Van ruim 100 evenementen per jaar organiseren naar een totaal lege agenda. Of: van een gezellige (kust)stad met bloeiende horeca naar alleen nog wandelende mensen op de zeedijk. Dat is hoe Ann-Pascale Mommerency en Thomas De Meyer de voorbije twee jaar beleefden. Het doet beide bezige bijen dan ook véél deugd dat er eindelijk weer leven in de MICE-brouwerij (meetings, incentives, conventies en events) komt. “Dit is meer dan ooit het uitgelezen moment om deze markt een duidelijke structuur en identiteit te geven.”
Ann-Pascale Mommerency stond destijds mee aan de wieg van zakelijke citymarketing in West-Vlaanderen. “Ik was rond 2010 volop bezig met de organisatie van beurzen en merkte dat veel Zuid-West-Vlaamse ondernemers klaagden over het feit dat ze buiten de kantooruren nergens een aanspreekpunt voor vragen rond corporate events hadden. Zonde, want deze streek heeft zodanig veel potentieel dat daar wel iéts mee moest gebeuren. Het was de periode waarin veel hotels in het Kortrijkse niet ‘on speaking terms’ waren, terwijl ze veel hadden kunnen halen uit een krachtenbundeling in functie van het zakentoerisme dat door Kortrijk Xpo werd gegenereerd. Ik heb toen het project rond Kortrijk Convention Bureau mee getrokken, dat er uiteindelijk ook kwam omdat politici met provinciale bevoegdheid (Jean de Bethune, gedeputeerde economische zaken, red.) de potentiële meerwaarde ervan beseften. Kort daarop heb ik me met Kapcon voluit als zelfstandige in die markt gesmeten.”
Positieve spiraal
“In Oostende is het op een gelijkaardige manier begonnen”, aldus Thomas De Meyer. “Bepaalde horeca legde zich specifiek toe op de Engelse markt en was niet top. Gelukkig was dat maar een deel van onze horeca-infrastructuur en is het aanbod in de voorbije tien jaar enorm verbeterd. Heel wat hotels zijn volledig gerenoveerd, waardoor ook andere horecazaken en eventgerichte bedrijven zichzelf naar een hoger niveau hebben getild. Zo zijn we in een positieve spiraal terecht gekomen.”
STERCK. Waren dat cruciale troeven voor de citymarketing van Oostende?
De Meyer: “Dat denk ik wel, ja. Daarbij is het op bestuursvlak een grote troef dat toerisme bij ons een aparte bevoegdheid is, terwijl dat in andere steden onder economie of onder cultuur valt. De toeristische dienst telt 25 mensen, waarvan er drie zich fulltime toeleggen op corporate events. Dankzij de middelen vanuit de stad hebben we onze communicatie helemaal op punt kunnen stellen. Stad Oostende heeft nu een heel herkenbare huisstijl die wij ook bij Toerisme Oostende gebruiken, wat ons als stad een heel grote herkenbaarheid geeft. Ook daardoor heeft ons imago een positieve boost gekregen.”
Er zit nog veel potentieel in de combinatie van fietstoerisme en zakelijke events.
Mommerency: “Limburg hanteert een gelijkaardige aanpak en plukt daar eveneens de vruchten van: alle communicatie rond toerisme daar is provinciaal georganiseerd, terwijl West-Vlaanderen opgedeeld is in vijf regio’s. Dat heeft sommige steden niet belet om grote progressie te boeken. Kortrijk, bijvoorbeeld, is echt een hippe stad geworden, met de renovatie van de Leieboorden als belangrijk uithangbord. Zo krijgen mensen die daar organiseren meer waarde voor hun geld. Oostende heeft dan weer de zee, terwijl Brugge en Gent kunnen pronken met hun historisch centrum.”
