Dendermonde is in topvorm. De stad waar burgemeester Piet Buyse dit jaar aan zijn derde ambtstermijn is begonnen, heeft een bruisend ondernemersleven en linkt dat aan een breed vertakt cultureel weefsel, met meer dan zeshonderd evenementen per jaar. “De komende jaren komt er heel wat ruimte om te ondernemen bij, maar we beseffen dat we moeten blijven werk maken van een betere ontsluiting”, zeggen de burgervader en Dieter Mannaert (schepen van economie) unisono.
De ondernemers in Dendermonde doen het goed, en dat stelt Piet Buyse gelukkig. “Onze stad gedijt mee op de positieve economische tendensen. De bedrijven die hier gevestigd zijn, boeren uitstekend en hebben eigenlijk ook tien jaar geleden, toen de economische crisis welig tierde, vrij goed kunnen overleven. We moeten het vooral hebben van de dynamische kmo’s; grote multinationals zal je hier niet vinden.”
Dieter Mannaert: “Misschien is dat maar goed ook, zo zijn we op het vlak van werkgelegenheid niet sterk afhankelijk van één grote speler. Voor scenario’s à la Ford Genk of Renault Vilvoorde hoeven we hier niet bevreesd te zijn.”
STERCK. Is er een sector die historisch gezien de plak zwaait in Dendermonde?
Buyse: “Net zoals zoveel Vlaamse steden waren we vroeger eigenlijk een rasechte textielstad, tot die markt het vanaf de jaren vijftig - zestig moeilijk begon te krijgen. Zeker de bedrijven die het van grote volumes moesten hebben. Uiteraard zijn een aantal ondernemingen daardoor verdwenen, maar anderen hebben zich uitstekend herpakt door sterk te innoveren en te investeren.”
Mannaert: “Tarkett (het vroegere Desso) en DS Textile Platform zijn daar prima voorbeelden van. Tarkett investeerde recent nog in een gesofisticeerde machine voor de aanleg van kunstgrasvelden, terwijl DS Textile Platform in ons land dé referentie voor beurstapijt is. Onder het motto ‘wij beginnen waar de Chinezen eindigen’, hebben ze zich toegelegd op hooggespecialiseerd textiel, duurzaam geproduceerd volgens de cradle-to-cradle-principes.”
STERCK. Weerspiegelt zich dat in een laag werkloosheidscijfer?
Buyse: “Met een cijfer van 5,8 % zitten we lager dan het Vlaamse gemiddelde. Dat is positief, al zou het fijn zijn mochten nog meer Dendermondenaren in eigen stad aan het werk kunnen. Nu zwermen velen dagelijks uit naar Brussel en de havens van Gent en Antwerpen, terwijl mensen uit andere regio’s dan weer hier aan de slag zijn.”
Mannaert: “Onze bedrijven doen er alles aan om de ‘brain drain’ tegen te gaan en zoveel mogelijk mensen hier aan het werk te krijgen – bijvoorbeeld via jobbeurzen – en ik hoor daar regelmatig positieve signalen over. Waarom zouden mensen ergens in een file moeten gaan staan als ze met de fiets in eigen stad naar het werk kunnen? Ook voor de work life balance zou dat fantastisch zijn.”
Buyse: “Terwijl de strijd om talent hevig woedt, merken onze ondernemingen dat ze kunnen terugvallen op trouwe medewerkers. Dat menselijk kapitaal is essentieel om die werkgevers verder te laten groeien. We mogen alleszins stellen dat de bedrijven goed ingebed zijn in het sociale leven in onze stad.”
Mannaert: “Velen onder hen zijn dringend op zoek naar technische profielen, maar die zijn soms o zo moeilijk te vinden. Ook de instroom in het technisch onderwijs is helaas laag, terwijl de werkzekerheid er hoog is.”
Welke rol speelt het industrieterrein Hoogveld in de economische groei van deze stad?
