Soms ben je voor een bepaalde carrière echt in de wieg gelegd. Neem nu Thomas Gryson. Als kind al genoot hij ervan rond te lopen in de roltabakfabriek van zijn grootvader. Vandaag mag hij zich zonder twijfel één van de grootste sigarenliefhebbers van ons land noemen. Als telg van de derde generatie blijft hij de tabaksindustrie een warm hart toedragen, met een absolute voorkeur voor longfillersigaren. “Er is in België een grote honger naar kennis over dit product, ik vind het fantastisch om die expertise te delen.”
De familie Gryson en tabak gaan al tientallen jaren hand in hand. André Gryson en echtgenote Angèle Vandemergel legden de fundamenten ervan, met hun roltabakfabriek in het West-Vlaamse Lo-Reninge. “Dat bedrijf draaide uitstekend”, weet Thomas Gryson, kleinzoon van het koppel. “Hun producten waren zeer populair bij de arbeiders in de mijnen, maar onder meer ook bij het Noord-Franse publiek. Mijn grootouders hadden ook goede afspraken met supermarkten. Ik vond het als kind heerlijk om in hun bedrijf aanwezig te zijn. Als ik nu een sigaar ruik, gaat dat onlosmakelijk samen met een nostalgisch gevoel naar de tijd van toen.”
Exportmanager
STERCK. Stond het voor jou in de sterren geschreven om daarin carrière te maken?
Thomas Gryson: “Ja, al is dat wel via een omweg moeten gebeuren. In de jaren tachtig begon de antitabaklobby almaar sterker te groeien. Daardoor zag mijn grootvader zijn vijf kinderen liever niet in die business verdergaan. Hij verkocht zijn bedrijf dan ook aan Guido Vandermarliere (van het bedrijf J. Cortès uit Zwevegem) in 1984. Zelf ging ik, na afgestudeerd te zijn in 2003, meteen aan de slag als exportmanager bij TVH. Op een dag las ik dat Gryson bij de snelst groeiende bedrijven was en een Trends Gazelle. Ze zochten in die periode ook een exportmanager, maar stonden op het punt die vacature af te sluiten toen ik contact met hen nam. Uiteindelijk kreeg ik nog de kans om te solliciteren, tests af te leggen én kreeg ik de job. Fantastisch!”
STERCK. Wat hield je job precies in?
Gryson: “Ik was verantwoordelijk voor de export in Europa, de Russischsprekende landen, maar ook voor Afrika en Latijns-Amerika. Dat was een zalige periode. Na ongeveer vier jaar, in 2012, kreeg ik plots het bericht dat Gryson zou worden overgenomen door Japan Tobacco (JTI), een multinational. Dat was onverwacht, maar tegelijk niet verrassend. Ik heb nog een viertal maanden voor JTI gewerkt, maar vond er niet echt mijn draai en kon me ook niet verzoenen met het idee ook sigaretten te moeten verkopen. Uiteindelijk kon ik als exportmanager aan de slag bij Cortès. Net als Gryson en TVH is dat een rasecht familiebedrijf. Bovendien draaide alles rond sigaren. J. Cortès is een topbedrijf waar ik mijn passie voor sigaren en reizen ten volle kan ontwikkelen. In de praktijk run ik de landen waarvoor ik verantwoordelijk ben alsof het mijn eigen zaak zou zijn. Vandaag ben ik, naast exportmanager, ook travel retail coördinator: ik bepaal het assortiment en de prijzen voor de taksvrije shops op de luchthavens wereldwijd en onderhoud het contact met de duty free-retailers. Daarnaast ben ik ook verantwoordelijk voor de opleidingen over longfillersigaren.”
Een sigaar rook je niet zomaar, die degusteer je zoals je bijvoorbeeld ook een wijn of whisky proeft.
Vakmanschap
STERCK. Wat maakt van een sigaar zo’n speciaal product?