De Meyer: “Het zakelijk toerisme is in Oostende heel complementair met het particulier toerisme. Hotelovernachtingen zijn hier tijdens de week goedkoper dan in andere steden. Onze hoteliers hebben het voordeel dat ze het b2b-toerisme van tijdens de week perfect kunnen combineren met het b2c-toerisme tijdens het weekend.”
STERCK. Wat doet bedrijven ervoor kiezen om hun events in West-Vlaanderen te organiseren, en niet in de ruit Brussel - Leuven - Antwerpen - Gent?
Mommerency: “Een eerste reden is de parkingproblematiek, die in de kustgouw toch veel minder een issue is dan in die steden. Secundo heb je hier talrijke mogelijkheden om business met ontspanning te combineren. Met de kust heeft Oostende sowieso een aantrekkingspool. In (Zuid-) West-Vlaanderen moeten we het fietstoerisme nog beter uitspelen. Volgens mij zit er veel potentieel in het organiseren van zakelijke events vlak voor of na wielerklassiekers als de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix. Ik durf ook zeggen dat in West-Vlaanderen georganiseerde corporate events steevast een hoogwaardige service en kwaliteit bieden. Bedrijven zijn vaak positief verrast over het aanbod en de professionele aanpak waarmee alles gebeurt.”
Ann-Pascale Mommerency
De Kortrijkse onderneemster heeft bergen ervaring in het organiseren van events. Met haar achtergrond in communicatie en marketing was Ann-Pascale Mommerency binnen Europese instellingen twaalf jaar lang verantwoordelijk voor de organisatie van politieke topcongressen. In functie daarvan resideerde ze lange tijd in Brussel en Straatsburg. Toch bleef ze altijd voeling met de eigen regio houden. Eerst hield ze Kortrijk Convention Center mee boven de doopvont, tot ze in 2012 met Kapcon een eigen bedrijf startte. De onderneming legt zich toe op drie specialisaties: eventmanagement (corporate events en beurzen, private evenementen, teambuildings en incentives), decoratie (onder meer van winkelstraten, shoppingcentra, vitrines en leegstaande ateliers) en belevingsarchitectuur (consultancy, regie en coördinatie, conceptontwikkeling en storytelling). Ann-Pascale geeft ook gastcolleges over eventmanagement aan Howest en is sociaal raadsheer aan het Arbeidshof in Gent.
“De vraag naar corporate events zal vanaf nu sowieso stijgen, al zullen we in de toekomst altijd rekening moeten houden met het digitale luik, dat door corona een vaste waarde is geworden. Voor een beurs als Matexpo trekt Kortrijk Xpo met gemak 45.000 fysieke bezoekers, maar een lezing van een dokter of een verzekeraar kan je perfect online organiseren.”
De Meyer: “Iedereen voelt de drang om meer aan fysieke events deel te nemen of ze te organiseren, maar door de online mogelijkheden merk je dat online, offline of hybride meer dan ooit zorgvuldig tegen elkaar worden afgewogen. We voelen wel dat minder drukke locaties, zoals Oostende, beter in de markt liggen. De sociale afstand bewaren kan je moeilijker in een grootstad. Net daarom valt de keuze vaker op locaties waar je letterlijk de buitenlucht proeft, zoals de kust en de Ardennen.”
Twee jaar hoofdpijn
STERCK. Welke herinneringen zullen jullie overhouden aan de pandemie?
Mommerency: “De sector heeft superzware klappen gekregen, zowel financieel als mentaal. Ik heb twee jaar lang zowat elke dag hoofdpijn gehad, op zoek naar oplossingen voor de inkomens voor mijn medewerkers. Veel mensen die in de horeca en de MICE-sector actief waren, hebben een job gevonden in andere branches en keren niet meer terug. Ergens is dat ook logisch: vroeger stelden ze zich er geen vragen bij om voor een event tot een stuk in de nacht te werken, nu hebben ze het comfort van een ‘9 to 5’-job ontdekt. Bovendien gaat daardoor veel expertise verloren. De horeca en de MICE-sector krijgen het nu weer drukker, maar kampen met een personeelstekort om de klant op zijn wenken te bedienen.”