Buyse: “De bouw van die zone is eind jaren zeventig gestart. Momenteel wordt de voorlopig laatste fase – Hoogveld J – ontwikkeld. Er is nog uitbreiding mogelijk – op Hoogveld I – maar momenteel zitten die plannen nog vast in de administratieve molen. Hoogveld is een enorme meerwaarde geweest voor kleinere bedrijven die vroeger slecht gezoneerd waren en zich zo konden herlokaliseren. Ook veel nieuwe bedrijven vonden zo hun stek in Dendermonde.”
Mannaert: “Hoogveld J was in een mum van tijd helemaal verkocht, op een klein stukje grond na. Het is hoofdzakelijk bestemd voor grotere bedrijven. Zo zijn er een aantal transporteurs gevestigd.”
Buyse: “Ook andere zones zijn in ontwikkeling. De Steenkaaistraat in Baasrode is getransformeerd van een oude, uitgeleefde site naar een klassieke kmo-zone. Ook daar waren alle gronden snel verkocht. De regeneratie van oude bedrijventerreinen is iets waarop we verder willen inzetten. In Baasrode heb je ook Den Briel, dat zich perfect zou lenen om watergebonden activiteiten te ontwikkelen en om overslagcapaciteit te creëren. Het was de zone waar Unilever vroeger gevestigd was. Heel wat schippers kennen perfect de ‘Bocht van Baasrode’. Het was een zone waar vroeger zevenduizend mensen werkten. Dat was méér dan het aantal inwoners van die deelgemeente.”
STERCK. Dendermonde bevindt zich in de driehoek tussen Brussel, Gent en Antwerpen. Hoe voordelig of nadelig is dat?
Buyse: “Onze ligging is zeker een troef. We zijn pal in het hart van Vlaanderen gesitueerd, waardoor bedrijven van hieruit vrij snel al hun klanten in dat gebied kunnen bedienen. Nadelig is het feit dat we ons niet vlakbij een autosnelweg bevinden, die ontsluiting had beter gekund. Af en toe slibt het verkeer hier wel eens dicht, al valt dat reuzegoed mee in vergelijking met de tijd die je in de buurt van Antwerpen of Brussel vaak stilstaat.”
“We verwachten al jarenlang veel van de doortrekking van de N41. Met Sint-Niklaas hebben we daardoor een goede verbinding, maar de plannen om via die weg Aalst met onze stad te linken, zitten al jaren in het slop. We moesten helemaal van nul herbeginnen toen het dossier sneuvelde in een procedure van de Raad van State. Vraag me dus niet om een timing te kleven op dat project, maar in elk geval: we geven niet op, het is onze verplichting om daar werk van te blijven maken. We maken op dat vlak hetzelfde mee zoals zoveel andere steden die in een betere wegeninfrastructuur willen investeren: je moet door een stukje groen om die weg aan te leggen, en dan trekt iedereen de NIMBY-paraplu (‘not in my backyard’) open.”
STERCK. Op het vlak van andere transportmodi scoren jullie wel beter?
Buyse: “Qua spoorinfrastructuur zijn we uitstekend uitgerust. Ons station is echt een knooppunt voor pendelaars. Dagelijks passeren er tienduizenden mensen op weg naar het werk. Het station fungeert eigenlijk als het centrum van een transmodale hub. Zo wordt er momenteel een fietssnelweg aangelegd langs de spoorlijn Mechelen-Dendermonde, waardoor mensen ook erg vlot naar de industriezones kunnen. Veel bedrijven stellen fietsen ter beschikking van hun medewerkers en hebben douches geïnstalleerd om het gebruik daarvan aan te moedigen.”
Mannaert: “We zijn ook bezig met de aanleg van een digitale snelweg. Daarvoor wordt er momenteel overal in onze stad glasvezelbekabeling geïnstalleerd. Voor sommige ondernemingen is dat veel belangrijker dan automobiliteit.”