Hij hekelt de fiscaal verplichte trend richting elektrificatie en kan de herverkiezing van Trump als president van de Verenigde Staten vanuit economisch standpunt wel smaken. Maak kennis met Vincent Yserbyt, sinds 2012 de enige eigenaar van Ghistelinck Automotive. “Ik heb het gevoel dat ik nog nooit in mijn leven een dag heb gewerkt.”
Dat Vincent Yserbyt zijn professionele leven aan Mercedes-Benz zou besteden, stond in de ster(ren) geschreven. “Toen ik 4 was, vroeg mijn moeder me aan de vooravond van Sinterklaas wat ik wou. Schrijven kon ik nog niet, dus tekende ik een autogarage. Op 6 december 1970 was die speelgoedgarage van Christiaensen (toenmalige speelgoedketen, red.) een feit.”
Ruim 54 jaar later doet de uit Gits (Hooglede) afkomstige ondernemer eigenlijk nog altijd hetzelfde, hetzij dan op een wat grotere schaal. Als enige eigenaar van Ghistelinck Automotive leidt hij een bedrijf van 730 medewerkers, verspreid over 40 entiteiten en actief in verkoop, verhuur en herstelling van personen-, bestel-, vrachtwagens, autocars en onderdelen.
We zijn ‘goed’ bezig met de Europese auto-industrie weg te jagen en alle productie richting China te duwen.
Opvolger
STERCK. Laat ons even teruggaan in de tijd. Hoe bent u destijds bij dit bedrijf terechtgekomen?
Vincent Yserbyt: “In 1985 liep ik als marketingstudent al stage bij een Mercedes-dealer. Ik had net mijn rijbewijs behaald en verkocht als stagiair de ene wagen na de andere. Na mijn legerdienst solliciteerde ik in 1988 bij Paul Ghistelinck als verkoper, maar op dat moment stond er alleen een vacature voor verkoopadministratie open. De functie op zich maakte mij niet veel uit, maar het moést bij een Mercedes-dealer zijn. Het merk heeft me altijd gepassioneerd, ik verzamel alles over de Duitse constructeur sinds mijn geboortejaar ’66. Ik heb me in dit bedrijf dan ook altijd in mijn sas gevoeld. Verkopen en ondernemen zijn altijd mijn stokpaardjes geweest. Dat had wijlen Paul Ghistelinck ook gemerkt. Na zijn overlijden hoorde ik van tientallen mensen afzonderlijk dat hij mij altijd als zijn opvolger had gezien. Zelf wist ik ervoor van niets.”
We zijn ‘goed’ bezig met de Europese auto-industrie weg te jagen en alle productie richting China te duwen.
STERCK. Zo is het ook gegaan. Hoe kijkt u terug op het traject dat u aflegde om eigenaar te worden?
Yserbyt: “In 2006 besliste Jan Ghistelinck als enige overgebleven familiale eigenaar om het bedrijf van de hand te doen. Ik sprak al mijn spaargeld aan en had aanvullend nog een fikse lening nodig om 5% van de aandelen te verwerven en samen met Creafund II de zaak over te nemen. Nog eens zes jaar later kon ik alle aandelen van Creafund II kopen en werd ik de enige eigenaar. Dat was een enorme financiële inspanning, maar dat heeft me nooit afgeschrikt. Toen noemden de banken mij de kampioen van de schuldaflossing (lacht).”
Chemie
STERCK. Hoe gaat het vandaag met Ghistelinck Automotive? Welk rapport konden jullie de voorbije jaren voorleggen?
Yserbyt: “2023 was een recordjaar voor het bedrijf, 2024 het tweede beste jaar. Dat is redelijk straf, zeker als je bekijkt hoe onze globale economie het in die jaren deed. We danken dat aan vier zaken: sterke Duitse merken, de kwaliteit van onze mensen, de welvarende regio waarin we opereren en het succes van onze strategie. We realiseren zo goed als elke dag een mirakel op vlak van service én maken er een erezaak van om het elke bezoeker maximaal naar de zin te maken. Toen begin deze eeuw de digitale revolutie uitbrak en de mens op de achtergrond leek te verdwijnen, hebben wij net het omgekeerde gedaan: nog nadrukkelijker inzetten op persoonlijk contact. We scoren erg hoog op vlak van empathie, wat zich vertaalt in een hoge klantentevredenheid en ‘customer intimacy’. Die chemie hangt in dit bedrijf en dat voelt iedereen. We rollen letterlijk en figuurlijk de rode loper uit voor onze bezoekers.”
STERCK. Komt dat extra tot uiting in januari, de maand van het autosalon?
Yserbyt: “Ja. In die maand schrijven we ruim 20% van alle bestelbonnen van het jaar. Het is dé maand van het feest van de automobiel, een sector waarin erg veel mensen actief zijn. Je hoort wel eens dat de bouw de hoeksteen van de economie is, maar volgens mij zou de impact op alles en iedereen nog een stuk groter zijn wanneer de automotive-sector plots zou krimpen. Als het beleid in Europa doorgaat zoals het nu bezig is, is dat scenario helaas geen pure fictie.”