Gryson: “Ik heb het vooral voor handgerolde longfillersigaren, die opgebouwd zijn uit volledige, onversneden hoogwaardige tabaksbladeren die zijn gedroogd, gefermenteerd en gerijpt onder het toeziend oog van een ‘Master Blender’. Die vragen meer kennis en onderzoek dan ‘short fillers’, die gemaakt zijn van versneden tabaksbladeren en machinaal worden geproduceerd in grote volumes. Het is een heel natuurlijk product, dat veel vakmanschap vereist. Een sigaar rook je niet zomaar, die degusteer je zoals je bijvoorbeeld ook een wijn of whisky proeft. Elke sigaar is anders, heeft zijn specifieke smaak en karakter. Cuba blijft bij uitstek het bekendste land wat sigarenproductie betreft, maar ook Nicaragua, de Dominicaanse Republiek, Honduras en Mexico leveren topproducten. Ik ben in elk van die landen geweest om talloze sigarenhuizen te bezoeken en op die manier veel knowhow op te bouwen.”
STERCK. Die kennis deel je nu via O My Cigar. Waarom ben je in bijberoep met die zaak gestart?
Gryson: “Ik heb zelf mijn eerste sigaar gerookt toen ik 25 was, het product sprak me enorm aan. Je voelt dat veel Belgen zelf ook van sigaren houden en hongerig zijn naar kennis, die in ons land helaas niet zo rijkelijk aanwezig is. Daarom ben ik drie jaar geleden begonnen met O My Cigar. De bedoeling is om via educatie mensen te laten kennismaken met sigaren. Het product is door de jaren heen wat toegankelijker geworden, maar er hangt nog altijd een zweem van mysterie rond. Met O My Cigar kom ik tegemoet aan de behoefte om liefhebbers in te wijden in de wondere wereld van dit product. Via zijn favoriete sigaar leer ik de voorkeur van een sigaarliefhebber kennen, waarna ik hem nieuwe producten kan adviseren waarmee hij zijn smaakpalet kan verruimen. Het grote voordeel is dat ik onafhankelijk werk. Uiteraard laat ik mijn klanten kennismaken met de producten van Oliva, het merk dat ik verdeel voor J. Cortès, maar ze worden ook ondergedompeld in talloze andere topmerken en sigarenhuizen uit andere terroirs. Dat is cruciaal voor de meerwaarde die ik met O My Cigar wil bieden.”
Fraîcheur
STERCK. Hoe pak je dat aan?
Gryson: “Het is iets waarvoor mensen hun tijd moeten, en gelukkig ook willen, nemen. Een sigaar is nu eenmaal geen doorsnee tabaksproduct, dat geldt zeker voor het premiumsegment. De manier van proeven is gelijkaardig als bij bepaalde alcoholische degustaties: je doet het met mate, terwijl je veel informatie over het product krijgt, want er is wel degelijk veel verschil. Elk terroir heeft zijn specifiek karakter. In een Nicaraguaanse sigaar merk je veel toetsen van aarde en peper, terwijl een product uit de Dominicaanse Republiek herkenbaar is aan zijn fraîcheur. Vergelijk het met wijnen uit Frankrijk, Chili of Australië: ze gebruiken vaak hetzelfde druivenras, maar toch is de smaak en beleving helemaal anders.”
STERCK. Op welke hinderpalen bots je bij het delen van je kennis?
Gryson: “Door de strenge antitabakwetgeving is promotie van tabaksproducten verboden. Dat maakt het niet eenvoudig om het product dichter bij de mensen te brengen. Opleidingen geven zoals ik bij Syntra heb gedaan in 2019 is helaas niet meer mogelijk. Dat is doodzonde, want er is echt veel vraag naar. In tegenstelling tot wat je misschien zou denken, bereiken sigaren een heel divers publiek: mannen én vrouwen, verspreid over zowat alle leeftijdscategorieën vanaf 25 jaar. Ook de betere horecazaken zijn erg geïnteresseerd om de service naar hun klanten te verbreden via een aanbod premiumsigaren, hoewel dat niet zo evident is, want ze moeten uiteraard over een specifieke rookruimte beschikken.”
Ik bundel graag de krachten met lokale ondernemers die ook authenticiteit en passie uitstralen én kennis hebben.
Vochtigheid
STERCK. Hoe speel je met O My Cigar in op hun wensen?
