Al van bij de opstart van Basalte in 2008 richtten Klaas Arnout en zijn echtgenote Sandra Maes de blik op het buitenland. Vandaag tekent export voor meer dan 90 procent van de omzet van de domoticaspecialist die zich vooral focust op het luxesegment. Wereldwijd bedienen heel wat filmsterren, dj's en topvoetballers hun verlichting, zonwering, klimaatregeling, veiligheid en muziek met ondersteuning van Belgische technologie.
Klaas Arnout ontvangt ons in de Basalte conceptwoning in de Merelbeekse wijk Flora. Het statige herenhuis is een stille getuige van de florerende bloementeelt die hier in de tweede helft van de 19de eeuw voor veel welstand zorgde. “Het was een bewuste keuze om in een zo huiselijk mogelijke omgeving onze producten aan het publiek te tonen. We hebben al onze technieken in dit interieur geïntegreerd. De vermoede complexiteit van een domoticasysteem is voor veel mensen een belangrijke drempel. Ze twijfelen luidop of ze er wel zullen kunnen mee werken. Die onterechte vrees verdwijnt hier al snel waarna de aandacht van de klant helemaal kan gaan naar het comfort en het gebruiksgemak van een domoticasysteem.”
STERCK. Was je voorbestemd om ondernemer te worden?
Klaas Arnout: “Ik kom uit een nest van zelfstandigen. Mijn ouders hadden in het West-Vlaamse Deerlijk een goed draaiende audio- en videozaak. Rond de eeuwwisseling had ik als ingenieur veel interesse voor domoticasystemen die toen aan een opmars bezig waren. De systemen van toen waren echter totaal niet gebruiksvriendelijk en ook op het vlak van stijl scoorden ze slechte punten. Met hun knipperende lichtjes en kunststofschakelaars oogden ze afschuwelijk in het interieur. Als hobbyproject begon ik samen met mijn echtgenote Sandra, die interieurvormgeefster is, met de ontwikkeling van een eigen design schakelaar voor KNX: de wereldwijde standaard voor domotica. Gebruiksgemak, innovatieve technologie en een zuiver design waren van meet af aan de kernbegrippen van ons concept.”
- 3 vestigingen Merelbeke, Duitsland, Verenigde Staten
- 11 miljoen euro verwachte omzet in 2021
- 53 werknemers
- 65 actieve landen
- 2008 oprichtingsjaar
STERCK. Namen jullie een vliegende start?
Arnout: “We hebben nogal wat verschillende prototypes gemaakt vooraleer we tevreden waren. Het was vooral niet evident om een schakelaar te ontwikkelen die aan de ene kant gemakkelijk te bedienen was, maar die er ook discreet genoeg uitzag zodat hij volledig kon opgaan in het interieur. De eerste reacties waren wel heel positief. Zo wonnen we meteen enkele designprijzen waaronder de prestigieuze Red Dot Design Award.”
STERCK. De afwerking is vaak een persoonlijke smaak. Wat kunnen de klanten op dat vlak verwachten?
Arnout: “De rode draad in de afwerking van onze producten is de keuze voor authentieke, eerlijke materialen. Zij benadrukken nog eens de puurheid van het design. Qua afwerking zijn er heel wat mogelijkheden: verbronzen, vernikkelen of zelfs een smeedstaal-look. Het kan allemaal. De combinatie van hypermoderne technologie met een duurzame, ambachtelijke afwerking levert vaak verbluffende resultaten op. Door de jaren heen hebben we een netwerk uitgebouwd van ateliers die zich specialiseren in elk van deze materialen. Uniek is dat al die ateliers zich in België bevinden. Onze systemen zijn dus 100 procent Belgisch en dat spelen we ook graag uit in onze marketing. In het buitenland is 'België' nog altijd een waardevol handelsmerk, zeker op het vlak van design. Denk maar aan bedrijven als Extremis, Delta Light, Obumex, Modular enzovoort.”
Leeuw van de Export
STERCK. Al van bij het begin hielden jullie de blik op het buitenland gericht.
