Reconversie is de moeder van de innovatie. Dat merk je heel goed aan alles wat in en rond Kortrijk beweegt. In de Groeningestad wordt niet alleen koortsachtig gewerkt aan infrastructuurprojecten in functie van stadsvernieuwing, ook bedrijven vestigen zich erg graag in het Texas van Vlaanderen en sturen van hieruit onder meer hun exportactiviteiten. “Hoewel de coronacrisis ook bij ons ongetwijfeld nog ingrijpende gevolgen zal hebben, doet de stad er alles aan om ondernemers zo goed mogelijk te ondersteunen”, vertellen burgemeester Vincent Van Quickenborne en schepen van Economie Arne Vandendriessche.
‘Rewind’ naar het pre-coronatijdperk. Tot eind februari was er op economisch vlak geen vuiltje aan de lucht in Kortrijk.
Burgemeester Van Quickenborne: “Talrijke feiten illustreren dat iedereen op de tippen van de tenen liep. De werkzaamheidsgraad was heel hoog en er waren een recordaantal vacatures. Zuid-West-Vlaanderen (met Kortrijk en Roeselare als belangrijkste polen) behoort, naast de haven van Antwerpen, op vlak van performantie (hoge productiviteit, lage werkloosheid van 3%), tot de Europese top.”
Arne Vandendriessche: “We blijven onze bijnaam – het Texas van Vlaanderen – alle eer aandoen. Het beste voorbeeld daarvan is het aantal bedrijven, dat op zes jaar gestegen is van 6519 naar 8143 (in 2018). We leefden in een echte hoogconjunctuur, met een hoofdrol voor de maakbedrijven. Veertig procent van de Belgische maakbedrijven, doorgaans familiale ondernemingen die er telkens weer in slagen zichzelf heruit te vinden, zijn in deze regio gevestigd.”
- 737 aantal starters in 2019
- 8.143 aantal bedrijven
- 34.729 loontrekkenden (in 2018)
- 36.403 aantal mensen werkzaam in Kortrijkse bedrijven
- 77.109 aantal inwoners
Veel familiebedrijven
STERCK. Hoe fel proef je in de stad nog de historische link met de vlasindustrie?
Van Quickenborne: “Die eeuwenlange traditie blijven we graag omarmen. Dat wordt nergens beter geïllustreerd dan in Texture, ons museum over vlas en Leie. Hoewel vlas al een tijdje niet langer de leidende industrie is, zijn tal van spelers uit de vlas- en textielwereld erin geslaagd zich op een succesvolle manier te reorganiseren. Bovendien zien we talrijke nieuwe, jonge bedrijven ontstaan die op een innovatieve manier met textiel bezig zijn. Het initiatief ‘Hack Your Jeans’ van Julie Lietaer (European Spinning Group) is daar een prima voorbeeld van.”
“Intussen hebben maakbedrijven de rol van de vlassector overgenomen, aangevuld met een breed scala aan ondernemingen uit andere markten. Multinationals, bijvoorbeeld uit de chemie of de automotive, zal je hier niet vinden. Ik zie dat vooral als een voordeel, omdat het vaak dergelijke ondernemingen zijn die het meest de gevolgen van een economische crisis voelen. Dat is ook gebleken in 2008 en 2009, toen de bedrijven uit onze regio heel goed hun wendbaarheid hebben getoond. Daardoor zijn we toch vrij hoopvol gestemd voor de gevolgen van de coronapandemie.”
Vandendriessche: “Onze bedrijven leggen hun eieren vaak ook in verschillende mandjes, onder meer door hun internationale ambities. Velen realiseren circa 80% van hun omzet in het buitenland. Bovendien slagen onze ondernemers er prima in om hun jarenlang zorgvuldig opgedane knowhow vaak te overgieten met een technologisch sausje, waardoor ze wereldwijd relevant blijven en een voorbeeldfunctie hebben.”
STERCK. Intussen profileert de stad zich volop als een kennishub voor gamingbedrijven. Welke zijn daarbij de belangrijkste trekkers?
Van Quickenborne: “Met de Digital Arts & Entertainment-opleiding van Howest (DAE) hebben we wereldwijd de beste school voor game-ontwikkeling in huis. Studenten uit tientallen landen volgen die vorming. Dat leidt vaak tot de oprichting van spin-offs, waarvan er vele gevestigd zijn in Hangar K. Dat is een cocreatiehub waar starters, groeiers en gevestigde bedrijven met elkaar samenwerken. Het initiatief bestaat amper twee jaar, maar Hangar K is nu al volzet. Daarom zijn we op verschillende plaatsen in het centrum (The Corner, winkelcentrum K in Kortrijk) extra ruimte aan het voorzien.”
We merken dat onze inspanningen om de braindrain tegen te gaan, hun vruchten afwerpen.
Vandendriessche: “Met 1 Up Conference wordt in Kortrijk Xpo een belangrijke internationale gamingbeurs georganiseerd, die het belang van deze sector voor de regio nog zal vergroten. Die beurs kan een belangrijke motor worden om buitenlands talent naar hier te halen en hier te houden. Gamingtechnologie kan van cruciale waarde zijn om bepaalde processen in andere sectoren (automotive, de maakindustrie, de zorgsector …) te verbeteren. Met Howest, UGent, KULAK en Vives hebben we vier instellingen voor hoger onderwijs op ons grondgebied, die samen goed zijn voor 15.000 studenten. Daarmee zijn we in België de vierde grootste studentenstad. We merken intussen dat onze inspanningen om de braindrain tegen te gaan, hun vruchten afwerpen. De strategisch belangrijke ligging van Kortrijk, tussen andere belangrijke werkgelegenheidspolen, zorgt er bovendien voor dat het aantal inwoners stijgt.”