De Meyer: “Ik was recent nog betrokken bij de organisatie van het Filmfestival in Oostende. De catering gaf er blijk van een enorme flexibiliteit, wat in tijden van personeelstekort geen evidentie is.”
Het aanbod in Oostende is de voorbije tien jaar enorm verbeterd.
STERCK. Had corona ook voordelen?
Mommerency: “We hadden weinig tot niets om handen, dus was er meer ruimte voor persoonlijke gesprekken. Daardoor heb ik met talrijke klanten en leveranciers de banden steviger kunnen aanhalen en is het menselijke aspect belangrijker geworden. Er was ook tijd om rebranding te doen, de boekhouding op orde te zetten, het uitgavenpatroon grondig te analyseren en in functie daarvan slimme keuzes te maken … Als alles weer op gang komt, hoop ik vrij snel weer de handen vol te hebben. Dankzij mijn erg brede netwerk, de expertise en de ervaring, verwacht ik dat trouwe klanten opnieuw op Kapcon zullen rekenen.”
De Meyer: “We hadden tijd om onszelf in vraag te stellen en hebben dat ook gedaan. Zo hebben we een hele shift in communicatie gemaakt, zetten we locaties nu op een andere manier in de kijker, et cetera.”
Mommerency: “Achteraf bekeken hebben we de voorbije twee jaar wel zotte dingen gedaan, zoals het ontwerpen van coronamascottes. Er zijn helaas ook schrijnende toestanden geweest, met mensen die financieel aan de grond zaten of zelfs uit het leven zijn gestapt. Wie op lange termijn wil overleven, zal zich meer dan ooit moeten bewijzen. Het wordt een ‘survival of the fittest’, waarbij het creativiteitsgehalte doorslaggevend zal zijn.”
Thomas De Meyer
Sinds acht jaar is Thomas De Meyer verbonden aan Meet in Oostende, het congresbureau van Oostende. Aanvankelijk focuste deze dienst zich op de opvolging van A tot Z van events. Nu ligt de klemtoon vooral op het in de markt zetten van de Koningin der Badsteden en een doorschakelfunctie, waarbij het geïnteresseerde bedrijven en associaties in contact brengt met de juiste partners om een organisatie in Oostende op poten te zetten. “We vragen offertes op bij de verschillende betrokken partijen en bundelen dat in een globaal dossier dat we indienen om het evenement naar onze stad te halen. We volgen alle aanvragen actief mee op en blijven een belangrijk aanspreekpunt voor de organisatie, als die met vragen zit.”
STERCK. Hoe zien jullie de sector de komende jaren evolueren?
De Meyer: “Ik verwacht de eerstvolgende jaren een enorme transitie en een grote toename van het aantal hybride events. Het digitale luik is in de coronaperiode helemaal ingeburgerd geraakt. Al is het daar ook niet al goud wat blinkt, want er kan technisch altijd wel iets mislopen. Meer dan ooit zullen we moeten inzetten op het belevingsaspect en unieke locaties. De drang om fysiek bijeen te komen, blijft heel groot. Ik ben er dan ook van overtuigd dat onze sector hier een belangrijke rol zal blijven innemen.”
Mommerency: “Ik hoop dat de overheid tegen dan fors heeft geïnvesteerd in de ‘sexyness’ van deze sector. Dat zal nodig zijn, onder meer voor hoteluitbaters, want zij zouden de dupe kunnen worden van de evolutie naar hybride evenementen. Daarnaast moeten we dit momentum eigenlijk grijpen om werk te maken van een duidelijke identiteit van het MICE-gebeuren in Vlaanderen en één groot platform of structuur creëren voor alle stakeholders. Dat zou voor meer stabiliteit zorgen. De grootste bekommernis van de sector op dit moment is: financieel en emotioneel weer op adem komen. En dan weer: volle gas vooruit!”