Arnout: “Klopt. Met onze producten wilden we ons positioneren in het luxesegment en daarvoor was België te klein. We trokken meteen naar Frankfurt voor de toonaangevende beurs Light + Building. Gezien het beperkte budget hadden we een kleine stand ergens achteraan de enorme beurshal. Het was afwachten want uiteindelijk kwamen we met een totaal ander product op de markt. Vrij onverwacht kregen we toch heel wat geïnteresseerden over de vloer want ook daar hadden we een designprijs gewonnen en dat kwam onze geloofwaardigheid ten goede. Achteraf bestond de buit uit een pak naamkaartjes uit zowat alle landen, maar het oorspronkelijke doel – een Duitse distributeur vinden – was niet gelukt. Duitsland is een vrij conservatieve markt en het heeft heel wat tijd en moeite gekost om daar voet aan de grond te krijgen. Intussen is het land wel uitgegroeid tot onze belangrijkste afzetmarkt.”
STERCK. Hoe is jullie distributiekanaal georganiseerd?
Arnout: “Het gros van de landen ondersteunen we vanuit België. Op dit moment hebben we enkel kantoren in Duitsland en in de Verenigde Staten waar we respectievelijk drie en twee mensen op de payroll hebben staan. Ook Nederland doet het heel goed, dus daar overwegen we ook een lokaal kantoor. Nieuw is een joint venture met onze Spaanse distributeur. Samen openden we recent een showroom op het eiland Mallorca.”
STERCK. In hoeveel landen zijn jullie vandaag actief?
Arnout: “Het moeten er zowat 65 zijn. Drie vierde daarvan zijn Europese landen, de rest van de omzet realiseren we in de Verenigde Staten en het Midden-Oosten. We hebben ook al mooie projecten gerealiseerd in Rusland en China: grote markten met nog heel veel groeipotentieel voor ons.”
Gebruiksgemak, innovatieve technologie en een zuiver design waren van meet af aan de kernbegrippen van ons concept.
STERCK. Flanders Investment & Trade heeft jullie al tweemaal genomineerd voor de Leeuw van de Export. Hoe verloopt de samenwerking?
Arnout: “We zijn zeer blij met zulke nominaties: het is een mooie erkenning voor ons werk en een eer om tussen de andere sterke kandidaten te staan. Zeker in de beginjaren hebben we veel steun gehad aan FIT. Intussen zijn we een scale-up en kennen we de weg. De meerwaarde van FIT is de brede kijk. Bij het opzetten van ons kantoor in de Verenigde Staten konden we rekenen op het gigantische netwerk van de organisatie. Daarnaast hebben ze ons ook al geholpen bij het aanvragen van subsidies en zo.”
STERCK. Kun je enkele prestigieuze projecten opnoemen die jullie naamkaartje dragen?
Arnout: “Ik ga geen namen noemen want in dat wereldje is discretie heilig. Maar er zijn wel wat filmsterren, dj's en topvoetballers die elke dag gebruikmaken van Belgische technologie om hun verlichting of klimaatregeling aan te sturen. In het Midden-Oosten hebben we al enkele complexe projecten gerealiseerd. Mensen wonen daar met verschillende families in gigantische paleizen met gemeenschappelijke en private gedeeltes. Dat zorgt soms wel voor een extra uitdaging. Vorig jaar hebben we ook een superjacht met een lengte van 140 meter opgeleverd.”
Nieuw hoofdkwartier
STERCK. Hoe moeilijk is het om medewerkers te vinden?
Arnout: “We tellen momenteel meer dan 50 medewerkers en het leuke is dat het om een multidisciplinair team gaat. We hebben heel wat technische profielen aan boord zoals burgerlijk ingenieurs, computerwetenschappers en arbeiders die de assemblage doen. Samen met de verkopers en het administratief team vormen we zo een mooie, diverse groep. Als snelgroeiend bedrijf lopen we in de kijker en dat helpt bij de rekrutering. We merken bovendien dat het op de arbeidsmarkt toch wat rustiger is geworden door corona. In de Fraterstraat zijn we momenteel een nieuw hoogtechnologisch hoofdkwartier aan het bouwen waar we al onze mensen zullen samenbrengen onder één dak. Deze zomer willen we ons nieuwe nest in gebruik nemen.”
