We bevinden ons in een tijdperk van internationalisering, digitalisering en acquisities. Internationale onlineaanbieders verstoren in meer of mindere mate onze businessmodellen. Groot wordt gro(o)t(s)er en de kleine spelers vallen één voor één door de mand. Toch zijn er veel opportuniteiten voor lokale ondernemingen. Tenminste: als je je kan en wil verenigen.
Er zijn diverse mogelijkheden om partnerships op poten te zetten. Eén van de modellen om samen te werken is die van de coöperatieve onderneming. Naast de voordelen van schaalgrootte – bijvoorbeeld op vlak van groepsaankopen of het verdedigen van gemeenschappelijke belangen – is er ook de mogelijkheid tot het uitwisselen van data over producten, diensten en zakenpartners.
Let wel, zo’n coöperatief model is niet voor iedereen weggelegd: je moet kunnen en willen samenwerken, er moet een gemeenschappelijke behoefte bestaan, er zijn lusten én lasten verbonden aan de werking en je moet actief betrokken zijn. Sta je daar helemaal voor open, leidt coöperatie vaak tot het verhaal van één plus één is drie.
Coöperatie en co-creatie
Als de intenties tot partnership oprecht zijn, is de ultieme vorm van samenwerken het delen van dromen, ideeën en visies met elkaar. Daar zit de overtreffende kracht van een coöperatie die leidt tot co-creatie. De coöperatie bestaat dan van, voor en door haar leden. Nog een belangrijk voordeel: je behoudt als individuele onderneming je zelfstandigheid. Meer nog, je wordt ontzorgd en tegelijkertijd sta je sterker in de markt. Samenwerken is volgens mij het vernieuwde zelfstandig ondernemen.
Het moge duidelijk zijn: alleen ga je sneller, maar samen kom je verder.