Boomkwekerij Sylva uit Lievegem wordt dit jaar officieel 50 jaar, maar de familietraditie kiemde al in 1830. Voor het jubileum bedacht het bedrijf een Engelse slogan die hun activiteiten en ambities goed omschrijft: ‘The best way to protect the forest, is to create it’. Hier rollen de bomen met 100.000 exemplaren tegelijk van de band. Daarna worden ze verscheept naar maar liefst 40 landen wereldwijd. Dat leverde Sylva exact een jaar geleden de Leeuw van de Export op, een exportprijs die enkel aan het kruim van de Vlaamse exportwereld wordt toegekend.
Het bedrijf maakt deel uit van een rijke familietraditie. Momenteel is de zevende generatie aan zet. Tim Van Hulle en Geert Caignau, respectievelijk algemeen en commercieel directeur, lichten toe waar het bedrijf vandaan komt en welke de volgende stappen zijn in hun strategisch plan.
Tim Van Hulle: “De familie Van Hulle is in 1830 de traditie begonnen in het Maldegemse. Mijn grootvader (vijfde generatie, red.) is in Waarschoot begonnen met het kweken van planten. Je moet weten dat mijn overgrootvader acht zonen en vier dochters had. Die zijn allemaal boomkweker geworden. Mijn grootvader vond de situatie met al die ‘Van Hulles’ (lacht) behoorlijk complex. Om die reden noemde hij zijn bedrijf Sylva. Op die manier kon hij zich makkelijker onderscheiden van de activiteiten van alle andere familieleden. Daar is de basis gelegd voor de grote stappen die Sylva nadien zou zetten. In 1972 zijn de zonen van mijn grootvader in het bedrijf gestapt en werd de naam Sylva officieel als bedrijfsnaam geregistreerd. Daarvoor, vanaf midden de jaren 30 van vorige eeuw, werd het bedrijf in de volksmond Sylva genoemd. Maar officieel bestaan we als Sylva dit jaar dus 50 jaar.”
STERCK. Was 1972 ook het moment waarop Sylva steeds nadrukkelijker naar het buitenland keek als afzetmarkt?
Tim: “De zesde generatie is effectief verantwoordelijk voor de internationale expansie. Ze is eerst in eigen land over de taalgrens naar Wallonië getrokken, maar daarna volgden onze omringende landen al snel. In 2003 heeft de 7de generatie het bedrijf overgenomen van onze nonkels. Mijn vader – Marc Van Hulle – is aan boord gebleven om de overgang te begeleiden en het bedrijf verder te structureren. In 2018 is hij gestopt, maar achter de schermen is hij nog altijd actief. De dagelijks leiding zit nu bij ons (7de generatie, red.).”
STERCK. Wat is er veranderd toen jullie in 2018 aan het roer kwamen?
Tim: “Mijn functie was commercieel directeur. Die werd in 2018 overgenomen door Geert Caignau, die als dusdanig ook deel uitmaakt van ons managementteam. Hij stuurt onder meer onze agenten in het buitenland aan en is ook medeverantwoordelijk voor de verdere internationale expansie.”
STERCK. Jullie zijn boomkwekers, maar wat houdt dat precies in?
Tim: “Kort uitgelegd: wij kweken jong bos- en haagplantsoen. Concreet: wij starten met zaad en leveren volgroeide planten af van één of twee jaar oud.”
STERCK. Om jullie groei te bestendigen, hebben jullie (mee) een sorteermachine ontwikkeld die jullie rendement een stevige zet heeft gegeven. Wanneer heeft die innovatie zijn intrede gedaan?
Tim: “Innovatie is iets waar onze nonkels al waren mee gestart. De eerste sorteermachine dateert uit 1997. Maar een hoog rendement had die niet, het was veeleer een prototype en ook een machine met gebreken. Het werken met bladeren, aarde en vocht is nu eenmaal niet evident. We hebben dan een innovatiestudie uitgevoerd om die machine verder door te ontwikkelen. We zijn pas in 2014 of 2015 tot een concreet concept gekomen om de machine te bouwen die we hier vandaag gebruiken.”
STERCK. Waar zit de winst?
Tim: “Wel, de eerste machine, uit 1997, hebben we in 2001 aan de kant gezet. Op dat ogenblik zijn we terug manueel gaan sorteren. Eén persoon sorteert op een maandagochtend tot 800 planten per uur, maar tegen vrijdag is dat al afgenomen naar 400 of 300 planten per uur (lacht). De machine die we vandaag gebruiken, sorteert zo’n 2000 planten per uur en houdt dat ook continu vol.”
- 7.918.327 euro omzet in 2020
- 30 medewerkers
- 40 exportlanden
- 80% exportaandeel in de omzet 2020
- 1972 oprichtingsdatum
Geert Caignau: “Er staan vier operatoren aan de machine, dus dat betekent concreet dat we tot 8000 planten per uur kunnen sorteren. De snelheid van het werk wordt bepaald door de machine. De output is zeer uniform met dank aan de continue metingen en de digitale sturing. De machine stelt ons onder meer in staat om kortere deadlines aan te houden. Een klant die 100.000 of 200.000 planten nodig heeft, kunnen we snel beleveren.”