- 40 filialen West- en Oost-Vlaanderen, Henegouwen, Noord-Frankrijk
- 730 medewerkers
- 744 miljoen euro omzet in 2024
- 750 verkochte trucks per jaar
- 1950 oprichtingsjaar
- 13.900 verkochte nieuwe en tweedehandsauto’s per jaar
Fabrieken op steenkool
STERCK. Verklaar u nader…
Yserbyt: “De Europese Green Deal is niet bepaald de beste vriend van de sector. Uiteraard is het belangrijk om de klimaatdoelstellingen te behalen, maar die zullen we heus niet bereiken door massaal op stekkerauto’s (hybride en volledig elektrisch, red.) in te zetten. Met ‘dank’ aan de lobby van de groene partijen, zijn we goed bezig met de Europese auto-industrie weg te jagen en alle productie richting China te duwen. In Azië nemen ze wat graag onze markt over en bouwen ze de ene na de andere fabriek die elektrische wagens produceert. Het cynische is dat die fabrieken op… steenkool draaien. Niemand in onze sector begrijpt waarom de politiek de elektrische auto per se door de strot wil duwen. Ik durf zeggen dat de massale overheidssubsidies in dit verband mee zorgen voor de grootste collectieve verarming in onze samenleving sinds de Franse Revolutie.”
“Op zich is die Green Deal een goed idee, maar de implementatie zit compleet fout, omdat onder meer het Amerikaanse en het Aziatische continent niet volgen. Ook de huidige toepassing in België is onverstandig. Stekkerauto’s worden enorm gesubsidieerd en bedrijfswagens erg streng aangepakt, terwijl ondernemingen hun vloot om de vier jaar vervangen. Die wagens rijden dus sowieso al op zuinige en technologisch hoogstaande propere motoren. De particulier die al jaren met een oude benzine- of dieselwagen rijdt, kan dat gewoon blijven doen. Dan staan we nog niet eens stil bij de maatschappelijke impact die de productie van elektrische wagens met zich meebrengt. Voor de batterijen waar stekkerauto’s op rijden, moet deze industrie enorme hoeveelheden grondstoffen ontginnen. Dat gebeurt onder meer in Congolese mijnen, waar ook veel kinderen werken in erg gevaarlijke omstandigheden, die dagelijks in dodelijke werkongevallen resulteren.”
STERCK. Akkoord, maar een volledige terugkeer naar wagens op fossiele brandstoffen lijkt toch ook uit den boze?
Yserbyt: “Kijk: een elektrische auto is technisch fantastisch, maar eigenlijk is een wagen niet ontworpen om elektrisch te rijden. Bovendien bestaan er alternatieven die minstens evenwaardig zijn. Euro 7-motoren, de nieuwe generatie verbrandingsmotoren die voldoen aan nog strengere emissienormen, zijn daar een perfect voorbeeld van. Betere katalysatoren en filters maken de wagens milieuvriendelijker, zonder dat ze enorm op prestaties inboeten. Laat ons een kat een kat noemen: erg weinig mensen kiezen een elektrische wagen om ecologische redenen, maar omwille van de (absurde) fiscaliteit. Alleen slorpt de erg gunstige fiscaliteit voor elektrische wagens enorme budgetten op die de overheid dus niet in meer noodzakelijke andere investeringen (betere wegen, defensie, onderwijs, kinderopvang, de zorgsector an sich,…) kan pompen.”
STERCK. Momenteel zijn het bijna uitsluitend bedrijven die in elektrische wagens investeren. Verwacht u dat de particulier dit type auto’s op termijn ook zal omarmen?
Yserbyt: “Neen (kordaat). De voorbije jaren hebben we vrij weinig particulieren in onze showroom gezien. Logisch: mensen duwden die investering voor zich uit, omdat ze simpelweg geen idee hadden of ze voor een benzine, diesel, hybride of elektrische auto moesten kiezen. Dit jaar mochten we wel opnieuw veel particuliere klanten verwelkomen, waarvan het leeuwendeel voluit voor een benzine kiest. Dat doen ze omwille van het rijplezier, het gebrek aan stress over het rijbereik van de auto en de prijs.”
Brede doelgroep
STERCK. Terug naar Ghistelinck: sinds 1 maart 1950 zijn jullie officieel concessiehouder van Mercedes-Benz. Waarom namen jullie in 2023 MIG Motors, dat andere Duitse merken verdeelt, over?
Yserbyt: “Wie Ghistelinck zegt, maakt in zijn hoofd nog altijd meteen de associatie met Mercedes-Benz. Dat zal sowieso blijven, temeer wij ook op internationaal vlak daarin een sterke reputatie hebben. Vorig jaar verkochten we voor het eerst meer dan 750 trucks. Daarmee behoren we, Duitsland buiten beschouwing gelaten, tot de vijf grootste dealers in Europa, met een netwerk dat interventies van Portugal tot Oekraïne mogelijk maakt. Ook in personenwagens blijven we erg sterk inzetten op deze Duitse constructeur. Zo voorzien we nog dit jaar de volledige metamorfose van onze showroom in Waregem en tekenen we gelijkaardige plannen uit voor de vestiging in Deinze en Rijsel.”