STERCK. Corona. Je liet daarnet het woord vallen. Hoe groot was de impact van het virus op Basalte?
Arnout: “In het voorjaar van 2020 stonden we klaar om opnieuw naar Light + Building te trekken. De verwachtingen waren hooggespannen want we hadden heel wat nieuwe producten ontwikkeld. Door het oprukkende coronavirus beslisten de organisatoren in februari plots om het evenement af te lasten. Een ferme streep door onze rekening. Maar we bleven niet bij de pakken zitten. In nauwelijks twee weken tijd slaagden we erin om een eigen evenement uit de grond te stampen waarbij we 120 klanten uitnodigden naar Gent. Tijdens de lockdown schakelden we opnieuw bliksemsnel om via de digitale weg onze nieuwe producten in de markt te zetten. Ik wil hierbij een dikke pluim geven aan alle medewerkers – we noemen ze Basaltians – want het was ongelooflijk knap hoe snel ze op de nieuwe situatie hebben ingespeeld. Uiteindelijk was 2020 zeker geen verloren jaar voor ons. Integendeel, we slaagden er in om met 20 procent te groeien.”
Uiteindelijk was 2020 zeker geen verloren jaar voor ons. Integendeel, we slaagden er in om met 20 procent te groeien.
STERCK. Welke zijn de motoren achter die snelle groei van Basalte?
Arnout: “In de eerste plaats proberen we meer te verkopen aan dezelfde klanten. We doen dit door ons gamma completer te maken waardoor we een groter aandeel van het project mogen realiseren. Een tweede belangrijke factor is de creatie van een community rond ons merk. We steken daar heel veel tijd en energie in. Zo streven we naar een heel directe band met onze installateurs. Tijdens opleidingen proberen we hen de essentie van ons merk mee te geven, maar aan de andere kant luisteren we ook naar hen want we kunnen veel van hen leren. Elke markt heeft nu eenmaal zijn typische kenmerken en eigenaardigheden. Een laatste motor van de groei is de digitalisering van onze processen en die moet ons toelaten om op te schalen. Een voorbeeld daarvan is het online bestelplatform dat we hebben ontwikkeld. De installateur vindt daar van elk product de technische info, de beschikbare voorraad enzovoort. Zowat 90 procent van alle wereldwijde bestellingen komt intussen al binnen via dat platform.”
Concurrentie met multinationals
STERCK. Een snelgroeiend technologiebedrijf in familiale handen. Ik vermoed dat jullie wel eens investeerders op de koffie krijgen?
Arnout: “Dat is inderdaad al gebeurd. Vijf jaar geleden was er zelfs bijna een deal. We waren in gesprek met een financiële partner en er lag al een letter of intent op de tafel. Op dat moment hadden we een iets moeilijker jaar en de partner begon zenuwachtig te worden. Toen hebben we beslist om alsnog verder te groeien op eigen kracht. Momenteel zijn we volop bezig met het opschalen en de professionalisering van het bedrijf.”
Het is de naam van een vulkanisch materiaal. De eigenschappen van het gesteente vallen perfect samen met de waarden waar ons bedrijf voor staat: eenvoudige compositie, duurzaamheid en beschikbaar over de hele wereld. Een leuke extra is dat het om een heel oud woord gaat dat in bijna alle talen hetzelfde klinkt.
STERCK. Betekent dit dat je het kapitaal nooit zult openstellen voor externe investeerders?
Arnout: “Zeg nooit nooit. Kijk, we zijn heel erg ambitieus. Je mag niet vergeten dat we in de hele wereld de concurrentie aangaan met multinationals. Dit betekent dat je flexibel moet zijn en ook snel moet kunnen schakelen bij onverwachte opportuniteiten. Als er zich kansen aandienen om snel stappen voorwaarts te zetten, dan blijft het altijd een optie om een externe investeerder aan te trekken.”