Multidisciplinair

ABETEC staat voor ‘architectuur, beton en technieken’ en vat diens bedrijfsstrategie mooi samen: totaalexpertise voor de bouw. En dat heeft het bedrijf geen windeieren gelegd. Met 70 hooggeschoolde medewerkers op de payroll, voornamelijk architecten en ingenieurs, is het bedrijf één van grootste architecten- en ingenieursbureaus van ons land.

ABETEC is een familiebedrijf en het wordt gerund door de tweede generatie: Roseline en Frederic Van Damme, respectievelijk directeur en bestuurder. Het takenpakket is keurig verdeeld: Frederic is ingenieur van opleiding en gaat onder meer over het technische luik en de klantenprospecten, Roseline houdt het overzicht over hr en finance.
De onderneming is in 1969 ontstaan vanuit het gerenommeerde studiebureau Jules Vincart en groeide onder de vleugels van ingenieur-architect Eric Van Damme uit tot het grootste onafhankelijke familiebedrijf in hun vakgebied. Dat het zo is gelopen, heeft het bedrijf te danken aan het heldere marktinzicht van Eric Van Damme. ‘Visionair’ vat zoon Frederic het gemakshalve samen.

Frederic Van Damme: “Het bedrijf is sinds de start in 1975 opgevat als multidisciplinair bureau en dat was destijds eerder uitzonderlijk. Mijn vader is omwille van die multidisciplinaire aanpak bij Jules Vincart beginnen werken, waar hij directeur werd. Toen zijn baas, Jules Vincart, onverwacht overleed, was dat het tijdstip waarop hij besliste om het bedrijf volgens die visie verder te zetten. Op dat ogenblik werkten er een zevental mensen bij het bedrijf. Niet onbelangrijk, en dat onderscheidt ons van onze concurrenten. Wij werken niet met zelfstandigen. Iedereen werkt hier tot op vandaag in loondienst.”

STERCK. Vandaag telt het bedrijf een 70-tal werknemers. Hoe is die toename tot stand gekomen?

Frederic: “Laat ons zeggen dat we met onze klanten zijn meegegroeid. Veel van onze klanten doen namelijk al heel lang zaken met ons. Ik neem als voorbeeld Aldi, een verhaal dat is gestart in Rijkevorsel, intussen 40 jaar geleden. We zijn daarna met de keten doorheen heel Europa meegegroeid. Na het allereerste distributiecentrum dat wij voor hen in Rijkevorsel hebben ontworpen, volgden gelijkaardige projecten in onder meer Duitsland, Frankrijk, Nederland, Portugal en Spanje.”

STERCK. Wat houden die disciplines concreet in en hoe hou je de vinger aan de pols in elk van die segmenten?

Frederic: “Het gaat om drie disciplines, die in onze naam zitten verwerkt. ABETEC staat voor architectuur, beton en technieken. Beton staat voor stabiliteit, één van onze hoofddisciplines.
Dat wij alle evoluties in de verschillende deeldomeinen zo goed kunnen opvolgen, heeft alles te maken met onze medewerkers. Dat zijn allemaal topingenieurs en -architecten. Zij houden nauwgezet de vinger aan de pols in hun respectievelijk vakdomein.”

STERCK. Doen jullie voor bepaalde specialisaties ook beroep op derden?

Frederic: “We doen inderdaad niet alles zelf. Alles wat met akoestiek te maken heeft, besteden we uit. En we doen ook niet alle opmetingen zelf. Alles hangt af van de omvang en of het qua kostenefficiëntie verstandiger is om het zelf te doen dan wel uit te besteden.”

STERCK. Beantwoordt Aldi aan het typische klantenprofiel waarop jullie mikken?

Roseline Van Damme: “Je mag dat gerust veel breder zien. Aldi is sinds jaar en dag een klant, maar we hebben ook mooie projecten gerealiseerd voor Duvel Moortgat en Action om er nog twee te noemen. We doen ook mee aan openbare aanbestedingen en die halen we ook vaak binnen. Denk daarbij concreet aan sporthallen en zwembaden. En rusthuizen, dat zijn er intussen een pak. De enige lijn die je in ons klantenbestand kan trekken, is dat wij enkel in de b2b-sector actief zijn. Private woningen, dat is niet aan ons besteed. Wij moeten het van de grotere projecten hebben. De ontwikkeling van ‘de school van morgen’, dát is het soort projecten waar wij onze tanden in zetten.”

