Sinds de jaren ’80 en ’90 is de Vlaamse textielindustrie gevoelig gekrompen. Een nieuwe onderneming in deze business opstarten, lijkt onbegonnen werk, maar sommige bedrijven met een rijke historiek blijven fier overeind. Groep Masureel Veredeling bewijst dat je in textiel nog altijd succesvol én innovatief kan zijn. Met Greenshade lanceerde dochterbedrijf Flocart onlangs een duurzaam, ‘cradle to cradle’-gecertificeerd product voor binnenzonwering.
Voor de eigenlijke roots van Flocart en de drie huidige zusterbedrijven binnen Groep Masureel Veredeling, moeten we terug naar 1860. “Initieel begonnen de activiteiten op een boerderij, met het verbouwen van vlas”, getuigt Denis Verstraete, samen met broer Charles een telg van de vijfde generatie. “Van daaruit zijn de activiteiten gediversifieerd. Zo specialiseert Masureel zich nog altijd in het verven van garens. Meer nog: we zijn in België de enige overgebleven speler in die niche, waarmee we vooral weverijen in eigen land en de buurlanden bedienen.”
Naast Masureel heb je Verlimas, een ‘stukververij’ die zich focust op het esthetisch afwerken van linnen producten. “Verlimas kleurt de producten als die al geweven zijn, bij Masureel verven we de garens voor ze in een weefgetouw terecht komen. Basaltex is dan weer de meest technische van onze afdelingen. Basaltgaren is uit steen gewonnen draad, een heel sterk materiaal dat vooral geschikt is voor de composietwereld. Hiermee bereiken we vooral klanten in de bouw en de maritieme industrie. Flocart kan je dan weer het best typeren als de coating-divisie, die specifieke eigenschappen aan textiel toevoegt door er chemicaliën in te verwerken. Grosso modo voeren we dus allerlei activiteiten uit voor en na het weven, en geven er op die manier een (chemische) toegevoegde waarde aan.”
- 4 ondernemingen binnen Groep Masureel Veredeling
- 28 miljoen euro omzet 2023
- 150 medewerkers op groepsniveau
- 1860 oprichtingsjaar
Brand
STERCK. Hoe is dat klavertjevier aan bedrijven ontstaan?
Denis: “De vier entiteiten van Groep Masureel Veredeling zijn het gevolg van een sterke consolidatie-oefening. Mijn vader Francis, die in 2023 al 50 jaar in de textielsector actief was, heeft vanaf de jaren 90 een tiental bedrijven overgenomen om onze activiteiten sterk te diversifiëren. In diezelfde periode zijn we verhuisd van Hulste naar de industriezone in Wevelgem. Tot de zomer van 2019 was Flocart nog gevestigd in Gullegem, tot een zware brand letterlijk en figuurlijk roet in het eten gooide. We verloren in die brand drie van onze vier productielijnen.”
“Gelukkig hebben we toen snel geschakeld: daags na de brand had ik al contact met machinebouwers. In februari-maart van 2020 waren we zo goed als operationeel op de huidige site, tot het coronavirus de wereld verlamde. Normaal zouden Italiaanse en Duitse ingenieurs de ingebruikname van de machine voor hun rekening hebben genomen. Toen dat niet meer kon, hebben we zelf de teugels in handen genomen. Daardoor leerden we de machine uitstekend kennen, maar verloren we wel kostbare tijd.”
STERCK. Op dat moment waren je broer en jezelf al goed vertrouwd met Flocart. Wist je snel dat je in de voetsporen van je vader wou treden?
Denis: “Eigenlijk wel, al was het een bewuste keuze om na onze studies niet meteen in het familiebedrijf aan de slag te gaan. Zelf werkte ik eerst vijf jaar als productmanager bij McBride, een producent van detergenten voor de privatelabelmarkt. Door die functie had ik altijd veel contact met zowel de productie, de sales, de marketing als onze klanten. Charles leerde op zijn beurt veel bij als jurist bij steenbakkerij Vande Moortel in Oudenaarde. Door dat traject al te hebben afgelegd, brachten we een mooie portie ervaring mee, wat ons hier dan weer meer geloofwaardigheid gaf.”
STERCK. Hoe was het om van een multinational naar een familiebedrijf met een kleinere schaalgrootte te verhuizen?
