraag naar dat onderhoud is enorm gegroeid omdat er nog maar weinig installateurs overgebleven zijn. Veel klanten zijn bij ons terecht gekomen omdat hun installateur failliet ging en ze niet wisten waar naartoe. Ze zagen ons naamplaatje op een deel van de installatie en belden ons. Wij zijn vooral sterk in het gedeelte van de omvormers en het koppelbord. Naar mijn mening zullen daar de volgende jaren ook de meeste problemen ontstaan.”
STERCK. Waarom een aparte vennootschap?
Colson: “In het verleden zijn er al kandidaat-overnemers geweest voor CKS en ik wilde het groene stroomverhaal aan de kant houden. Als zo iemand over de vloer komt gaan je ogen wel eens fonkelen. Maar eigenlijk speelt dat op dit moment niet meer. We leggen nu zo’n mooi traject af. De structuur staat er. We zijn veel meer gerust dan vroeger en het komt ook niet meer allemaal op mijn eigen schouders terecht. Ik zie nog een groeimarge. We doen wat veel niet kunnen. Er is geen reden om het bedrijf nu van de hand te doen. Ik durf gerust te stellen dat er in België geen vijf zijn die onze kennis hebben op vlak van omvormers en het hele AC-gebeuren. Ook ons eigen monitoringssysteem heeft nog een grote toekomst.
Iedereen vraagt altijd waar ik naartoe wil. Maar ik wil nergens naartoe.
STERCK. Wat brengt de toekomst voor groene stroom?
Colson: “Dat is een goede vraag. Luminus heeft bijvoorbeeld nog heel wat plannen maar alles hangt af van eventuele subsidies en vergunningen. Zowel voor windmolens als voor biogascentrales ligt dat vaak heel moeilijk. In alles wat groen is willen de groenen meestal niet mee (lacht). Maar de afbouw van die certificaten zal nooit zo’n vaart lopen als bij de zonnepanelen. Dat was ook te gek om los te lopen. Maar dat systeem hebben de installateurs of de klanten niet ontworpen hè. Ze zijn gewoon op de kar gesprongen.”.