Gryson: “We bieden ze een humidor aan (gesloten bewaarplaats voor sigaren, met een luchtvochtigheidssysteem dat cruciaal is om de producten gedurende lange tijd te kunnen bewaren zodat de topkwaliteit gewaarborgd blijft, red.), met een selectie van een aantal exquise topsigaren. Je kan het gerust een sigaarmenu op maat van de zaak noemen. Momenteel bereik ik hiermee een tiental etablissementen in West- en Oost-Vlaanderen. We controleren de vochtigheid van de humidor en vullen indien nodig de voorraad aan, zodat de restaurateurs er zelf geen werk aan hebben.”
“Het is ook een opportuniteit om de Belg kennis te laten maken met andere sigaren dan Cubaanse. Door de Cubaanse revolutie en de daarmee gepaard gaande diaspora, zijn veel Cubaanse sigarenexperts uitgeweken naar andere landen en gebruiken ze hun knowhow om ook daar topproducten te maken. Daardoor loont het absoluut de moeite om ook sigaren uit de Nieuwe Wereld te ontdekken. Traditionele sigarenrokers zijn doorgaans hondstrouw aan hun merk, jongeren durven hun horizon al sneller verbreden.”
STERCK. Is het een optie om je ooit volledig op O My Cigar te concentreren?
Gryson: “Neen. Het doel van de eenmanszaak is om Belgische liefhebbers in te wijden in de kunst van een sigaar roken, zodat ze ten volle kunnen genieten van de sigaar en ook nieuwe sigaren leren ontdekken. Als ik mijn expertise zelf continu wil verbreden, is het noodzakelijk om voortdurend bij te leren. Dat kan alleen als ik mijn internationale contacten blijf onderhouden, ik zou dat trouwens ook voor geen geld ter wereld willen missen. In maart 2020 was ik nog voor een week in Nicaragua voor een verdiepingsopleiding in sigaren, sindsdien staat het reizen door de coronapandemie op een lager pitje. Van zo’n bezoek aan de sigarenregio’s steek ik telkens erg veel op. Je ziet de plantage, helpt de tabak selecteren, proeft de producten … Ik kreeg dankzij die bezoeken ook herhaaldelijk de kans zelf handmatig zo’n sigaar te rollen. Het is een kunst die je pas na een jaar intensief oefenen min of meer onder de knie hebt.”
Barista
STERCK. Via welk concept kan O My Cigar nog verder groeien?
Gryson: “Ik heb in mijn eigen huis een fumoir laten inrichten waar ik me graag terugtrek met vrienden om van een sigaar te genieten. Daar staat ook mijn beste compagnon, een Izzo Alex Duetto-espressomachine, want barista is mijn tweede passie. Het is niet de bedoeling een eigen fysieke winkel te openen naast de al bestaande webshop met sigarenaccessoires, want door mijn job heb ik de tijd niet om die zelf continu te bemannen. Wel ben ik intussen een veelbelovend project gestart met Romain Barbershop in Gent. Daar staan twee van mijn humidors, waardoor die winkel kan uitgroeien tot een verkooppunt van O My Cigar. Het zou leuk zijn nog dergelijke samenwerkingsverbanden te kunnen opstarten. Sowieso bundel ik graag de krachten met lokale ondernemers die eveneens authenticiteit, passie, ondersteuning en kennis koppelen aan een hoge kwaliteit. Die link moet er zijn, ook bij de accessoires (humidors, aanstekers, asbakken …) die ik aanbied op mijn webshop. Een goed voorbeeld daarvan zijn de handgemaakte keramieken asbakken van Fie Potterie en de koffie van Café Gusta, een koffiebranderij in Oudenaarde. Ook met Meat Pack in Deinze, aanbieder van luxueuze vergaderruimtes, werk ik graag samen.”
STERCK. Hoe groot is de kans dat er ooit een vierde generatie Grysons actief wordt in de tabaksindustrie?
Gryson: “Ik ben de enige telg van de derde generatie die in deze branche werkt. Mijn kinderen (16 en 11) zijn nog jong, maar bij mijn zoon proef ik nu al veel interesse in het economische aspect van zo’n eenmanszaak. Het zou sowieso leuk zijn als het voor hem, en later eventueel ook voor mijn dochter, tot een passie zou kunnen uitgroeien.”