Denis: “Een beursgenoteerde multinational is erg gestructureerd, elke functie is erg nauwgezet omschreven. Bij een kmo is dat minder het geval, maar die heeft dan weer het voordeel van de ‘hands on’-mentaliteit en de flexibiliteit. Ik heb geprobeerd beide werelden te verenigen door meer structuur in Flocart te creëren, zonder dat we aan de pluspunten van een kmo moeten inboeten. We slagen er aardig in die balans te vinden, onder meer door digitalisering en automatisering. Zelf werk ik het liefst in een kmo – door korte communicatielijnen kan je snel (re)ageren, wat meer voldoening geeft – al heb je ook daar altijd een referentiekader nodig. De ene mens voelt zich beter in het strakke keurslijf van een multinational, de andere houdt ervan in een kmo meer initiatief en verantwoordelijkheid te mogen nemen.”
Symbiose
STERCK. Hoe ervaar je het om dagelijks met je vader en broer samen te werken?
Denis:“Door verschillende factoren hebben we het geluk dat alles gesmeerd verloopt. Vanuit zijn achtergrond als jurist, concentreert Charles zich op de administratie en de financiën. Zelf ben ik vooral bezig met Flocart en de sales, terwijl vader Francis CEO van de bedrijvengroep is. Die complementariteit is een sterke troef. Ondersteunende diensten (boekhouding, IT, HR…) voor de vier bedrijven zijn gegroepeerd in Fin-Col. Daarnaast is er een sterke symbiose tussen een aantal entiteiten, vooral tussen Flocart en Verlimas die zich in de productiehal ook naast elkaar bevinden. Dat helpt allemaal.”
STERCK. Jullie corebusiness – textiel en chemie laten harmoniëren – is per definitie niet duurzaam. Op welke manier vinden jullie toch antwoorden op die cruciale trend?
Denis: “Onze processen vereisen een intens watergebruik. Het is geen toeval dat onze gebouwen zich vlak bij de Leie situeren. We maken van die nood een deugd dankzij een gesofisticeerde waterzuivering: nadat we water hebben binnengehaald, wordt het behandeld totdat het aan de vereisten van proceswater voldoet. Nadien zuiveren we het opnieuw, om het vervolgens in de Leie te lozen. 95% van het gebruikte Leiewater wordt gezuiverd weer in deze rivier geloosd. We ondergaan trouwens heel geregeld controles van VMM (Vlaamse Milieu Maatschappij) daarvoor.”
“Onze daken liggen vol met zonnepanelen, maar we trekken de duurzaamheidsgedachte ook sterk door naar onze producten. Zo zijn we er onlangs als eerste in geslaagd om Greenshade, een indoor zonwering volledig op basis van glasvezel, te ontwerpen en te produceren. Het product voldoet aan de hoogste eisen en is bovendien volledig pvc- en halogeenvrij. We behaalden er het Amerikaanse ‘cradle to cradle’-certificaat mee.”
Het is geen toeval dat onze gebouwen zich vlak bij de Leie situeren.
STERCK. De markt wordt overspoeld met duurzaamheidscertificaten. Waarom kozen jullie uitgerekend voor dit label?
Denis:“De normen om het te behalen zijn heel wetenschappelijk onderbouwd en houden rekening met diverse facetten, variërend van grondstoffen over sourcing tot productieprocessen en ‘end of life’. Hiermee kunnen we sterk scoren op de Amerikaanse interieurmarkt. Bovendien wint dit label ook in het Verenigd Koninkrijk en België almaar meer zieltjes. Met Greenshade mikken we voluit op de contractmarkt, waar duurzaamheidseisen almaar belangrijker worden. Bovendien kunnen we binnen dit label nog extra stappen zetten, aan de hand van een duidelijke ‘handleiding’. Dat kan ons bedrijf alleen maar ten goede komen.”
STERCK. Hoe zie je Flocart in de toekomst evolueren?
Denis: “Greenshade beklemtoont onze ambitie om steeds meer met eigen merken naar de markt te gaan. Tot nu toe deden we dat amper, temeer twee van onze vier pijlers niet in eigen producten resulteerden: de technische behandeling van textiel met chemie is puur loonwerk, terwijl onze divisie esthetische muurbekleding erop gericht is om in co-creatie met partners te fabriceren. De derde activiteit kreeg de naam ‘Blackout’ en oriënteert zich volledig naar de productie van 100% brandvertragende verduisteringsgordijnen voor de contractmarkt. Als in bestekken voor openbare gebouwen steeds meer het gebruik van duurzame producten wordt voorgeschreven, hebben we alle troeven in huis om onze marktpositie in dat segment verder te laten groeien.”