Frederic: “Dat wil echter niet zeggen dat we enkel grote projecten aannemen. Onze mensen werken in loondienst dus er moet continuïteit zijn. De grote projecten zorgen voor pieken, de kleinere zorgen voor afwisseling. Dat is mooi meegenomen als je je werknemers blijvend wil motiveren.”

STERCK. Waar maken jullie dan precies het verschil?

Frederic: “Een industrieel gebouw waarbij het bij manier van spreken louter om de schil draait, daar kunnen wij weinig meerwaarde leveren. Onze meerwaarde komt pas bovendrijven als we een ingewikkeld integratieproject uitvoeren. Zo hebben wij relatief recent een snoepfabriek gebouwd. Dat zijn de projecten waarin wij onze multidisciplinaire aanpak etaleren.”

STERCK. Dat vergt ook – zoals jullie al aangaven – de juiste mensen. Is het vinden van competente mensen ook in jullie sector moeilijk?

Roseline: “Het vinden van goede ingenieurs en architecten is inderdaad moeilijk. En eens ze aan boord zijn, moet je die mensen ook niet eender welk project in handen geven. Daar moet telkens een uitdaging aan vastzitten. Dat onze medewerkers regelmatig op een buitenlands project worden gezet, maakt het natuurlijk net dat tikkeltje interessanter dan op bepaalde andere plekken. We zorgen er dus bewust voor dat het werk bij ons boeiend blijft en niet afstompt.”

STERCK. Behalve het bijhouden van snel veranderende normeringen moeten jullie als bedrijf ook anticiperen op de toekomst. Respect voor het milieu en omgeving is een actueel onderwerp. Hoe pakken jullie dat in de praktijk aan?

Frederic: “Onze EPB-afdeling neemt alle normeringen voor zijn rekening, doet de nodige aangiftes enzovoorts, maar dat lijkt mij tegenwoordig eerder vanzelfsprekend voor bureaus die een leidende rol willen spelen. Maar anderzijds moet je ook rekening houden met de klant. Niet alles is voor iedereen betaalbaar. Geothermie is fantastisch en dat is een investering die je vanaf dag één in je begroting moet meenemen. Dat is voor velen een behoorlijke hap uit het budget en niet altijd praktisch haalbaar. Het is onze taak om hen daarin te begeleiden. Gelukkig zitten we hier zelf in een kantoor waarin al die technologie zit vervat. We draaien volledig op geothermische energie. Dat wil zeggen dat al onze warmte en koeling uit de grond komt. Qua uitbating is dat een zeer goedkoop systeem, zeker als je dat afzet tegen de huidige gasprijzen. Nu, als klanten die investeringen niet kunnen doen, dan kijken wij wel naar oplossingen waarmee we bijvoorbeeld alsnog op een later tijdstip de omslag kunnen maken naar geothermie.”
Roseline: “In ons kantoor hier in Zele kunnen we onze klanten laten zien dat geothermie perfect werkt. We hebben de effecten intern eens uitgerekend: in 2021 zullen we naar voorspelling op de eerste drie kwartalen van dit jaar 4,84 ton CO2 bespaard hebben met onze zonnepanelen. Dat is goed voor het equivalent van de werking van 222 bomen. En wat regenwater betreft, zullen wij op een jaar tijd meer dan 500 m2 gerecupereerd hebben.”

STERCK. Hebben jullie klanten die op dit vlak de kroon spannen?

Roseline: “Aldi is een goed voorbeeld. Het distributiecentrum in Turnhout heeft een zeer hoge duurzaamheidsscore volgens de Engelse BREEAM-certificering. Die certificering gaat veel breder dan over het klimaat alleen. BREEAM gaat ook over het gebruik van de grond, het welzijn van je werknemers zoals de aanwezigheid van daglicht, een gezond binnenklimaat en nog veel meer. En het gaat echt ver hoor, zelfs het type bloemen in de tuin wordt in overweging genomen, het fietsbeleid, noem maar op. Bij de oplevering in 2018 had dat gebouw de op twee na beste BREEAM-score wereldwijd. We zijn er uiteraard trots op dat dit een project van ons is.”