Herbestemming bedrijvensites
STERCK. Welke filosofie huldigt de stad met betrekking tot bedrijventerreinen?
Van Quickenborne: “We snijden niet zomaar onbezonnen vrije ruimte aan, maar zetten sterk in op herbestemming. Zo komt er bijvoorbeeld ruim 30 hectare vrij door de reconversie van twee sites (in de Weggevoerdenlaan en de Mewaf-site). Een andere nieuwe zone, de Torkonjestraat in Marke, is zo goed als uitverkocht. De vraag naar bedrijfsruimte blijft groot en zakte niet door de coronacrisis. We zijn alert om extra hectares te zoeken, ook op vergeten plaatsen, maar laten niet zomaar iedereen overal toe, integendeel. In elk geval willen we concurrentieel blijven en vermijden dat velen over de taalgrens hun heil gaan zoeken in Moeskroen, waar nog een heel areaal aan bedrijventerreinen beschikbaar is.”
Vandendriessche: “Het Beneluxpark, een kantorenzone, zullen we niet uitbreiden. Wel zijn we volop bezig enkele gaten tussen ’t Hoge en het stadscentrum op te vullen, ook die ruimtes zullen snel uitverkocht zijn. Ook op Evolis, waar onder meer diverse mooie productiebedrijven zijn gevestigd, is er geen plaats meer, maar daar bereiden we momenteel de tweede fase voor. Naast een kmo-zone en commerciële activiteit plannen we daar ook de bouw van het nieuwe voetbalstadion van KV Kortrijk.”
Van Quickenborne: “We bekijken momenteel hoe we die bouwwerken kunnen rijmen met de geplande infrastructuurwerken aan het op- en afrittencomplex van de E17, maar we willen daar geen tien jaar mee wachten.”
STERCK. Over infrastructuur gesproken: de ‘look’ van Kortrijk heeft de voorbije jaren een ware metamorfose ondergaan.
Van Quickenborne: “Sinds de jaren negentig, onder leiding van de toenmalige burgemeester (wijlen Emmanuel de Bethune) leeft hier een traditie van stadsvernieuwing. Dat uitte zich onder meer in het kunsteneiland Buda, in de bouw van winkelcentrum K in Kortrijk, in Overleie en recent in Kortrijk Weide, waar we een nieuw stadsdeel hebben aangesneden. Onlangs hebben we de stap richting deelgemeenten gezet, bijvoorbeeld met het project ‘Konnector’, dat Bissegem – de meest verstedelijkte deelgemeente – via een groene fietsverbinding aan de stad zal linken. Daarnaast zijn we volop bezig met de eerste fase van het stationsproject. Dit behelst de aanleg van een auto-, fiets- en bustunnel onder het station, waarmee we de stationsbuurt verbinden met Kortrijk Weide. Voor 2023-'24 staat de bouw van het nieuwe stationsgebouw gepland. Laat ons zeker ook de ingrijpende Leiewerken niet vergeten. De heraanleg van de Leieboorden is niet alleen interessant voor watertransport, bovendien hebben we die buurt veel aantrekkelijker gemaakt, wat heeft geleid tot veel nieuwe bewoning. Er komt ook nog een plezierhaven.”
Vandendriessche: “Het is de bedoeling om het historisch hart van de stad nog meer naar waarde te schatten. Zo willen we mooie gebouwen en kerken opwaarderen, door er meer ruimte rond vrij te maken. Met de komst van de nieuwe plezierhaven aan de Vismarkt willen we niet alleen een nieuwe dynamiek rond het toerisme creëren, maar ook meer sfeer in de stad brengen. Daar zullen ook de lokale handelaars en horeca zeker de vruchten van plukken.”
STERCK. Welke zijn de belangrijkste projecten inzake ontsluiting?
Van Quickenborne: “We zijn, in samenwerking met de Vlaamse overheid, al een tijdje bezig met de voorbereidingen van het project K-R8. Het was al zeker dat de verkeerscomplexen Kortrijk-Zuid en Kortrijk-Oost zouden worden heraangelegd, het is de bedoeling om ook de ring rond Kortrijk (R8) door te trekken om de mobiliteit te bevorderen en verkeersinfarcten te vermijden. Ook de realisatie van veilige fietsverbindingen is een prioriteit. Bij de waterwegen komt er een nieuw stuk kanaal van het Kanaal Bossuit-Kortrijk tussen het huidige kanaal en de Leie, wat belangrijk is voor het stimuleren van de binnenvaart. Meer goederentransport via het water impliceert dat er heel wat vrachtwagenverkeer van de weg kan worden gehaald. De ruimtelijke impact op het stedelijke gebied van Kortrijk, Kuurne en Harelbeke en de aanwezigheid van enkele historische, beschermde sluizen zorgt ervoor dat het om een ingewikkeld project gaat.”