STERCK. Een groot deel van jullie planten gaat naar het verre buitenland, maar daar zitten uiteraard ook boomkwekers. Waar maken jullie het verschil?
Tim: “Onze knowhow. Van generatie op generatie hebben we ons verder gespecialiseerd in het tot kiemen brengen van zaden. Het voorbehandelen van de zaden, daar zit onze expertise. Dat heet het stratificatieproces, dat beheersen we tot in de puntjes. Zelfs in die mate dat klanten ons zaden opsturen, bijvoorbeeld vanuit China en Turkije, om het kiemen aan ons over te laten.Zij krijgen dan kleine plantjes van ons retour. Wij kunnen in dit bedrijf op één bepaald moment in het jaar tot 150 verschillende soort planten laten kiemen. Dát is onze sterkte.”
STERCK. Aan hoeveel landen worden jullie plantjes verkocht?
Tim: “Globaal een 40-tal landen, maar de grootste afnemers zijn onze omringende landen: Duitsland, Frankrijk en Engeland … We hebben feitelijk altijd al gefocust op Europa.”
STERCK. Die aanpak heeft jullie vorig jaar de Leeuw van de Export opgeleverd, een initiatief van Flanders Investment & Trade. Wat heeft de jury overtuigd?
Geert: “Dat is ongetwijfeld een combinatie van een aantal factoren, maar de financiële parameters zijn daarin toch een belangrijk element. Uiteraard heeft het innovatieve karakter van Sylva eveneens een belangrijke rol gespeeld. En ook de verhouding tussen wat in eigen land wordt verdeeld en wat naar de EU en tot ver daarbuiten gaat, pleitte in ons voordeel. Wij hebben uiteindelijk de overwinning in de wacht gesleept voor bedrijven in de categorie tot 49 werknemers. We zijn dus trots, voor ons is die Leeuw van de Export een zeer grote erkenning voor wat we hier doen.”
Tim: “In een sector die niet evident is nota bene!”
Geert: “Inderdaad. Een product als een eik of een beuk kan dan heel generiek lijken, het is echter een complex verhaal als je dat afzet op een productie-areaal van 115 hectare. Je moet die productie jaar na jaar voor elkaar krijgen terwijl je zaken zoals de weersomstandigheden niet in de hand hebt. Het is beslist een ander verhaal als je koekjes produceert. Als je de grondstoffen hebt, kun je je producten maken. Onze productie is zoals gezegd onderhevig aan de natuurelementen, dieren die de zaailingen willen opeten, de droogte van de afgelopen zomer, ziektes, noem maar op.”
STERCK. Los van de machine die jullie helpt, vergt jullie productie veel handenarbeid. Vind je nog de juiste mensen?
Geert: “Het vinden van de juiste mensen is knap lastig. We moeten opboksen tegen de andere sectoren. Staal, industrie, automotive, noem maar op. Wij stellen vast dat de jongeren niet staan te springen om dit te doen.”
Tim: “De laatste jaren zetten wij evenwel zwaar in op jongeren om hen te motiveren voor ons te komen werken. We proberen het beroep sexy te maken door allerlei activiteiten te organiseren. We willen het type werk aantrekkelijk en interessant maken, ondanks het feit dat dit geen 9-to-5-job is. We zoeken dus mensen met affiniteit en voeling voor de landbouw, maar vooral jongeren met de juiste mentaliteit. De Leeuw van de Export heeft ons bedrijf in elk geval wat meer cachet gegeven.”
Geert: “Wat ook voor ons pleit, is dat er hier mensen zijn die al 20, 30 en zelfs 40 jaar voor ons werken. Dat verhaal zou de jongeren ook moeten aanspreken, want dat soort standvastigheid is zeldzaam.”
STERCK. Waar willen jullie de komende maanden op focussen?
Tim: “Verder innoveren is één van de belangrijkste pijlers in onze toekomststrategie. We willen ook verder digitaliseren, maar wel met respect voor het personeel en de verdere uitbouw van het personeelsbestand. We zitten niet echt in een transitie maar het is wel een feit dat er bepaalde mensen bijna op pensioen gaan. Het bedrijf moet dus klaargestoomd worden om dat op te vangen. We gaan de structuur van het bedrijf dus verstevigen.”
Geert: “Er zijn ook nog processen die we efficiënter willen maken zodat we een gestandaardiseerde kwaliteit kunnen garanderen. Efficiënter werken betekent ook minder fouten maken. Daardoor kunnen we korter op de bal spelen, kun je je klant beter informeren, enzovoorts. Duurzaamheid is ook een aandachtspunt, zeker in het kader van de Europese Green Deal. We zijn een marktleider, dus daar moeten we ook zelf de toon aangeven.”