Je kan voor of tegen Trump zijn, maar soms is een ‘stoute’ visie beter dan een gebrek aan visie.
“Tegelijk kunnen we er niet omheen dat Mercedes-Benz meer en meer opschuift naar het echte luxesegment. Dat is oké, maar met Ghistelinck willen we de volledige ‘driving license cycle’ afdekken: het is onze ambitie om een gamma voertuigen aan te bieden voor mensen vanaf 18 tot 88 jaar. Met de merken die MIG Motors verdeelt (Volkswagen, Audi, Seat, Cupra en Skoda) kunnen we die integrale doelgroep beter bedienen met oplossingen voor ieder budget.”
STERCK. Wat zegt dat over de gemiddelde leeftijd van de Mercedes-Benz-rijder?
Yserbyt: “Zeker in Zuid-West-Vlaanderen is de aankoop van een Mercedes-Benz minder prijsgevoelig. We hebben nog nooit zoveel dure auto’s verkocht als nu, maar een wagen van pakweg 160.000 euro verkopen we hier uitzonderlijk even goed aan een 50-plusser als aan een 30-jarige. Dat heeft alles met de dynamiek van de regio te maken. Het enthousiasme om te werken en te ondernemen is hier groter dan elders. Dat resulteert in veel consumeren en investeren. Als ik kijk naar ons personeel, woont zo goed als iedereen in een huis dat zijn of haar eigendom is, wat toch echt wel uniek is.”
STERCK. Hoe uitdagend is het om in een tot voor kort andere organisatie, zoals MIG Motors, de bedrijfscultuur van Ghistelinck te integreren?
Yserbyt: “Dat is een permanente opdracht, zeker bij overnames. Om het slagingspercentage van dergelijke processen te verhogen, hebben we een eigen transitiemanager, die constant op dezelfde nagel klopt. Het vereist continu ‘massagewerk’, want we werken met mensen. Het is fijn om zien dat zij onze bedrijfswaarden evenzeer omarmen en de relatie met elke klant daadwerkelijk naar een hoger niveau willen tillen, door nog meer aandacht te besteden aan een warm menselijk contact en beloftes na te komen. Ik probeer op dat vlak het goede voorbeeld te geven: gedurende de eerste werkweek van het jaar ga ik langs in alle vestigingen, om iedereen persoonlijk mijn beste wensen over te maken. Dat is een tochtje van 530 km. Ook nadien blijf ik op regelmatige basis het contact onderhouden.”
Academy
STERCK. Sinds u het bedrijf heeft overgenomen, kreeg de schaalvergroting een extra dimensie. Is dat onontbeerlijk in deze sector?
Yserbyt: “Eigenlijk wel. Toen ik hier in 1988 begon, moest men in onze sector 500 wagens per jaar verkopen om rendabel te blijven. Vandaag zijn dat er minstens 10.000. Ons team omvat zoveel meer dan de mensen die je in de filialen ziet. We hebben ook een interne jurist, een controller, een HR-dienst van zes mensen, een interne auditor die ons voorbereidt op audits van onze constructeurs…. Dat vereist een grote kritische massa. Die expansie is noodzakelijk, maar biedt ook cruciale voordelen. Zo hebben we recent in Waregem de Ghistelinck Academy geopend, waar we opleidingen in talen, techniek en mentorship voorzien. Het is een investering die op termijn sowieso rendabel is. Tot voor kort spendeerden we huizenhoge budgetten aan de regelmatige opleidingsdagen in het buitenland voor tientallen technici. Omdat ons technisch team nu zo groot is, komen de constructeurs bepaalde opleidingssessies bij ons in Waregem geven, wat de logistieke kosten voor opleiding aanzienlijk zal drukken.”
STERCK. Hoe ziet u de groep de komende jaren evolueren?
Yserbyt: “We zullen nog nadrukkelijker inzetten op verticale integratie, zodat we onze toeleveringsketens nog beter kunnen controleren. Door onze truckservices op Europees niveau nog te versterken, is het groeipotentieel daar nog aanzienlijk. Daarnaast bereiden we projecten voor die de klantenbeleving nog zullen verbeteren. Dat doen we ook in Noord-Frankrijk (Rijsel, Valenciennes en Duinkerke), waar vooral West-Vlamingen in een ondernemersvriendelijk klimaat grootse plannen hebben. Toch zou het me niet verbazen als maakbedrijven op niet eens zo lange termijn de overstap naar de Verenigde Staten maken, waar Trump een beleid voert dat ondernemen in de States erg aantrekkelijk maakt. Uiteraard botst de stijl van de man me wel eens tegen de borst, maar zijn gedrag is veel minder erg dan het economisch plan van de democraten aldaar. Hij trekt eveneens een streep onder decennialang Europees profitariaat van de Verenigde Staten, vooral op vlak van defensie. Je kan voor of tegen hem zijn, maar soms is een ‘stoute’ visie beter dan een gebrek aan visie.”